6.
Het homescherm toont de waarden van de geselecteerde signalen.
7.
Maak aanvullende aanpassingen, bijvoorbeeld macro, hellingen en
limieten, vanuit het hoofdmenu. Druk op
homeweergave om naar het hoofdmenu te gaan.
Selecteer Primaire instellingen en druk op
Met het menu Primaire instellingen kunt u instellingen aanpassen met
betrekking tot de motor, PID, veldbus, geavanceerde functies en klok,
regio en display. U kunt ook logs, parameters en de startweergave van
het bedieningspaneel resetten.
ABB raadt aan om ten minste de volgende aanvullende instellingen uit
te voeren:
• Kies een macro of stel start, stop en referentiewaarden afzonderlijk in
• Hellingen
• Limieten.
Om meer informatie te krijgen over de menu-items van de Primaire
instellingen, drukt u op
Veldbuscommunicatie
Om de geïntegreerde veldbuscommunicatie voor Modbus RTU te configureren, moet u ten minste deze parameters instellen:
Parameter
20.01 Ext1 opdrachten
22.11 Ext1 toerental ref1
26.11 Koppelref 1 bron
28.11 Ext1 frequentie ref1
58.01 Protocol vrijgeven
58.03 Node adres
58.04 Baud rate
58.05 Pariteit
58.06 Communicatie
besturing
Andere parameters met betrekking tot de veldbusconfiguratie:
58.14 Communicatie-verlies
actie
58.15 Communicatie-verlies
modus
58.16 Communicatie-verlies
tijd
Waarschuwingen en fouten
Waar-
Fout
Benaming
schuwing
A2A1
2281
Stroom kalibratie
A2B1
2310
Overstroom
A2B3
2330
Aardlek
A2B4
2340
Kortsluiting
-
3130
Ingangsfaseverlies
(Menu) in de
(Selecteren) (of
?
om de helppagina te openen.
Instelling
Beschrijving
Geïntegreerde
Kiest veldbus als bron voor de start- en stop-opdrachten wanneer EXT1
veldbus
gekozen is als de actieve besturingslocatie.
EFB ref1
Kiest een referentie ontvangen via de geïntegreerde veldbusinterface als
toerentalreferentie 1. Gebruik deze parameter voor de toerentalregeling.
EFB ref1
Kiest een referentie ontvangen via de geïntegreerde veldbusinterface als
koppelreferentie 1. Gebruik deze parameter met de vectorbesturingsmodus.
EFB ref1
Kiest een referentie ontvangen via de geïntegreerde veldbusinterface als
frequentiereferentie 1. Gebruik deze parameter voor de frequentieregeling.
Modbus RTU
Initialiseert geïntegreerde veldbuscommunicatie.
1 (standaard) Node-adres. Er mogen geen twee nodes met hetzelfde node-adres online
zijn.
19,2 kbps
Definieert de communicatiesnelheid van de link. Gebruik dezelfde instelling
(standaard)
als in het masterstation.
8 EVEN 1
Bepaalt de instelling van pariteit en stopbit. Gebruik dezelfde instelling als
(standaard)
in het masterstation.
Ververs
Valideert eventuele gewijzigde EFB-configuratie instellingen. Gebruik dit
instellingen
nadat u parameters in groep 58 hebt gewijzigd.
58.17 Overdrachtvertraging
58.25 Besturingsprofiel
58.26 EFB ref1 type
Beschrijving
Waarschuwing: Stroomkalibratie vindt plaats bij de volgende start.
Fout: Uitgangsfase stroommeting fout.
De uitgangsstroom is groter dan de interne limiet. Dit kan veroorzaakt
worden door een aardfout of faseverlies.
Een onbalans in belasting die doorgaans veroorzaakt wordt door een
aardfout in de motor of de motorkabel.
Er is kortsluiting in de motor of de motorkabel.
Het tussencircuit van de DC-spanning oscilleert wegens een ontbrekende
fase in de voedingslijn.
).
58.28 EFB act1 type
58.31 EFB act1 transparant
bron
58.33 Adresseringsmodus
58.34 Woord volgorde
58.101 Data I/O 1
...
58.114 Data I/O 14
12