4 Werking
De opstartprocedure kan worden versneld met de toetsen op het frontpaneel:
• Druk op de Enter/omhoog/omlaag-toets om het volgende item direct weer te geven.
• Druk op de ESC-toets om de opstartprocedure over te slaan
Het opwarmen van de detector vindt op de achtergrond plaats tijdens de opstartprocedure. Als dit
opwarmen langer duurt dan de opstartprocedure, verschijnt het aftellen van het opwarmen aan het eind
van de opstartprocedure.
4.2
Configuratiemenu
Indien nodig worden de regeleenheden volgens de door de klant geleverde specificaties door MSA geconfigureerd
en gekalibreerd afgeleverd. De configuratie wordt geregistreerd in het KALIBRATIEGEGEVENSBLAD.
Modificaties kunnen m.b.v. diverse stappen in elk van de toegangscodes, zoals hieronder is vermeld, worden
uitgevoerd.
Raadpleeg
hoofdstuk 5
Toegangscode 1
Toegangscode 2
Toegangscode 3
Toegangscode 4
Toegangscode 6
Toegangscode 7
Toegangscode 52
Toegangscode 53
Toegangscode 123
Toegangscode 223
4.3
Gebruik van de toetsen voor toegang tot de codes
Toegang tot de toegangscodes vindt plaats door het ingedrukt houden van de ENTER-toets in de normale
bedrijfsmodus (ca. 3 seconden) totdat de groene led STROOM op het frontpaneel gaat knipperen.
Een wachtwoord moet worden ingevoerd als bescherming tegen ongewilde toegang.
4.4
Voorbeeld voor het gebruik van de toetsen voor toegang tot de toegangscodes
29
voor de diverse menufuncties die horen bij de individuele toegangscodes.
Kalibratie
Instellingen voor specifieke
bedrijfsomstandigheden
Simulatie en functietests
Configuratie
Basisinstellingen
Instellingen perifere apparatuur
Instelling ingangen en uitgangen
Standaardinstellingen
Toegangscodes voor instelmenu: 2, 4, 6, 7, 52, 53
Instelling wachtwoord
Model 9010/9020 SIL
NL