— — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — —
NAAISTEKEN
VOORZICHTIG
● Let tijdens het naaien op dat de naald de
knoop niet raakt; anders kan de naald
verbuigen of breken.
f
Begin met naaien.
De naaimachine stopt automatisch na het
naaien van de verstevigingssteken.
• Wanneer u de knoop extra stevig wilt beves-
tigen, voert u dezelfde handeling nogmaals
uit.
• Druk niet op de draadkniptoets.
g
Trek de bovendraad aan het uiteinde van de
steken naar de achterkant van de stof en knoop
hem vast aan de onderdraad.
Knip met een schaar de bovendraad en de
onderdraad aan het begin van het stiksel af.
Wanneer u klaar bent met het aanzetten van
h
de knoop, schuift u de boventransporteurhen-
del op
(naar links, gezien vanaf de voor-
kant van de machine) om de transporteurs
omhoog te zetten.
1
a Achterkant
80
■ Een knoopvoet bevestigen aan een knoop
Als u een knoop wilt aannaaien met een knoop-
voet, zorg dan dat er wat ruimte zit tussen de
knoop en de stof en wind de draad hier met de
hand omheen. De knoop zit dan stevig vast.
Plaats de knoop in knoopbevestigingsvoet "M"
a
en trek de knoopvoethendel naar u toe.
a Knoopvoethendel
Wanneer u klaar bent met naaien, knipt u de
b
bovendraad zeer ruim af en windt u de rest
rond de draad tussen de knoop en de stof; ver-
volgens knoopt u deze aan de bovendraad aan
het begin van de steken.
Knoop de uiteinden van de onderdraad aan het
begin en het eind van het naaiwerk aan de ach-
terkant van de stof aan elkaar.
c
Knip eventueel overtollig draad af.
1