Style Opname
Een Naam geven aan User Stijlen
1
7
-
Dezelfde handelingen als bij "Quantize" (pag. 116).
8
Selecteer "Name."
Met de data dial, de [+/YES]-knop of de [-/NO]-knop.
9
Druk op de [NEXT] knop om het NAME scherm te krijgen.
10
Voer de gewenste naam voor de stijl in.
Voer de naam in met het toetsenbord (pag. 21).
Er kunnen maximaal zestien letters of karakters worden gebruikt.
11
Druk op de [RECORD]-knop om de Record mode te verlaten.
Zie pag. 114 voor informatie over het verlaten van de opname mode.
Clearing User Style Data
1
7
-
Dezelfde handelingen als bij "Quantize" (page 116).
8
Selecteer "Clear."
Met de data dial, de [+/YES]-knop
of de [-/NO]-knop.
9
Druk op de [NEXT]-knop om het SECTION selectiescherm
getoond te krijgen.
10
Selecteer de Sectie die u wilt wissen.
Met de data dial, de [+/YES]-knop of de [-/NO]-knop.
Als "All Sect" wordt geselecteerd als het deel dat moet worden gewist, dan
worden alle stijldata (inclusief alle secties en alle tracks) gewist. Ga in dit
geval naar stap #13, en sla stap #11 en #12 over.
11
Druk op de [NEXT]-knop om het TRACK selectiescherm
getoond te krijgen.
12
Selecteer een Track om te wissen.
Met de data dial, de [+/YES]-knop of de [-/NO]-knop.
118