KENMERKEN EN BEDIENINGSORGANEN
Bestudeer de onderstaande lijstjes zorgvuldig.
1.
Door in‑ of omlaagtrimmen kan:
•
de boeg lager komen te liggen;
•
de boot sneller uit planee geraken, vooral bij een zware lading of een boot waarvan de achtersteven
zwaarder is;
•
de boot in het algemeen rustiger varen in ruw water;
•
de besturingstorsie of het trekken naar rechts toenemen (bij een gewone rechtsom draaiende schroef);
•
bij overmatige trim de boeg van sommige boten zo veel lager komen dat ze met de boeg door het water
beginnen te "ploegen" tijdens planee. Dit kan een onverwachte scherpe bocht naar links of rechts tot
gevolg hebben tijdens het bijsturen of als de boot een grote golf tegenkomt.
Vermijd mogelijk ernstig of dodelijk letsel. Stel de buitenboordmotor op een tussentrimstand af zodra de boot
in planee is om te voorkomen dat iemand overboord wordt geslingerd doordat de boot gaat tollen. Probeer
in planee geen bocht te maken als de buitenboordmotor sterk omlaag is getrimd en u trekken voelt aan het
stuur of de stuurknuppel.
•
In zeldzame gevallen kan de eigenaar besluiten de trimruimte omlaag te begrenzen. Hiervoor kunt u
bij uw dealer een roestvrij‑stalen opklap‑pen bestellen, die u in het gewenste afstelgat in de
spiegelklemmen steekt. De met de boot meegeleverde bout, die niet van roestvrij staal is, mag in deze
toepassing alleen tijdelijk worden gebruikt.
2.
Door uit‑ of omhoogtrimmen kan:
•
de boeg hoger uit het water worden getild;
•
de topsnelheid over het algemeen worden verhoogd;
•
meer speelruimte geven bij ondiep water of als zich onder water voorwerpen bevinden;
•
de besturingstorsie of het trekken naar links toenemen bij een normale installatiehoogte (bij een
gewone rechtsom draaiende schroef);
•
kan (in overmatige gevallen) stampen van de boot of luchthappen van de schroef veroorzaken;
•
oververhitting van de motor veroorzaken als de koelwaterinlaatopeningen boven de waterspiegel
komen te liggen.
TOT DE HOOGSTE STAND OPKLAPPEN
Opklappen vanaf het dashboard
NB: De trim‑/opklapschakelaar blijft nog 15 minuten nadat de contactschakelaar op 'uit' is gezet actief.
1.
Als de contactschakelaar langer dan een kwartier uit heeft gestaan, draai de sleutel dan naar "ON" (aan).
2.
Druk de trim‑/opklapschakelaar naar de stand voor "omhoog". De buitenboordmotor wordt opgeklapt totdat
u de schakelaar loslaat of de motor de maximale stand bereikt.
Opklappen bij de motor
De extra opklapschakelaar op de motorkap kan worden gebruikt om de buitenboordmotor omhoog of omlaag te
kantelen terwijl het contactslot in de "UIT"‑stand staat.
1.
Schakel de opklapgeleidehendel in door de knop te draaien om de geleidehendel omhoog te brengen.
2.
Laat de buitenboordmotor zakken tot hij op de opklapgeleidehendel rust.
3.
Schakel de opklapgeleidehendel uit door de buitenboordmotor van de geleidehendel af omhoog te brengen
en de opklapgeleidehendel naar beneden te draaien. Laat de buitenboordmotor zakken.
WAARSCHUWING
!
34