LET OP!
Anders kan de braadthermometer beschadigd raken.
▶
Het snoer van de braadthermometer niet inklem-
men.
▶
Om te voorkomen dat de braadthermometer be-
schadigd raakt door een te intensieve hitte, moet de
afstand tussen grillelement en braadthermometer
enkele centimeters bedragen. Het vlees kan tijdens
de bereiding uitzetten.
Opmerking: Als de uittrekrails op hoogte 3 zijn inge-
hangen, kunt u de kerntemperatuurmeter niet in de bin-
nenruimte steken. Hang de uittrekrails uit of hang ze op
een andere hoogte in.
→ "Rekjes", Pagina 38
1.
Steek de kerntemperatuurmeter in het product.
De kerntemperatuurmeter heeft drie meetpunten.
Zorg ervoor dat minstens het middelste meetpunt in
het product steekt.
Dunne
Steek de kerntemperatuurmeter in de
stukken
zijkant van het vlees op het dikste punt.
vlees
Dikke
Steek de kerntemperatuurmeter van bo-
stukken
ven schuin tot de aanslag in het vlees.
vlees
Opmerking: Wanneer u het product wilt
keren, steek dan de kerntemperatuur-
meter in de zijkant van het product, zo-
dat deze bij het keren niet verwijdert
hoeft te worden.
Gevogel-
Steek de kerntemperatuurmeter in de
te
dikste plek van de gevogelteborst ste-
ken tot de aanslag. Steek de kerntem-
peratuurmeter schuin of in de lengte in
het gevogelte, afhankelijk van de vorm.
Het gevogelte keren en met de borstzij-
de naar beneden op het rooster leggen.
Vis
Bij hele vis de kerntemperatuurmeter
achter de kop in de richting van de
graat tot de aanslag insteken.
De vis zonder hem te keren in de zwem-
stand op het rooster plaatsen, bijv. met
een halve aardappel als steun.
2.
Plaats het product samen met de kerntemperatuur-
meter in de binnenruimte.
3.
Steek de aansluiting van de kerntemperatuurmeter
in de bus links in de binnenruimte.
Opmerking: Wilt u het product keren, verwijder de
kerntemperatuurmeter dan niet. Controleer na het ke-
ren van het product of de kerntemperatuurmeter nog
goed in het gerecht zit.
12.3 Kerntemperatuurmeter instellen
U kunt een kerntemperatuur tussen de 30°C en 99°C
instellen.
Vereisten
¡ Het product met de kerntemperatuurmeter staat in
de binnenruimte.
¡ De kerntemperatuurmeter is in de binnenruimte inge-
plugd.
1.
Druk op "Verwarmingsmethoden".
2.
Druk op de gewenste verwarmingsmethode.
3.
Stel de temperatuur van de binnenruimte in met de
instellijn of direct via het numerieke
Stel de temperatuur van de binnenruimte minstens
10°C hoger in dan de kerntemperatuur.
Stel de temperatuur van de binnenruimte niet hoger
in dan 250°C.
4.
Druk op "Braadthermometer".
5.
Stel de kerntemperatuur via de instellijn of voer de-
ze direct in via het numerieke
Reset indien nodig de instelwaarde met
6.
Start de werking met "Start".
a Het apparaat begint op te warmen.
Kerntemperatuurmeter nl
veld.
veld.
.
21