Inhoudsopgave
Advertenties
aanduiding van de werkelijke spanning van de batterij in volt en de tweede regel toont de werkelijke stroom in ampère.
D: De startschakelaar van de motor. Staat open of dicht. In gesloten stand is de kleur van de schakelaar groen, waaruit blijkt
dat de schakelaar actief is.
E: Tandwiel van de starter. Vertegenwoordigt de werkelijke stap in de startprocedure. De teller binnenin geeft de timer van
de stap aan, van 15 tot 0 seconden. Aangezien er twee soorten startprocedures zijn, 'waiting for crank' en 'cranking' wisselt
het tandwiel tussen geel en groen, zodat de gebruiker precies weet wat de staat van de startprocedure is. Tussen de twee
schakelaars is een timer zichtbaar. Deze geeft de huidige stap in de startprocedure aan. De timer blijft tijdens de 15 seconden
wachten en de 15 seconden starten op een stap hangen en telt dan pas verder, tot aan de zesde stap, het einde van de
startprocedure.
F: De dieselmotor. Is grijs als de motor niet in werking is, groen als een 'Engine Run'-signaal wordt gedetecteerd en rood als
na 6 mislukte startpogingen een 'Fail to start' heeft plaatsgevonden. Als de gebruiker op de motor drukt, verschijnt de pagina
'Last Service Statistics'. Hier worden alle relevante statistische gegevens met betrekking tot de controller bijgehouden, vanaf
de laatste service. In de motor zijn twee belangrijke alarmen vertegenwoordigd: het 'low oil pressure'-alarm en het 'engine
high temperature'-alarm. Deze alarmen zullen de motor alleen stopzetten als deze in de testmodus draait. Als een alarm
actief is, gaat het relevante alarmsymbool branden, waaruit duidelijk blijkt dat er een probleem in de motor optreedt.
G: Drie wisselende vierkante beelden geven drie theoretische snelheden aan om te helpen de werkelijke snelheid van de
motor te begrijpen. De grijze meter toont de naald op nul omw/min wanneer de motor is gestopt, de groene meter toont het
ingestelde toerental van de draaiende motor en de oranje meter geeft de naald in de gevarenzone weer, als waarschuwing bij
te hoge snelheid. Merk op dat u de HOA-keuzeschakelaar op de stand 'OFF' moet zetten om de waarschuwing bij te hoge
snelheid te resetten. Als de optionele toerenteller is ingeschakeld, verschijnt een digitale toerenteller boven deze beelden om
een nauwkeurige lezing van het werkelijke toerental van de motor mogelijk te maken.
H: De 'brandstofsolenoïdeklep' waarmee de brandstofstroom in de motor wordt geregeld. Wanneer de brandstofsolenoïde is
geactiveerd, wordt de klep horizontaal in groen weergegeven en stroomt de gele representatie van de brandstof door de
volledige leiding heen. Wanneer de 'stopsolenoïdeklep' is geactiveerd, draait de klep naar de verticale stand en wordt rood.
De gele representatie van de brandstof stopt nu bij de klep, ter aanduiding dat de brandstof niet meer doorstroomt.
I: Vertegenwoordiging van de oorzaak voor het starten of stoppen van de motor. Een groene capsule geeft aan waarom de
motor draait. Mogelijke keuzes zijn:
LOCAL - Deze startoorzaak wordt geactiveerd als de motor ter plekke, rechtstreeks via het bedieningspaneel wordt
gestart en de optie is ingeschakeld.
MANUAL - Ontvangst van een handmatig startverzoek via een of beide handmatige startmembraanknoppen terwijl de
keuzeschakelaar in de "HAND"-positie staat.
REMOTE MANUAL: Handmatig starten van de motor geactiveerd door een extern startcontact.
DELUGE: Automatisch starten van de motor wordt geactiveerd door een overstromingsventiel.
AUTO: Automatisch starten van de motor geactiveerd door drukverval.
REMOTE AUTO: Automatisch starten van de motor wordt geactiveerd door externe instrumentatie.
FLOW: Automatisch starten van de motor wordt geactiveerd door een signaal bij de FLOW/ZONE START/STOP-ingang.
HIGH ZONE: Automatisch starten van de motor wordt geactiveerd door een signaal bij de FLOW/ZONE START/STOP-ingang.
WEEK TEST: Automatisch starten van de motor wordt geactiveerd door een geplande test.
MANUAL TEST: Automatisch starten van de motor wordt geactiveerd door de testuitvoerknop.
24
Advertenties
Inhoudsopgave
