„Menu"
Instellen /
„Externe doseercapaciteit"
12.2.7.1
„Relais1 (optie)"
12.2.7.2
DULCO flex Control, DFXa
Tab. 12: Relais, fysiek en vooringesteld op ...
Identcode-kenmerk
1
4
C
Relais-type
Instelling in menu
Timer
Fout
Waarschuwing
Waarschuwing + fout
Waarschuwing + fout + stop
Pomp actief
Toerental
Dosering / charge
60
„Menu / Informatie è Instellingen è In-/uitgangen
Externe doseercapaciteit è ..."
è
Met de programmeerbare functie
omgeschakeld naar een extra doseercapaciteit, die in menu
doseercapaciteit" kan worden ingesteld.
Deze kan via de stekkeraansluiting "Externe aansturing" worden geacti‐
veerd. Is sprake van
"AUX" op het LCD-scherm.
Voor de rangorde van de verschillende bedrijfsmodi, functies en storings‐
toestanden - zie hoofdstuk "Hiërarchie van bedrijfsmodi, functies en sto‐
ringstoestanden".
„Menu / Informatie è Instellingen è In-/uitgangen è Relais1 è ..."
De instelmogelijkheden voor de functie „Relais" zijn
alleen beschikbaar als een relais is gemonteerd.
Relais, fysiek
1 x wisselcontact 230 V – 8 A
2 x maakcontact 24 V – 100 mA
1 x maakcontact 24 V – 100 mA en +
4...20 mA-uitgang
De relais kunnen worden omgeprogrammeerd naar deze typen:
Werking
Het relais is beschikbaar voor de timer.
Het relais schakelt bij een storingsmelding (rode LED*).
Het relais schakelt bij een waarschuwingsmelding (gele LED*).
Het relais schakelt bij een waarschuwingsmelding (gele LED*) of bij een sto‐
ringsmelding (rode LED*).
Het relais schakelt bij een waarschuwingsmelding (gele LED*) of bij een sto‐
ringsmelding (rode LED*) of een stop.
Het relais schakelt, zodra de pomp bedrijfsgereed is en niet in een toestand
„Pauze" is.
zoals
Het relais schakelt bij elke omwenteling.
Het relais schakelt z'n toestand, zolang een charge / doseerhoeveelheid wordt
afgewerkt.
* Zie hoofdstuk "Storingen verhelpen"
„Externe doseercapaciteit" kan worden
„Externe doseercapaciteit" , verschijnt de indicator
Vooringesteld op ...
Storingsmeldrelais, breek
Storingsmeldrelais, breek en taktgeef‐
relais
Storingsmeldrelais, breek
„Externe