Veiligheidsaanwijzingen:
zie bijlage-A1 pt. 8a. - h.)
Machine aan de trekker aanbouwen
1. Hefarm van de hefinstallatie horizontaal
instellen
2. Machine aan de driepunts-aanhanging
bevestigen.
- Maai-installatie zo aanbouwen dat de afstand tussen
de binnenste maaischijf en de trekkerband 0 -
10 cm bedraagt.
TD 39/96/3
- Hefarmbouten (1) met de bevestigingsschroef aan het
draagframe instellen volgens de driepuntscategorie en
de spoorbreedte. De maaier mag niet langs de achterste
tractorbanden schuren.
Let erop dat met de bevestigingsschroef de
gewenste boring (zie afbeelding hieronder)
aan de bout wordt geregeld! Anders kan
de maaier bij het aankoppelen loskomen,
op de grond vallen en materiële schade
veroorzaken.
3 boringen
Bevestigingsschroef
1300-NL ANBAU_385
MACHINE AAN DE TREKKER AANBOUWEN
- bij dubbele wielen of bij bijzonder brede banden, zie
aanwijzingen in de bijlage van deze handleiding
3. Hydraulische stekkerkoppeling (60) aansluiten
4. Klepontgrendelingskabel (S) naar de
trekkercabine leggen.
0 - 10 cm
5. Topstangspilboom instellen
- Door de topstangspilboom (16) te verdraaien wordt
de maai-installatie in horizontale of licht naar voren
overhellende positie gebracht.
6. Hefarm (4) tegen zijdelingse beweging fixeren.
- 6 -
NL