8 Storing-, fout- en statusmeldingen
8.2
Foutaanduidingen
Deze foutmeldingen worden tijdens de kalibratie of wanneer kalibratie voltooid is in het display weergegeven.
Weergave
Geactiveerde niveaus
Gasdetectors op basis van katalytische
verbranding:
Als signaal Ux < 0,1 mV/%LEL
Halfgeleiderdetectors
Als het verschil tussen het nulsignaal en het signaal
E1
volledige schaal Ux < 120 mV bedraagt
4-20mA-transmitters
Als het nulpuntkalibratiesignaal buiten de 4 mA ±
10% grenzen ligt
en als het volledige schaal kalibratiesignaal buiten
de 20 mA ± 10% grenzen ligt
Gasdetectors op basis van katalytische
verbranding:
Als het verschil tussen het nulsignaal en het signaal
volledige schaal Ux > 200 mV bedraagt
E2
Halfgeleiderdetectors
Als het verschil tussen het nulsignaal en het signaal
volledige schaal Ux > 1800 mV bedraagt
Gasdetectors op basis van katalytische
verbranding:
Als het Ux signaal tussen 0,1 mV/%LEL en
0,12 mV/%LEL is
E3
Halfgeleiderdetectors
Als het verschil tussen het nulsignaal en het signaal
volledige schaal Ux < 200 mV bedraagt.
Als het signaal +300 mV overschrijdt met de
E4
kalibratie verwezen naar de volledige schaal.
E5
Nulpuntdetector buiten de grenzen
Verschijnt wanneer dezelfde waarde is ingesteld
E10
voor de offsetwaarden en de waarde volledige
schaal.
59
Omschrijving
Het E1-symbool geeft aan dat de
detectorgevoeligheid te laag is.
Nieuwe kalibratiewaarden worden niet
geaccepteerd, de oorspronkelijke
kalibratiewaarden worden gebruikt.
Na het verlaten van het configuratiemenu
wisselt het E1 symbool af met de actueel
gemeten waarde totdat nieuwe
kalibratiewaarden zijn geaccepteerd.
Als de ATEX-functie is geactiveerd dan
wordt het signaal "Storing" geactiveerd
totdat deze bevestigd is door de gebruiker
Het E2-symbool geeft aan dat de
detectorgevoeligheid te hoog is.
Nieuwe kalibratiewaarden worden
geaccepteerd.
Het E3-symbool geeft aan dat de detector
binnenkort moet worden vervangen.
Nieuwe kalibratiewaarden worden
geaccepteerd.
E4 symbool geen aan dat het
detectorsignaal buiten het optimale bereik
kan zijn.
Nieuwe kalibratiewaarden worden
geaccepteerd.
Aanbevolen wordt een brugweerstand te
controleren en te optimaliseren
Ux-signaal voor nulpunt ligt buiten de
aanvaardbare grenzen (-75 tot +75 mV)
Model 9010/9020 SIL
NL