Inhoudsopgave
Advertenties
Quick Links
Inhoud
- Controlelampje gaat aan/uit
- Motor start niet
- Motor stopt na te zijn gestart / Motor
stopt terwijl deze draait
- Als de buitenboordmotor volledig onder
water is geweest
- Als het startsysteem niet werkt (start de
motor met de noodstartkabel)
Deze probleemoplossingsgids dient ter referentie en is een
aanvulling op de gebruikershandleiding die is meegeleverd
met uw buitenboordmotor. Raadpleeg de
gebruikershandleiding voor meer achtergrond- en
detailinformatie over de instructies in dit document.
Foto's in deze gids komen mogelijk niet overeen met uw
eigen model.
We bevelen u aan dat u deze PDF downloadt en opslaat
op uw eigen apparaat.
Web
instructieboekje, Officiële gebruikershandleiding PDF
-
& Dealerzoekfunctie
https://www.hondappsv.com
Probleemoplossingsgids
BF40D, BF50D
*Tik of klik op de relevante uitgave.
NL
Advertenties
Inhoudsopgave
Gerelateerde Handleidingen voor Honda BF40D
Samenvatting van Inhoud voor Honda BF40D
- Pagina 1 Probleemoplossingsgids BF40D, BF50D Inhoud *Tik of klik op de relevante uitgave. - Controlelampje gaat aan/uit - Motor start niet - Motor stopt na te zijn gestart / Motor stopt terwijl deze draait - Als de buitenboordmotor volledig onder water is geweest...
-
Pagina 2: Controlelampje Gaat Aan/Uit
Controlelampje gaat aan/uit Benaming van controlelampjes Controlelampje oliedruk Tijdens normaal gebruik blijft dit controlelampje ingeschakeld. Het gaat uit en de zoemer klinkt als het oliepeil laag is en/of het smeersysteem van de motor niet goed werkt. Het motortoerental neemt langzaam af. Oververhitting controlelampje Tijdens normaal gebruik is dit controlelampje uitgeschakeld. -
Pagina 3: Symptoom En Oplossing
Controlelampje gaat aan/uit Symptoom en oplossing SYMPTOOM Waarschuwingssysteem oververhitting treedt in werking Waarschuwingssysteem oververhitting treedt in werking. Waarschuwingszoemer oververhitting klinkt. Motortoerental neemt af en stopt. Motortoerental kan niet worden verhoogd door het openen van de gasklep. Motor stopt binnen 20 seconden nadat de motorsnelheid is beperkt. - Pagina 4 Controlelampje gaat aan/uit SYMPTOOM Controlelampje oliedruk gaat niet aan Controlelampje oliedruk gaat niet aan. Waarschuwingszoemer oliedruk klinkt. Motortoerental neemt af. Motortoerental kan niet worden verhoogd door het openen van de gasklep. MOGELIJKE OORZAKEN & OPLOSSINGEN Onvoldoende motorolie. Vul motorolie bij tot het aangegeven peil.
- Pagina 5 Controlelampje gaat aan/uit SYMPTOOM Waarschuwingssysteem inspuitsysteem treedt in werking Controlelampje inspuitsysteem gaat aan. Waarschuwingszoemer inspuitsysteem klinkt MOGELIJKE OORZAKEN & OPLOSSINGEN Waarschuwingssysteem inspuitsysteem is defect. Raadpleeg uw dealer. SYMPTOOM Waarschuwingssysteem laadsysteem treedt in werking Controlelampje laadsysteem gaat aan. Waarschuwingszoemer laadsysteem klinkt met tussenpozen. MOGELIJKE OORZAKEN &...
-
Pagina 6: Motor Start Niet
Motor start niet Startmotor werkt, maar motor start niet MOGELIJKE OPLOSSINGEN OORZAKEN Tank brandstof. Er zit geen brandstof in de brandstoftank. >Raadpleeg methode Brandstoftankknop is Open de brandstoftankknop. gesloten. Sluit de brandstofslangkoppeling brandstofslangkoppeling opnieuw aan. is niet goed aangesloten. Reinig het filter van de brandstoftank. Filter van de brandstoftank is verstopt. - Pagina 7 Motor start niet MOGELIJKE OPLOSSINGEN OORZAKEN Brandstofpomp is Raadpleeg uw dealer. defect. Vervang de doorgebrande zekering door een nieuwe. Zekering is doorgebrand. >Raadpleeg methode Vuile bougie. Raadpleeg uw dealer. elektrodenafstand Stel de elektrodenafstand in. van de bougie is niet >Raadpleeg methode juist.
- Pagina 8 Motor start niet MOGELIJKE OPLOSSINGEN OORZAKEN Kabelboom is defect. Raadpleeg uw dealer. Lekstroom bij bedrading Raadpleeg uw dealer. dodemansschakelaar. Dodemansschakelaar keert niet terug naar Raadpleeg uw dealer. startpositie. Maak de bougiedop vast. Bougiedop zit los. >Raadpleeg methode Dodemansschakelaar Monteer de dodemansschakelaar is niet correct opnieuw.
- Pagina 9 Motor start niet Startmotor werkt niet. MOGELIJKE OPLOSSINGEN OORZAKEN Bobine van laadsysteem is Raadpleeg uw dealer. defect. Kabelboom is defect. Raadpleeg uw dealer. Schakelhendel staat niet in de neutrale Schakel naar de neutrale stand. stand. Vervang de doorgebrande zekering door een nieuwe. Zekering is doorgebrand.
- Pagina 10 Motor stopt na te zijn gestart / Motor stopt terwijl deze draait Motor stopt; er zit geen brandstof in de brandstoftank. MOGELIJKE OPLOSSINGEN OORZAKEN Tank brandstof. Er zit geen brandstof in de brandstoftank. >Raadpleeg methode...
- Pagina 11 Motor stopt na te zijn gestart / Motor stopt terwijl deze draait Brandstoftank bevat brandstof, maar motor stopt. MOGELIJKE OPLOSSINGEN OORZAKEN Brandstof is vervuild Raadpleeg uw dealer. met water. Brandstoftankknop is Open de brandstoftankknop. niet geopend. Vervang het brandstoffilter. Het brandstoffilter is verstopt.
-
Pagina 12: Stap 1 - Spoel De Buitenboordmotor Af
Breng de buitenboordmotor direct naar de dealer als u in de buurt van een Honda-dealer bent. Als dit niet mogelijk is, gaat u als volgt te werk: STAP 1 - Spoel de buitenboordmotor af 1. - Pagina 13 Als de buitenboordmotor volledig onder water is geweest STAP 2 – Tap de brandstof af 3. Haal de aftapslang van het uitsteeksel van het inlaatspruitstuk en haal het uiteinde van de aftapslang onder de kap vandaan. 4. Kantel de buitenboordmotor omhoog.
- Pagina 14 Als de buitenboordmotor volledig onder water is geweest 6. Draai na het aftappen de afstapschroef weer aan. 7. Bevestig de aftapslang aan het uitsteeksel van het inlaatspruitstuk. 8. Kantel de buitenboordmotor omlaag.
- Pagina 15 Als de buitenboordmotor volledig onder water is geweest STAP 3 – Ververs de motorolie 9. Verwijder de olievuldop. 10. Plaats een geschikte bak onder het aftapgootje voor de olie, verwijder het deksel van de aftapbout, de motorolieaftapbout en ring. Tap de motorolie af tot de stroom van oude motorolie afneemt...
- Pagina 16 Als de buitenboordmotor volledig onder water is geweest 12. Vul bij met de voorgeschreven olie tot de bovenste peilstreep op de oliepeilstok. Laat de tank niet overlopen. Te veel motorolie kan negatieve gevolgen hebben voor de motor. 13. Controleer het oliepeil, steek de peilstok er helemaal tot de motor in en...
- Pagina 17 Als de buitenboordmotor volledig onder water is geweest 15. Verwijder de kap van het laadsysteem. Plaats de noodstartkabel (raadpleeg de noodstartprocedure). Verwijder het water uit de cilinder door meerdere keren aan de noodstartkabel te trekken. 16. Giet een theelepel motorolie in alle bougiegaten.
- Pagina 18 Als de buitenboordmotor volledig onder water is geweest 18. Monteer de bougies zorgvuldig met de hand om beschadiging van de schroefdraad te voorkomen. Haal 1/8—1/4 draai aan nadat de bougie is geplaatst. Plaats de kap van het laadsysteem. STAP 5 – Probeer de motor te starten. 19.
- Pagina 19 Als de buitenboordmotor volledig onder water is geweest 19. Probeer de motor te starten. Als de motor niet aanslaat, verwijder dan de bougie, reinig en droog de elektrode, plaats de bougie weer terug en probeer nogmaals de motor te starten. Als er water in de gebruikte motorolie aanwezig was, moet de motorolie nogmaals ververst worden als de motor een 1/2 uur...
- Pagina 20 Als het startsysteem niet werkt (de noodstartkabel gebruiken) Als het startsysteem om welke reden dan ook niet goed functioneert, kan de motor worden gestart met behulp van de noodstartkabel in de gereedschapsset. 1. Schakel de motor uit. 2. Verwijder de motorkap 3.
- Pagina 21 Als het startsysteem niet werkt (de noodstartkabel gebruiken) 4. Verwijder de klem, de kabelboom en de klemsteun van het deksel van het laadsysteem. Plaats deze weer terug aan de zijkant van de motor. 5. Zet de schakelhendel of afstandsbedieningshendel in de neutrale stand.
- Pagina 22 Als het startsysteem niet werkt (de noodstartkabel gebruiken) 6. Type met helmstokhandgreep: Lijn het “start”-symbool op de gashendel uit met het uitstekende uiteinde van het symbool “▲” op de helmstokhandgreep. Type met afstandsbediening: Laat de chokehendel in de stand “START” (helemaal naar onder).
- Pagina 23 Als het startsysteem niet werkt (de noodstartkabel gebruiken) 9. Plaats het uiteinde van de noodstartkabel met de knoop in de inkeping in het vliegwiel. 10. Wind de noodstartkabel rechtsom 3 keer om het vliegwiel langs de groef in de ACG- rotor.
- Pagina 24 Als het startsysteem niet werkt (de noodstartkabel gebruiken) 12. Zet de motorschakelaar in de stand AAN (ON). 13. Trek licht aan de noodstartkabel totdat u weerstand voelt en trek dan stevig. 14. Laat de kap van de AC-generator open en monteer de motorkap.