Inhoudsopgave
Advertenties
Borduren
Draadspanning aanpassen
De spanning van de bovendraad is gewijzigd.
a
Tik op
.
Tik op
om de spanning van de bovendraad te
b
verlagen. (De spanningswaarde wordt lager.)
Tik op
om de spanning van de bovendraad te
verhogen. (De spanningswaarde wordt hoger.)
c
Tik op
.
■ Juiste draadspanning
De draadspanning is goed wanneer de bovendraad net
zichtbaar is aan de achterkant (onderaan) van de stof.
90
1 Voorkant (bovenop)
van de stof
2 Achterkant (onderop)
van de stof
■ Bovendraad is te strak
De onderdraad is zichtbaar aan de voorkant (bovenaan)
van de stof. Verlaag in dit geval de bovendraadspanning.
■ Bovendraad is te los
De bovendraad is niet strak. Verhoog in dit geval de
bovendraadspanning.
Opmerking
• Als de bovendraad niet juist is ingeregen of de
spoel niet juist is geplaatst, kunt u wellicht de juiste
draadspanning niet instellen. Als u de juiste
draadspanning niet verkrijgt, rijg dan de
bovendraad opnieuw in en plaats de spoel op de
juiste wijze.
• Met [Borduurspanning] op het instellingenscherm
kunt u de spanning van de bovendraad aanpassen
voor borduurwerk. De geselecteerde instelling
wordt toegepast op alle patronen.
Wanneer tijdens het borduren de algemene
spanning van de bovendraad te strak of te los is,
kunt u deze aanpassen op het instellingenscherm.
Tik op
om de spanning van de bovendraad te
verhogen of tik op
bovendraad te verlagen. Als een specifiek
borduurpatroon extra moet worden afgesteld, zie
"Draadspanning aanpassen" op pagina 90.
1 Voorkant (bovenop)
van de stof
2 Achterkant (onderop)
van de stof
1 Voorkant (bovenop)
van de stof
2 Achterkant (onderop)
van de stof
om de spanning van de
Advertenties
Inhoudsopgave
