3. Zet de kantelblokkering in de stand
"TILT" en kantel de motor over een
hoek van 30°, 45° en 71° (of 72°).
BF8D/BF10D
71° : type SH/LH
72° : type XH/R
BF15D/BF20D
71° : type SH
72° : type LH/XH/R
BEDIENING (uitvoering met handmatige tilt)
71° of 72° (tijdens het aanmeren)
4. Om terug te gaan naar de normale
"RUN" positie van de
buitenboordmotor, beweeg de
kantelhevel van u af totdat deze
stopt, kantel de buitenboordmotor
voorzichtig en laat de
buitenboordmotor langzaam zakken.
45°
30° (tijdens varen in
ondiep water)
LET OP
• Controleer na het starten of er
koelwater uit de controleopening
stroomt.
• Als de buitenboordmotor
gekanteld is, vaar dan met lage
snelheid.
• Vaar nooit achteruit als de
buitenboordmotor gekanteld is.
De buitenboordmotor zal
omhoog komen, zodat een
ongeval kan ontstaan.
87