Inhoudsopgave
Advertenties
Bijlage
Mogelijke oorzaak
Bezig met het "Bijwerken
van de bestemmingen-
lijst...Wacht alstublieft.
De opgegeven bestem-
ming(en) of de naam van
de afzender is gewist."
bericht verschijnt?
Kunt u een configuratie-
pagina afdrukken?
Is de interfacekabel vielig
en zeker aangesloten op
het apparaat en de compu-
ter?
Gebruikt u de juiste inter-
facekabel?
Is de interfacekabel aange-
sloten, voordat het appa-
raat werd ingeschakeld?
Is de signaalstatus naar be-
horen wanneer u de infra-
8
structuurmodus draad-
loos-LAN gebruikt?
Wanneer u draadloos-Lan
gebruikt, is dan de SSID
correct ingesteld?
Als u werkt met draad-
loos-LAN, is dan het toe-
gangspunt correct
ingesteld?
158
De bestemmingenlijst is bijgewerkt van het netwerk met Smart-
DeviceMonitor for Admin.
Er kan enige vertraging optreden voordat u het apparaat kunt ge-
bruiken afhankelijk van het aantal bestemmingen dat moet wor-
den bijgewerkt. Gebruik is niet mogelijk zolang dit bericht wordt
weergegeven.
Wacht totdat het bericht verdwijnt. Schakel de stroom niet uit zo-
lang het bericht wordt weergegeven.
Als u geen configuratiepagina kunt afdrukken, is er mogelijk een
apparaatstoring. Neem contact op met de verkoop- of servicever-
tegenwoordiger.
Zie Pag.130 "De configuratiepagina afdrukken" voor meer infor-
matie over het afdrukken van een configuratiepagina.
Sluit de interfacekabel veilig aan. Als het een bevestigingsmecha-
nisme heeft, maak deze dan eveneens goed vast.
Zie Pag.10 "Aansluiten van het apparaat".
Het type interfacekabel dat is vereist, hangt af van de computer.
Gebruik in ieder geval de juiste kabel. Als de kabel is beschadigd
of versleten, vervangt u het.
Zie Pag.10 "Aansluiten van het apparaat".
Sluit de interfacekabel aan voordat u het apparaat inschakelt.
Om de signaalstatus te controleren, drukt u in de display op de
toets {Gebruikersinstellingen/Teller}, en drukt vervolgens in de dis-
play op [Systeeminstellingen]. Selecteer op het tabblad [Interface in-
stellingen] de optie [IEEE 802.11b] en druk vervolgens op [Signaal
wireless LAN]. Als de signaalkwaliteit slecht is, installeert u het ap-
paraat op een locatie waar radiogolven interfererende objecten
kan passeren of verplaatsen.
Opmerking
❒ U kunt de signaalstatus alleen controleren wanneer u gebruik
maakt van de infrastructuurmodus draadloos-LAN.
Controleer op het weergavepaneel van het apparaat of de SSID
correct is ingesteld.
Zie Bedieningshandleiding Standaardinstellingen.
Controleer in de infrastructuurmodus de instellingen van het toe-
gangspunt. Afhankelijk van het toegangspunt, is de toegang van
clients mogelijk beperkt op basis van het MAC-adres.
Controleer bovendien of er problemen zijn met de overdracht tus-
sen het toegangspunt en met kabel aangesloten clients evenals
tussen het toegangspunt en de draadloze clients.
Oplossingen
Advertenties
Inhoudsopgave
