Inhoudsopgave
Advertenties
GEVAAR
WAARSCHUWING
Gasballast
(open)
AANWIJZING
Het document mag alleen compleet en ongewijzigd gebruikt en doorgegeven worden. De gebruiker heeft de verantwoordelijkheid
te controleren of dit document geldig is voor zijn product.
De manometer voor het bewaken van de onderdruk in de oliepot dient om de
werking van de membraanpomp te controleren. Als de druk in de oliepot tijdens het
proces sterk toeneemt (de wijzer van de manometer staat duidelijk in de rode zone),
dan moet de aanzuigdruk door gepaste maatregelen worden beperkt.
Het HYBRID-principe werkt alleen, wanneer de verpompte dampen in de oliepot
niet kunnen condenseren. Hiervoor moet de druk in de oliepot lager zijn dan
de dampdruk van de verpompte media bij de olietemperatuur (60°C). Evt.
moet de hoeveelheid verpompte dampen worden verminderd of een vriesval
stroomopwaarts geplaatst.
Als dit bij perfect gesloten recipiënten niet lukt, wijst dit op een storing van de
membraanpomp, bijv. gescheurd membraan. Een nauwkeuriger controle van de
oliepotdruk kan met een nauwkeuriger manometer, bijv. DVR 2pro, gebeuren. Als
bij gesloten zuigaansluiting en gesloten gasballastventiel drukwaarden van meer
dan 25 mbar worden gemeten, membraanpomp controleren en evt. membranen
vervangen.
Door een vermindering van het zuigvermogen van de membraanpomp en de daaruit
volgende toename van de druk in de oliepot nemen het zuigvermogen en de einddruk
van de HYBRIDE pomp niet onmiddellijk af. Maar het beïnvloedt evenwel aanzienlijk
de veroudering van de olie en de chemische weerstand van de HYBRIDE pomp.
De aandrijving en alle lagers zijn ingekapseld en op levensduur gesmeerd. Bij normaal
gebruik draait de membraanpomp onderhoudsvrij. De ventielen en membranen zijn
aan slijtage onderhevige onderdelen. De veroudering van de draaischoepenpompolie
maakt verversen van de olie noodzakelijk.
Let op: Belangrijke aanwijzingen m.b.t. het gebruik van gasballast
➨ Wanneer in plaats van inert gas lucht wordt gebruikt, kunnen gevaarlijke en/of
explosieve mengsels worden gevormd, indien lucht en de verpompte stoffen in
de pomp of in de afvoer van de pomp met elkaar reageren. Daardoor kan schade
aan de uitrusting en/of de omgeving, ernstig letsel of ook levensgevaarlijk letsel
ontstaan.
☞ Zorg ervoor dat de lucht-/gasinlaat door het gasballastventiel nooit tot reactieve,
explosieve of anderszins gevaarlijke mengsels leidt. In geval van twijfel inert gas
gebruiken.
-
-
-
-
Gasballastventiel openen door de gasballastdop te draaien. Het handmatige
gasballastventiel is open, als de pijl op de gasballastdop naar de inlaat van de
pomp wijst of naar de benaming "gasballast".
-
Het handmatige gasballastventiel sluiten door dit 180° te verdraaien.
De pomp alleen bij schone apparatuur zonder gasballast gebruiken of wanneer
er geen condenseerbare dampen ontstaan.
Pomp pas met damp belasten als de bedrijfstemperatuur is bereikt. Evt. afsluitventiel
in de verbindingsleiding plaatsen en ca. 30 minuten na het starten van de pomp
openen.
Pagina 19 van 40
De pomp met gasballast gebruiken om de condensatie
van verpompte stoffen (waterdamp, oplosmiddel ...) in
de pomp te verminderen of om de pompolie van zeer
vluchtige substanties te decontamineren.
Bij condenseerbare dampen alleen met een bedrijfswarme
pomp en met geopend gasballastventiel afzuigen.
Bij een geopend gasballastventiel kunnen hogere
drukwaarden worden ingesteld.
Advertenties
Inhoudsopgave
