7.6 Alarm (3)
Dit menu geeft een overzicht van alarmmeldingen en waarschu-
wingen.
U kunt alarmen resetten.
7.6.1 Alarm status (3)
Afb. 31
Alarm status
Beschrijving
Een storing in het systeem of één van de bewaakte onderdelen
kan een alarm
of een waarschuwing
veroorzaken. Naast
het storingsignaal via het signaalrelais voor alarm en waarschu-
wing en het rode signaallampje op de CU 352 kan een alarm ook
een wijziging in de bedrijfsmodus veroorzaken, bijvoorbeeld van
"Normaal" naar "Stop". Een waarschuwing veroorzaakt slechts
een storingsmelding.
De tabel toont de mogelijke oorzaken van de storing samen met
een alarmcode, en of deze een alarm of een waarschuwing tot
gevolg hebben. Het tont ook op welke bedrijfsmodus het systeem
overschakelt als er een alarm is, en of herstart van het systeem
en resetten van het alarm automatisch of handmatig gebeurt.
De tabel toont ook dat de reactie op enkele van de genoemde
storingsoorzaken in het menu ""Instellingen kan worden inge-
steld. Zie paragrafen
en
7.7.25 Geleidelijke drukopbouw (4.3.3)
tot
7.7.48 Bewakingsfuncties (4.4)
7.7.58 Drukvermindering
(4.4.8).
22