5
Gebruikersmodus
In dit hoofdstuk worden de diverse instellingen beschreven die u kunt selecteren voor de
verschillende vooraf ingestelde modi. Met de gebruikersmodus kunt u tevens specifieke,
plaatselijke eisen voor sommige landen bevestigen.
Parameters
Tabel 8 Parameters die in de gebruikersmodus beschikbaar zijn
Nummer
P 01
P 05
P 06
De gebruikersmodus activeren
Voer de volgende stappen uit om de gebruikersmodus in te gaan:
Zet het apparaat AAN.
1
De zelftest wordt geactiveerd. Terwijl de zelftest bezig is, wordt de software-informatie
weergegeven (bijvoorbeeld F718 x.x).
Druk, wanneer F718 x.x wordt weergegeven, vanaf de timer/regeleenheid kort op
2
U heeft toegang tot het menu wanneer "GEBRUIKER" verschijnt. Op het display worden
afwisselend de eerste parameter (P 01) en de instelling (bijvoorbeeld "AAN") weergegeven.
Draai
in een willekeurige richting om van de ene parameter naar de andere te wisselen.
3
Parameters
Digitale ontvanger
Procedure voor het
opwarmen van de buis
Weergavemodus
AAN/UIT (nodig voor correct uitgezonden
dosisweergave)
Schakelt van OFF naar ON
ON: Schakelt de röntgenemissie uit
OFF (standaardwaarde) Schakelt de
röntgenemissie in
CS 2100 Gebruikershandleiding (SM759_nl)_Ed04 23
Keuze
.