Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Inhoudsopgave

Advertenties

a. Modellen met stuurknuppel – Breng de gasgreep naar volgas. Start de motor volgens de
startprocedure zonder de koudstartpomp in te schakelen. Begin het motortoerental onmiddellijk te
verlagen nadat de motor is aangeslagen.
b. Modellen met afstandsbediening – Plaats de versneldstationairhendel of de voorziening voor alleen
gas in de hoogste stand. Torn de motor 10 seconden zonder de koudstartpomp in te schakelen.
Wacht 30 seconden en herhaal dit tot de motor aanslaat. Begin het motortoerental onmiddellijk te
verlagen nadat de motor is aangeslagen.
11. Draai de contactsleutel naar "START" en start de motor. Als de motor koud is, drukt u op de sleutel om
de motor tijdens het tornen voor in te spuiten. Als de motor niet binnen tien seconden aanslaat, wacht u
30 seconden en probeert u het nogmaals. Als de motor begint in te houden, opnieuw voorinspuiten totdat
de motor rustig loopt.
12. Controleer nadat de motor is gestart of er een ononderbroken straal water uit de indicatieopening van de
waterpomp komt.
BELANGRIJK: Als er geen water uit de waterpompindicatie‑opening komt, stopt u de motor en controleert u of
de koelwaterinlaat verstopt is. Geen verstopping kan betekenen dat de waterpomp defect is of het koelsysteem
verstopt is. Dit heeft oververhitting van de motor tot gevolg. Laat de buitenboordmotor door uw dealer nakijken.
Als de motor wordt gebruikt terwijl hij oververhit is, kan de motor ernstige schade oplopen.

Schakelen

De buitenboordmotor heeft drie schakelstanden voor bedrijf. Vooruit (F), Neutraal (N) en Achteruit (R).
Modellen met stuurknuppel – Verminder het motortoerental tot stationair alvorens te schakelen.
BEDIENING
N
F
R
ob00557
ob00354
ob01438
ob01447
38
R
N
F

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave