Montage en inbedrijfstelling
6. Afhankelijk van het toepassingsgebied
het ventiel vóór inbedrijfstelling tot omge-
vingstemperatuur laten afkoelen of op-
warmen.
7. Na inbouw van het ventiel het blokkeer-
ventiel in de leiding langzaam openen.
KENNISGEVING
!
Beschadiging van het ventiel door abrupte
stijging van de druk en een daaruit voort-
vloeiende hoge stroomsnelheid!
Blokkeerventiel in de leiding bij de inbedrijf-
stelling langzaam openen.
8. Controleren of het ventiel correct functio-
neert.
Uitvoering met laseinden
1. Te werk gaan zoals bij „Uitvoering met
flenzen" punt 1 tot 3.
2. Aandrijfas volledig inschuiven om de
plug tijdens het lassen te beschermen te-
gen vonken.
3. Ventiel zonder spanning in de leiding
lassen.
4. Verder zoals bij „Uitvoering met flenzen"
punt 6 tot 8.
34
5.3 Korte controles uitvoeren
Het ventiel wordt door SAMSON in functio-
nerende staat geleverd. Om de functie van
het ventiel te testen kunnen de volgende
korte controles uitgevoerd worden:
Dichtheid
1. Ventiel sluiten.
2. Blokkeerventiel in de leiding langzaam
openen.
KENNISGEVING
!
Beschadiging van het ventiel door abrupte
stijging van de druk en een daaruit voort-
vloeiende hoge stroomsnelheid!
Blokkeerventiel in de leiding bij de inbedrijf-
stelling langzaam openen.
3. Op externe lekkage controleren (visuele
controle).
Slagbeweging
De slagbeweging van de aandrijfas moet li-
neair zijn en zonder bruuske bewegingen
geschieden.
Î Ventiel openen en sluiten. Hierbij de be-
weging van de aandrijfas observeren.
Î Achtereenvolgens een maximaal en een
minimaal controlesignaal instellen om de
eindposities van het ventiel te controle-
ren.
Î Weergave op het slagtypeplaatje contro-
leren.
EB 8012 NL