7.7.16 Stand-by pompen (4.2.3)
Afb. 55
Stand-by pompen
Beschrijving
Met deze functie kunt u de maximale capaciteit van het systeem
beperken door één of meer pompen als reservepompen te selec-
teren.
Als een systeem met drie pompen één reservepomp heeft, zullen
maximum twee pompen op hetzelfde moment in bedrijf kunnen
zijn.
Als één van de twee pompen in bedrijf een storing heeft en wordt
uitgeschakeld, wordt de reservepomp ingeschakeld. De capaciteit
van het systeem neemt dus niet af.
De status als reservepomp wisselt tussen alle pompen.
Instelbereik
Het aantal mogelijke reservepompen in een systeem is gelijk aan
het totale aantal pompen in het systeem min 1.
Instelling via bedieningspaneel
•
Instellingen > Cascaderegeling pomp > Stand-by pompen.
•
Stel in: Stel het aantal stand-by pompen in.
Fabrieksinstelling
Het aantal reservepompen staat ingesteld op 0, d.w.z. de functie
is uitgeschakeld.
34
7.7.17 Geforceerde pompwisseling (4.2.4)
Afb. 56
Geforceerde pompwisseling
Beschrijving
Deze functie zorgt ervoor dat alle pompen evenveel bedrijfsuren
krijgen.
Bij bepaalde toepassingen blijft de vraag gedurende lange perio-
des constant en is het niet nodig dat alle pompen in bedrijf zijn. In
dergelijke situaties gebeurt afwisseling van pompen niet vanzelf,
en geforceerde pompwisseling kan daarom nodig zijn.
Eens per 24 uur controleert de CU 352 of één van de draaiende
pompen een groter aantal bedrijfsuren heeft dan de pompen die
niet in bedrijf zijn. Als dit het geval is, wordt de pomp uitgescha-
keld en vervangen door een pomp met een geringer aantal
bedrijfsuren.
Instelbereik
U kunt de functie in- en uitschakelen. U kunt het uur van de dag
waarop de wisseling moet plaatsvinden instellen.
Instelling via bedieningspaneel
•
Instellingen > Cascaderegeling pomp > Geforceerde pompwis-
seling.
1. Selecteer: Actief.
2. Stel in: Tijdstip van pompwisseling.
3. Selecteer interval voor pompwisseling.
Fabrieksinstelling
De functie is ingeschakeld. De tijd is ingesteld op 03:00.