5‐12
Problemen en oplossingen
Probleem
12. De poederflow kan
vanaf het spuitpistool
niet worden gewijzigd
13. Trildoos gaat niet
AAN en UIT in
combinatie met de
pistooltrigger
14. Fluïdisatielucht is
altijd aan, ook
wanneer het pistool
Uit wordt getriggerd
15. Geen kV wanneer het
pistool aan wordt
getriggerd,
poederflow is OK
16. Geen poederflow
wanneer het pistool
AAN wordt
getriggerd, kV is OK
P/N 7192459‐04
Mogelijke oorzaak
Insteltrigger staat uit
Losse of defecte triggerschakelaar
Trildoos staat uit
Systeem is ingesteld op een
toevoerhopper
kV ingesteld op nul
Controleer op helpcodes en volg de
procedures
Poederflow ingesteld op nul
Persluchttoevoer staat UIT
Controleer op helpcodes en volg de
procedures
Maatregelen
Controleer Klantfunctie F08 en stel in op
aan (F08-00). Controleer de
functie-instellingen voor F05 (lockout).
Raadpleeg het hoofdstuk Configuratie
van besturing op pagina 4‐20 voor meer
informatie.
Zie de handleiding voor het spuitpistool.
Controleer de triggerschakelaar op een
losse aansluiting. De triggerschakelaar is
met een stekker verbonden aan de
pistooldisplaymodule.
Stel de Klantfunctie F01 in op
trildoostoevoer (F01-01). Raadpleeg het
hoofdstuk Configuratie van besturing op
pagina 4‐20 voor meer informatie.
Controleer op loszittende kabels op de
pompbesturingseenheid.
Stel de Klantfunctie F01 in op
trildoostoevoer (F01-01). Raadpleeg het
hoofdstuk Configuratie van besturing op
pagina 4‐20 voor meer informatie.
Stel kV in op een waarde anders dan nul.
Stel poederflow in op een getal niet gelijk
aan nul.
Controleer de manometer op de
filterregelaar en zorg dat de luchttoevoer
AAN staat.
E 2015 Nordson Corporation