Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Inhoudsopgave

Advertenties

Handleiding voor
installatie
bediening
onderhoud
van buitenboordmotor

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Samenvatting van Inhoud voor Mercury Marine Go Boldly 20 EFI FourStroke

  • Pagina 1 Handleiding voor installatie bediening onderhoud van buitenboordmotor...
  • Pagina 3: Kennisgeving

    Wij raden u aan om deze handleiding bij het product te houden zodat u deze kunt raadplegen wanneer u op het water bent. Dank u voor de aankoop van een van onze producten. We wensen u zeer veel vaarplezier toe! Mercury Marine, Fond du Lac, Wisconsin, VS Naam / functie: John Pfeifer, President,...
  • Pagina 4: Belangrijk

    De serienummers vormen voor de fabrikant de sleutel tot talloze technische details die op de Mercury Marine motorinstallatie van toepassing zijn. Geef wanneer u over service contact opneemt met Mercury Marine altijd het model- en serienummer op.
  • Pagina 5 Buitenboordmotor Model en vermogen van de motor Serienummer van de motor Tandwielverhouding Nummer schroef Spoed diameter Rompidentificatienummer (HIN) Aanschafdatum Bootfabrikant Bootmodel Lengte Nummer certificaat voor uitlaatgasemissie (alleen Europa)
  • Pagina 7: Inhoudsopgave

    Vereiste beperkt doorlatende brandstofslang ....................22 EPA‑eisen voor onder druk staande losse brandstoftanks................22 Eis voor brandstofvraagklep (fuel demand valve; FDV)..................22 De onder druk staande draagbare brandstoftank van Mercury Marine............22 Vullen van de brandstoftank..........................23 Aanbevolen motorolie............................24 De motorolie controleren...........................
  • Pagina 8 Bediening Controlelijst vóór het starten..........................46 Varen bij temperaturen onder het vriespunt...................... 46 Varen in zout of vervuild water.......................... 46 Gebruik van de buitenboordmotor als hulpmotor....................46 Instructies vóór het starten..........................47 Procedure voor inlopen van de motor....................... 48 Motor starten ‑ Modellen met stuurknuppel...................... 48 Motor starten ‑...
  • Pagina 9 Hulp bij onderhoud voor de eigenaar Servicebijstand..............................92 Documentatiemateriaal bestellen........................93 Motor installeren Vermogenscapaciteit van de boot........................95 Bescherming tegen ingeschakeld starten......................95 Accessoires voor uw buitenboordmotor selecteren..................95 Vereiste beperkt doorlatende brandstofslang ....................95 Buitenboordmotor ophijsen..........................96 Buitenboordmotor installeren..........................96 Stuurkabel installeren............................
  • Pagina 10 viii...
  • Pagina 11: Algemene Informatie

    ALGEMENE INFORMATIE Verplichtingen van de booteigenaar De gebruiker (bestuurder) is verantwoordelijk voor de juiste en veilige bediening van de boot, en voor de veiligheid van de passagiers en van het publiek in het algemeen. Het verdient sterk aanbeveling dat elke gebruiker deze gehele handleiding leest en begrijpt alvorens de buitenboordmotor te gebruiken.
  • Pagina 12: Gebruik Van Race- En Speedboten

    Vraag voor nadere informatie een exemplaar aan van de brochure Gebruik van race- en speedboten bij uw dealer, leverancier of bij Mercury Marine. Buitenboordmodellen met afstandsbediening De afstandsbediening die is aangesloten op de buitenboordmotor moet een beveiliging hebben die uitsluitend starten in neutraal toelaat.
  • Pagina 13: Dodemansschakelaar

    ALGEMENE INFORMATIE WAARSCHUWING Gebruik van verkeerd bevestigingsmateriaal of onjuiste installatieprocedures kan resulteren in los- of vrijkomen van de stuurstang. Dit kan een plotseling verlies van controle over de boot veroorzaken, leidend tot mogelijk ernstig (of dodelijk) letsel doordat opvarenden in de boot ten val komen of eruit worden geslingerd.
  • Pagina 14 ALGEMENE INFORMATIE Lees de onderstaande veiligheidsinformatie voordat u verdergaat. Belangrijke veiligheidsinformatie: De dodemansschakelaar dient de motor af te zetten als de bestuurder zich zo ver van de bestuurdersplaats verwijdert dat de schakelaar geactiveerd wordt. Dit is het geval als de bestuurder per ongeluk overboord valt of zich binnen de boot te ver van de bestuurdersplaats verwijdert.
  • Pagina 15: Mensen In Het Water Beschermen

    ALGEMENE INFORMATIE Mensen in het water beschermen TIJDENS HET VAREN Voor iemand die in het water staat of drijft is het heel moeilijk om snel te handelen teneinde een boot die zijn/ haar kant op komt te ontlopen, zelfs als die langzaam vaart. 21604 Neem altijd gas terug en wees altijd uitermate voorzichtig als u vaart op een plaats waar zich mensen in het water kunnen bevinden.
  • Pagina 16: Boten Met Voorop Gemonteerde Hoge Visstoelen Op Voetstuk

    ALGEMENE INFORMATIE Mensen op het voordek kunnen gemakkelijk overboord worden geslingerd, en als ze met hun benen over de voorrand bengelen kunnen ze door een golf worden gegrepen en zo in het water worden getrokken. 26782 WAARSCHUWING Wanneer passagiers zitten of staan op een plaats op de boot die niet daarvoor is bestemd terwijl er met meer dan stationair toerental wordt gevaren, kan dat ernstig (en mogelijk dodelijk) letsel veroorzaken.
  • Pagina 17: Springen Over Golven En Kielzog

    ALGEMENE INFORMATIE Springen over golven en kielzog Bij het varen met een pleziervaartuig is het onvermijdelijk dat u golven en kielzog tegenkomt. Maar wanneer er zo snel wordt gevaren dat het onderwaterschip gedeeltelijk of geheel uit het water wordt geduwd, ontstaan bepaalde gevaren, vooral wanneer de boot weer in het water landt.
  • Pagina 18 Het gebruik van een boot of motor met botsingsschade kan leiden tot schade aan het product of ernstig of dodelijk letsel. Laat een erkende Mercury Marine-dealer het vaartuig of de motorinstallatie inspecteren en zo nodig repareren als uw vaartuig een botsing te verduren heeft gekregen.
  • Pagina 19: Modellen Met Knevelbouten

    ALGEMENE INFORMATIE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES VOOR BUITENBOORDMOTOREN MET STUURKNUPPEL De ruimte direct voor de buitenboordmotor mag tijdens het varen niet door personen of lading ingenomen worden. Als er een obstakel onder water wordt geraakt, klapt de buitenboordmotor omhoog en zou hij personen die op deze plaats zitten, ernstig kunnen verwonden. Modellen met knevelbouten: Sommige buitenboordmotoren worden geleverd met knevelbouten voor montage op de spiegel.
  • Pagina 20: Blijf Uit De Buurt Van Uitlaatzones

    ALGEMENE INFORMATIE BLIJF UIT DE BUURT VAN UITLAATZONES 41127 De motoruitlaatgassen bevatten schadelijk koolmonoxide. Vermijd plaatsen met hoge concentraties aan motoruitlaatgassen. Houd zwemmers uit de buurt van de boot terwijl motoren draaien en ga niet op zwemplatforms of opstapladders zitten, liggen of staan. Sta tijdens het varen niet toe dat opvarenden zich direct achter de boot bevinden (slepen van een vlot, surfen).
  • Pagina 21: Accessoires Voor Uw Buitenboordmotor Selecteren

    Sommige accessoires die niet door Mercury Marine worden geproduceerd of verkocht, zijn er niet op ontworpen om veilig met uw buitenboordmotor of het bedieningssysteem ervan te worden gebruikt. Zorg dat u de installatie-, bedienings- en onderhoudshandleidingen voor alle geselecteerde accessoires bezit en leest.
  • Pagina 22 Neem als u hierover niet zeker bent contact op met uw erkende Mercury Marine-dealer of de fabrikant van de boot. Verzeker u ervan dat iedereen in de boot een zitplaats heeft.
  • Pagina 23: Noteren Van Het Serienummer

    ALGEMENE INFORMATIE • Alcohol en verdovende middelen hebben een nadelige invloed op uw beoordelingsvermogen en verminderen uw reactievermogen aanzienlijk. Zorg dat u het vaarwater kent en vermijd gevaarlijke locaties. Let goed op. • De bestuurder van de boot is er volgens de wet verantwoordelijk voor om goed uit te kijken en te luisteren.
  • Pagina 24: Modeljaar Productiecode

    ALGEMENE INFORMATIE Modeljaar productiecode Op de decal met serienummer staat het productiejaar als een alfacode. Deze code kan aan de hand van de volgende tabel worden omgezet naar het bijbehorende nummer. XXXXXXXXX XXXXXXXX XXXX 62972 Alfacode van decal met serienummer Modeljaar productiecode Alfa-productiecode Corresponderend nummer...
  • Pagina 25 ALGEMENE INFORMATIE Eigenschappen Specificatie Ingeschakeld 900-1000 RPM Model 15/20 pk 5700-6200 RPM Aanbevolen toerentalbereik bij volgas 15/20 JCI 5400-6100 RPM Boring x slag 61,0 mm x 57,0 mm (2,402 inch x 2,244 inch) Compressieverhouding 10,0:1 Startsysteem Handmatig/elektrisch Startmotorzekering 15 A, mini ATC Computergestuurde CDI (Capacitor Type ontsteking Discharge Ignition, ontsteking met...
  • Pagina 26: Zaken Die Van Invloed Zijn Op De Werking

    ALGEMENE INFORMATIE Eigenschappen Specificatie Handmatig -4° tot 76° Kort 38 cm (15 in.) Spiegelhoogte Lang 51 cm (20 inch) Extra lang 63,5 cm (25 inch) Boven 0 °C (32 °F) 465 MCA, 350 CCA Accuvereisten Onder 0 °C (32 °F) 800 MCA, 650 CCA Geluid bij oor bestuurder (ICOMIA 39-94) dBA 84,5...
  • Pagina 27: Waterabsorptie

    ALGEMENE INFORMATIE • vergroot het gevaar van in de boot spattende golven bij het uit planee komen; • kan in overmatige gevallen stampen van de boot veroorzaken. Naar voren (richting de boeg) verplaatsen van het gewicht: • vergemakkelijkt het planeren; •...
  • Pagina 28: Schroef Selecteren

    Zodra het toerental weer binnen het aanbevolen bedrijfsbereik valt, wordt normaal motorbedrijf hervat. De scheepsbouwer en de verkoopdealer zijn er verantwoordelijk voor om de motorinstallatie van de juiste schroef te voorzien. Raadpleeg de webpagina van Mercury Marine https://www.mercurymarine.com/en/us/ propellers/selector/#/step-one.
  • Pagina 29: Vervoer

    VERVOER Dragen, opslag en vervoer van de buitenboordmotor na verwijderen van de boot BELANGRIJK: Zorg dat u de juiste procedures volgt voor transport en opslag van de buitenboordmotor, om het risico van olielekkage te vermijden. Terwijl de buitenboordmotor in het water ligt, maakt u de brandstofslang los van de buitenboordmotor en laat u de motor lopen totdat hij afslaat.
  • Pagina 30: De Boot/Buitenboordmotor Op Een Trailer Vervoeren

    VERVOER De boot/buitenboordmotor op een trailer vervoeren Zet de boot op de trailer met de buitenboordmotor naar beneden gekanteld in verticale bedrijfsstand. Als er meer afstand tot de grond vereist is, moet de buitenboordmotor opgeklapt worden waarbij een als accessoire verkrijgbare buitenboordmotorondersteuning moet worden gebruikt. Raadpleeg uw plaatselijke dealer voor advies.
  • Pagina 31: Brandstof En Olie

    GEBRUIK VAN (GEOXYGENEERDE) BENZINE MET NIEUWE FORMULE (ALLEEN VS) Benzine met nieuwe formule is verplicht in bepaalde gebieden in de VS en mag in uw Mercury Marine-motor gebruikt worden. De enige zuurstofverbinding die in de VS in deze brandstoffen wordt gebruikt, is alcohol (ethanol, methanol of butanol).
  • Pagina 32: Vereiste Beperkt Doorlatende Brandstofslang

    BRANDSTOF EN OLIE BELANGRIJK: Bij gebruik van een Mercury Marine-motor met benzine met methanol of ethanol mag u die benzine niet langdurig opslaan in de brandstoftank. In auto’s worden zulke benzinemengsels doorgaans opgebruikt voordat ze voldoende vocht absorberen om problemen te veroorzaken; boten daarentegen worden dikwijls zo lang niet gebruikt dat er fasescheiding kan plaatsvinden.
  • Pagina 33: Brandstofdop Verwijderen

    BRANDSTOF EN OLIE • De brandstoftank heeft een brandstofvraagklep die voorkomt dat brandstof onder druk in de motor belandt en het brandstofsysteem verzuipt of dat er brandstof wordt gemorst. • Draai de dop van de brandstoftank bij het aanbrengen rechtsom totdat u een klik hoort. Dat geeft aan dat de brandstofdop goed is geïnstalleerd.
  • Pagina 34: Plaatsing Van De Losse Brandstoftank In De Boot

    BRANDSTOF EN OLIE Zet de motor altijd af voordat u de brandstoftanks vult. Maak de brandstoftanks nooit helemaal vol. Laat ongeveer 10% van het tankvolume leeg. Brandstof zet uit naarmate de temperatuur ervan stijgt en kan onder druk gaan lekken als de tank helemaal vol is. PLAATSING VAN DE LOSSE BRANDSTOFTANK IN DE BOOT Plaats de brandstoftank zo in de boot dat de ontluchting bij normaal gebruik van de boot hoger staat dan het brandstofpeil.
  • Pagina 35 BRANDSTOF EN OLIE BELANGRIJK: Probeer niet om het oliepeil helemaal tot aan de bovenrand van het bedrijfsbereik (bovenste gat) te brengen. Het oliepeil is correct zolang het binnen het bedrijfsbereik tussen het bovenste en onderste gat valt. 62881 Olievuldop Peilstok Bedrijfsbereik oliepeil Als het oliepeil onder het bedrijfsbereik (onderste gat) ligt, verwijder dan de olievuldop en voeg ongeveer 200 ml (7 fl oz) gespecificeerde buitenmotorolie toe.
  • Pagina 36: Functies En Bedieningselementen

    FUNCTIES EN BEDIENINGSELEMENTEN Kenmerken van de stuurknuppel • Een sticker op de stuurknuppel biedt een snelle gids voor het starten van een koude of warme motor. • Draaigreepfrictieknop – Draai de frictieknop om het gas op de gewenste snelheid in te stellen en te houden.
  • Pagina 37 FUNCTIES EN BEDIENINGSELEMENTEN • Afstelknop stuurknuppel - Draai aan de afstelknop om de stuurknuppel in bedrijfspositie omlaag of omhoog te brengen. Ontgrendeling stuurknuppel Afstelknop stuurknuppel 63082 a. Afstelknop op de laagste instelling. 63908 b. Afstelknop op de hoogste instelling. 63909 •...
  • Pagina 38 FUNCTIES EN BEDIENINGSELEMENTEN b. Draai de 15-mm-moer zover los dat die er bijna helemaal vanaf komt. Knevelboutmoer Rubberen huls 63258 c. Draai de 6-mm-inbusschroef los. 63259 6-mm-inbusschroef...
  • Pagina 39 FUNCTIES EN BEDIENINGSELEMENTEN d. Til de klem met uw vingers omhoog en draai de stuurknuppel naar de gewenste hoek. Klem Knevelboutmoer Middelpuntmarkering 63260 e. Haal de knevelbout aan tot het gespecificeerde moment en plaats de rubberen huls. Beschrijving lb-in. lb-ft Knevelboutmoer –...
  • Pagina 40 FUNCTIES EN BEDIENINGSELEMENTEN • Motorstopschakelaar - Druk op de knop om de motor te stoppen. 63084 • Gasgreep – Regelt het motortoerental. Lijn de gasgreep uit met de stationairmarkering op de stuurknuppel als u deze in- of uitschakelt. Draai de gasgreep om het motortoerental te verhogen. 63086...
  • Pagina 41 FUNCTIES EN BEDIENINGSELEMENTEN • Opklapbekrachtigingsschakelaar (indien aanwezig) - Bij modellen met stuurknuppel en opklapbekrachtiging zit onder aan de stuurknuppel een schakelaar. Druk op deze schakelaar om de motor omhoog (UP) of omlaag (DN) te brengen. 63906 • Elektrische startknop (elektrisch gestarte modellen) – Druk op de knop, indien aanwezig, om de motor te starten.
  • Pagina 42: Functies Van De Afstandsbediening

    FUNCTIES EN BEDIENINGSELEMENTEN Functies van de afstandsbediening De boot kan met een van de afgebeelde Mercury Precision of Quicksilver afstandsbedieningen zijn uitgerust. Als dat niet het geval is, raadpleeg dan uw dealer voor een beschrijving van de functies en werking van de afstandsbediening.
  • Pagina 43: Schakelen

    FUNCTIES EN BEDIENINGSELEMENTEN SCHAKELEN BELANGRIJK: Denk aan het volgende: • Zet de buitenboordmotor alleen in of uit versnelling terwijl de motor stationair draait. Als u schakelt bij een hoger motortoerental dan stationair, kan het onderwaterhuis beschadigd raken. • Schakel de buitenboordmotor niet naar achteruit als de boot sneller dan 6 km per uur vaart. Als u bij een hogere vaarsnelheid in achteruit schakelt, kan de motor afslaan, wat er soms toe leidt dat er water in de cilinders wordt gezogen: dat veroorzaakt ernstige motorschade.
  • Pagina 44 FUNCTIES EN BEDIENINGSELEMENTEN WAARSCHUWING Afstellen met onvoldoende frictie kan ernstige of dodelijke ongelukken veroorzaken door verlies van controle over de boot. Stel de stuurfrictie zodanig in dat wordt voorkomen dat de buitenboordmotor een hele bocht instuurt zodra de stuurknuppel of het stuur wordt losgelaten. Afbeelding van model met stuurknuppel Frictieafstelhendel Sticker...
  • Pagina 45: Functies En Gebruik Handmatig Opklappen

    FUNCTIES EN BEDIENINGSELEMENTEN • Waterpompindicator - Als hier water uit spuit, betekent dit dat de waterpomp koelwater omhoog pompt naar de motor. Als er geen waterstraal is, dient de waterinlaat op het onderwaterhuis te worden geïnspecteerd. 62870 Waterpompindicator Functies en gebruik handmatig opklappen •...
  • Pagina 46: Buitenboordmotor Naar Hoogste Stand Opklappen

    FUNCTIES EN BEDIENINGSELEMENTEN Als de buitenboordmotor in de achteruit wordt bediend, moet de opklaphendel omhoog staan. Dit is de vergrendelde stand, die voorkomt dat de buitenboordmotor uit het water draait. Vergrendelde stand voor achteruit varen en stand opklapont‐ grendeling Ontgrendelde stand 15920 BUITENBOORDMOTOR NAAR HOOGSTE STAND OPKLAPPEN Zet de motor af.
  • Pagina 47: De Bedrijfshoek Van De Buitenboordmotor Instellen

    FUNCTIES EN BEDIENINGSELEMENTEN Pak de greep aan de motorkap beet en klap de buitenboordmotor omhoog tot hij in de ondiepwaterstand wordt vergrendeld. Er zijn twee ondiepwaterstanden. Zet de opklaphendel in de stand vergrendelde opklaphendel opheffen om de buitenboordmotor uit de ondiepwaterstand te ontgrendelen.
  • Pagina 48 FUNCTIES EN BEDIENINGSELEMENTEN Rangschik passagiers en lading zodanig in de boot dat het gewicht gelijk is verdeeld. 15927 te grote hoek (achtersteven omlaag - boeg omhoog) te kleine hoek (achtersteven omhoog - boeg omlaag) hoek goed afgesteld (boeg iets omhoog) Raadpleeg de onderstaande lijsten zorgvuldig voor het afstellen van de bedrijfshoek van uw buitenboordmotor.
  • Pagina 49: Functies En Gebruik Opklapbekrachtiging, Indien Aanwezig

    FUNCTIES EN BEDIENINGSELEMENTEN Functies en gebruik opklapbekrachtiging, indien aanwezig OPKLAPBEKRACHTIGING Bij modellen met opklapbekrachtiging kan de bestuurder met de opklapschakelaar de buitenboordmotor gemakkelijk in elke stand tussen volledig omlaag tot volledig omhoog zetten. Dit opklapsysteem kan worden bijgesteld wanneer de motor in neutraal stationair draait of wanneer de motor uitgeschakeld is.
  • Pagina 50: Buitenboordmotor In Hoogste Stand Opklappen

    FUNCTIES EN BEDIENINGSELEMENTEN BUITENBOORDMOTOR IN HOOGSTE STAND OPKLAPPEN Als u de buitenboordmotor wilt opklappen, schakelt u de motor uit en drukt u de opklapschakelaar in de omhoog-stand. De buitenboordmotor wordt opgeklapt totdat u de schakelaar loslaat of totdat de motor de maximale stand bereikt.
  • Pagina 51: Handbediende Opklapontgrendeling

    FUNCTIES EN BEDIENINGSELEMENTEN GEBRUIK IN ONDIEP WATER Als u met uw boot in ondiep water vaart, kan de buitenboordmotor tot een hogere hoek worden opgeklapt. Verlaag het motortoerental tot stationair om de motor op te klappen. Gebruik uw buitenboordmotor op laag toerental als hij omhoog geklapt is voor varen in ondiep water.
  • Pagina 52 FUNCTIES EN BEDIENINGSELEMENTEN Door de opklapstop-pennen te verstellen, bepaalt u de verticale bedrijfshoek van uw buitenboordmotor. Door een juiste afstelling vaart de boot stabiel en presteert hij optimaal, en verloopt het sturen zo soepel mogelijk. Alleen modellen met opklapbekrachtiging Opklapstop-pennen 32192 NB: Raadpleeg de onderstaande lijsten voor het afstellen van de bedrijfshoek van uw buitenboordmotor.
  • Pagina 53: Werking Van Het Waarschuwingssysteem

    FUNCTIES EN BEDIENINGSELEMENTEN • zal het varen in ruw water in het algemeen verbeteren; • het stuurkoppel verhogen of de boot naar rechts doen trekken (bij schroef met normale rotatie rechtsom); • bij overmatige toepassing de boeg van sommige boten zo ver omlaag brengen dat deze tijdens planee door het water begint te 'ploegen'.
  • Pagina 54: Werking Van Het 15 Hp-Waarschuwingssysteem

    FUNCTIES EN BEDIENINGSELEMENTEN Waarschuwings‐ Toerentalbegren‐ Functie Waarschuwingshoorn Beschrijving lampje Zes flitsen Zes pieptonen Sensorfout wordt om de vijf mi‐ Storing motorsensor geen herhaling nuten herhaald Mogelijk wordt Te hoog motortoeren‐ een ontstekings‐ Overtoeren * Geen fout waargeno‐ * Zie tabel Specificaties voor toerentalbegrenzingen. Werking van het 15 HP-waarschuwingssysteem Waarschuwingslamp‐...
  • Pagina 55: Sensor- En Restrictorfout

    FUNCTIES EN BEDIENINGSELEMENTEN Komt er geen water uit de waterpompindicatie-opening, of alleen een onregelmatige stroom, zet dan de motor af en controleer of de koelwaterinlaatopeningen verstopt zijn. Als er geen verstopping wordt gevonden, kan er een blokkering zijn opgetreden in het koelsysteem of een probleem met de waterpomp zijn. Als de motor in oververhitte toestand wordt gebruikt, loopt hij schade op.
  • Pagina 56: Bediening

    BEDIENING Controlelijst vóór het starten • De gebruiker moet op de hoogte zijn van de veilige navigatie-, vaar- en bedieningsprocedures. • Er is voor elke persoon aan boord een passend reddingsvest dat gemakkelijk toegankelijk is (wettelijk verplicht). • Er is een ringvormige reddingsband of een drijfkussen aan boord voor het geval er iemand overboord slaat.
  • Pagina 57: Instructies Vóór Het Starten

    BEDIENING Instructies vóór het starten Verbind de externe brandstofslang met de buitenboordmotor. Zorg ervoor dat de connector op zijn plaats wordt geklikt. 63102 Brandstofleidingconnector Controleer het motoroliepeil. 62881 Olievuldop Peilstok Bedrijfsbereik oliepeil KENNISGEVING Als er onvoldoende koelwater is, raken de motor, de waterpomp en andere onderdelen oververhit en lopen ze schade op.
  • Pagina 58: Procedure Voor Inlopen Van De Motor

    BEDIENING Zorg dat de koelwaterinlaat onder water is. 26837 Op modellen met stuurknuppel en handmatige of elektrische start zit op de stuurknuppel een gidssticker waarop de motorstartvolgorde wordt getoond. Raadpleeg deze sticker bij koud en warm starten. Gidssticker Schakelhendel Frictieknop gasgreep 63078 Procedure voor inlopen van de motor BELANGRIJK: Als de inloopprocedures voor de motor niet in acht worden genomen, kan de motor slechter...
  • Pagina 59 BEDIENING Open de ontluchtingsschroef van de brandstoftank op tanks met handbediende ontluchting. Brandstofdop Handbediende ontluchtingsschroef Borglip 46290 Plaats de benzinepompbal in de brandstofleiding met de pijl op de zijkant omhoog gericht. Knijp enkele keren in de benzinepompbal totdat deze hard aanvoelt. BELANGRIJK: Voorkom "verzuipen"...
  • Pagina 60 BEDIENING Controleer of de schakelhendel in neutraal (N) staat. 63077 Controleer of de gasgreep op stationair staat. 63086 Handgestarte modellen – Trek langzaam aan het startkoord tot u voelt dat de starter wordt ingeschakeld en trek dan snel aan het koord om de motor te tornen. Laat het koord langzaam terugrollen.
  • Pagina 61: Motor Opwarmen

    BEDIENING NB: Het waarschuwingslampje blijft maximaal vijf seconden branden nadat de buitenboordmotor is gestart. Als het lampje daarna blijft branden, dient u Functies en bedieningselementen - Waarschuwingssysteem te raadplegen. 62873 10. Controleer of er een ononderbroken straal water uit de waterpompindicator komt. 62870 BELANGRIJK: Als er geen water uit de waterpompindicator komt, zet u de motor af en controleert u of de koelwaterinlaat verstopt is.
  • Pagina 62 BEDIENING Open de ontluchtingsschroef van de brandstoftank op tanks met handbediende ontluchting. Brandstofdop Handbediende ontluchtingsschroef Borglip 46290 Plaats de benzinepompbal in de brandstofleiding met de pijl op de zijkant omhoog gericht. Knijp enkele keren in de benzinepompbal totdat deze hard aanvoelt. 27348 Zet de dodemansschakelaar op RUN.
  • Pagina 63 BEDIENING BELANGRIJK: Buitenboordmotoren met acculaadcapaciteit mogen niet gebruikt worden zonder dat de accukabels op de accu aangesloten zijn. Dat kan het laadsysteem beschadigen. Draai de contactsleutel naar START en start de motor. Als de motor niet binnen tien seconden aanslaat, wacht u 30 seconden en probeert u het nogmaals. Als de motor afslaat, gebruikt u de functie "alleen gas"...
  • Pagina 64: Schakelen

    BEDIENING Schakelen BELANGRIJK: Denk aan het volgende: • Zet de buitenboordmotor alleen in of uit versnelling terwijl de motor stationair draait. Als u schakelt bij een hoger motortoerental dan stationair, kan het onderwaterhuis beschadigd raken. • Schakel de buitenboordmotor niet naar achteruit als de boot sneller dan 6 km per uur vaart. Als u bij een hogere vaarsnelheid in achteruit schakelt, kan de motor afslaan, wat er soms toe leidt dat er water in de cilinders wordt gezogen: dat veroorzaakt ernstige motorschade.
  • Pagina 65: De Motor Afzetten

    BEDIENING De motor afzetten Modellen met afstandsbediening - Verlaag het motortoerental en schakel de buitenboordmotor in de neutrale stand. Draai de contactsleutel naar de stand 'OFF'. 26843 Modellen met stuurknuppel - Verlaag het motortoerental en schakel de buitenboordmotor in de neutrale stand.
  • Pagina 66: Noodstartprocedure

    BEDIENING Noodstartprocedure Als het startsysteem niet werkt, verwijder dan met het met de motor meegeleverde gereedschap de repeteerstarter om de motor te starten. Lees de volgende procedure alvorens te proberen de repeteerstarter te verwijderen. WAARSCHUWING De toerentalbeveiliging in neutraal werkt niet als de motor met het reservestartkoord wordt gestart. Stel het motortoerental in op stationair en zet de versnelling in neutraal om te voorkomen dat de buitenboordmotor geschakeld start.
  • Pagina 67 BEDIENING Verwijder één lange en één middellange schroef en de ringen waarmee de luchtkast aan de motor vastzit. 63119 Lange schroef Middellange schroef Startbeveiligingskabel Draai de luchtkast enigszins zodat de repeteerstarter kan worden verwijderd. BELANGRIJK: Als de luchtkast te ver wordt gedraaid, of loskomt van het gasklephuis, kan een aan de luchtkast bevestigde slang (die in de afbeelding hieronder niet te zien is) losraken.
  • Pagina 68 BEDIENING Plaats de middellange schroef om de luchtkast tegen te houden. Draai de schroef goed aan. 63146 Zet de versnelling in z'n vrij. Zorg dat de noodstopschakelaar op "RUN" (LOPEN) staat. 10. Modellen met afstandbediening - Zorg dat de contactsleutel op ON (AAN) staat. WAARSCHUWING Er is hoogspanning wanneer de motor wordt gestart of draait.
  • Pagina 69 BEDIENING 12. Trek het koord snel uit. NB: Bij deze motor is voor het brandstofinjectiesysteem of het ontstekingssysteem geen accu nodig. Het brandstofinjectiesysteem en het ontstekingssysteem worden gevoed door de dynamo onder het vliegwiel. Er kunnen daarom meerdere pogingen nodig zijn om de motor te starten met het noodstartkoord.
  • Pagina 70: Aanbevelingen Voor Reiniging En Onderhoud

    ONDERHOUD Aanbevelingen voor reiniging en onderhoud ONDERHOUD VAN DE BUITENBOORDMOTOR Om uw buitenboordmotor in optimale bedrijfsconditie te houden, is het belangrijk dat voor de buitenboordmotor de periodieke inspecties en onderhoudsprocedures worden uitgevoerd die vermeld staan in het Inspectie- en onderhoudsschema. Wij dringen er bij u op aan om de motor naar behoren te laten onderhouden, teneinde de veiligheid van uzelf en uw passagiers zeker te stellen en tevens de betrouwbaarheid ervan in stand te houden.
  • Pagina 71: Reiniging Van De Motorkap En De Onderbak

    (92-859026K 1). Emissievoorschriften volgens EPA Van alle nieuwe buitenboordmotoren die Mercury Marine produceert, wordt officieel aan de Environmental Protection Agency (EPA) van de Verenigde Staten verklaard dat deze voldoen aan de vereisten voor de bestrijding van luchtvervuiling die gelden voor nieuwe buitenboordmotoren. Een voorwaarde voor deze verklaring is dat bepaalde afstellingen op de fabrieksnormen zijn afgestemd.
  • Pagina 72: Verantwoordelijkheid Van De Eigenaar

    ONDERHOUD VERANTWOORDELIJKHEID VAN DE EIGENAAR De eigenaar/gebruiker moet regelmatig onderhoud aan de motor laten uitvoeren om de emissieniveaus binnen de voorgeschreven certificatienormen te houden. De eigenaar/gebruiker mag de motor niet zodanig wijzigen dat het vermogen verandert of de emissieniveaus de vastgelegde fabrieksspecificaties zullen overschrijden. Inspectie- en onderhoudsschema VOORAFGAAND AAN ELK GEBRUIK •...
  • Pagina 73: Om De 300 Draaiuren Of Drie Jaar

    ONDERHOUD Ref.-nr. Beschrijving Gebruikt in Onderdeelnr. tube Anti-seize Compound Bougieschroefdraad 92-898101389 (antivastloopmiddel) • Giet Quickleen in de brandstoftank. Ref.-nr. Beschrijving Gebruikt in Onderdeelnr. tube Quickleen Engine & Fuel System Cleaner (motor- en Brandstoftank 8M0074921 brandstofsysteemrein iger) • Controleer of de motorkapafdichtingen intact en onbeschadigd zijn. •...
  • Pagina 74: Motorkap Verwijderen En Installeren

    ONDERHOUD Spoel de inwendige koelwaterkanalen van de buitenboordmotor door met zoet water na elk gebruik in zout, vervuild of modderig water. Hierdoor voorkomt u dat afzettingen de inwendige koelwaterkanalen verstoppen. BELANGRIJK: Tijdens het doorspoelen moet de motor draaien om de thermostaat te openen en water door de koelwaterkanalen te laten circuleren.
  • Pagina 75: Installeren

    ONDERHOUD Til de achterkant van de motorkap omhoog en duw deze naar de voorkant van de motor om de haak op de voorkant te passeren. 63227 INSTALLEREN Zet de haak op de voorkant vast en plaats de kap terug over de motor. Zet de achterste sluiting vast.
  • Pagina 76: Brandstofleiding Inspecteren

    ONDERHOUD Voordat u onderhoud aan een onderdeel van het brandstofsysteem uitvoert, moet u de motor afzetten en de accu loskoppelen. Tap het brandstofsysteem helemaal af. Gebruik een goedgekeurde opvangbak om brandstof in op te vangen en op te slaan. Dep eventueel gemorste brandstof onmiddellijk op. Gooi materiaal waarmee gemorste brandstof is opgedept weg in een daarvoor bedoelde afvalbak.
  • Pagina 77: Brandstoffilter Vervangen

    ONDERHOUD NB: Er kan op de middelste aftappoort van de aftapfitting tijdelijk een aftapslang worden geplaatst om de inhoud makkelijker in een goedgekeurde opvangbak te kunnen legen. 63110 Aftapfitting Indien deze is geïnstalleerd, verwijdert u de aftapslang en draait u de van schroefdraad voorziene aftapfitting goed vast.
  • Pagina 78: Filter Installeren

    ONDERHOUD Haal het kijkglas van het filterhuis af. Filterhuis Rubberen steun Kijkglas 63111 Trek het filterelement van het filterhuis af. BELANGRIJK: He filter is met een O-ring op het filterhuis vastgezet en afgedicht. De O-ring kan op het filterhuis blijven zitten. De O-ring moet worden verwijderd voordat het brandstoffilter wordt geplaatst. 63112 Brandstoffilter Filter installeren...
  • Pagina 79 ONDERHOUD Installeer de O-ringafdichting in het brandstoffilter. Controleer of er in de O-ring geen kronkels of knikken zitten. 63114 Smeer de O-ring met schone motorolie. Druk het brandstoffilterelement op het filterhuis. Controleer of het filter goed is geplaatst door op de in de afbeelding hieronder weergegeven punten op het filter te drukken.
  • Pagina 80: Schroef Vervangen

    ONDERHOUD Controleer of de rubberen steun correct met het filterhuis is uitgelijnd en plaats de rubberen steun. 63116 Rubberen steun correct uitgelijnd Installeer de filterconstructie op de montagebeugel. Sluit de brandstofslang aan op de motor en vul het motorbrandstofsysteem. Controleer het gebied rondom het brandstoffilter op brandstoflekken.
  • Pagina 81 ONDERHOUD Schakel de buitenboordmotor in neutraal (N). 63077 Modellen met stuurknuppel 63103 Modellen met afstandsbediening Buig de splitpen recht en trek hem met een tang naar buiten. Plaats een blok hout tussen het onderwaterhuis en de schroef om draaien te voorkomen, en verwijder de schroefmoer.
  • Pagina 82 ONDERHOUD Trek de propeller recht van de as af. Als de schroef op de as is vastgelopen en niet verwijderd kan worden, laat hem dan door een erkende dealer verwijderen. 31926 Splitpen Moer Achterste drukring Voorste draagring BELANGRIJK: Om corrosie op de schroefnaaf en vastlopen van de naaf op de schroefas te voorkomen (met name in zout water), moet u altijd het aanbevolen smeermiddel aanbrengen op de gehele as tijdens de aanbevolen onderhoudsbeurten en telkens wanneer de schroef wordt verwijderd.
  • Pagina 83: Zekering Vervangen - Elektrisch Gestarte Modellen

    ONDERHOUD NB: Als de schroefmoer na het aandraaien niet in lijn ligt met het schroefasgat, draai de moer dan verder aan totdat hij in lijn komt met het gat. 10. Breng de schroefmoer in lijn met het gat in de schroefas. Steek een nieuwe splitpen in het gat en buig de einden om.
  • Pagina 84: Bougies Inspecteren En Vervangen

    ONDERHOUD Het circuit van de spanningsregelaar en het elektrische startcircuit worden tegen overbelasting beschermd door respectievelijk een zekering van 20 A en een ATC-zekering van 15 A. Probeer als een zekering is gesprongen de oorzaak van de overbelasting op te sporen en te verhelpen. Als de oorzaak niet wordt verholpen, kan de zekering nogmaals springen.
  • Pagina 85: Distributieriem Inspecteren

    ONDERHOUD Verwijder de bougiedoppen. Draai de rubberen doppen wat heen en weer en trek ze van de bougies 26899 Verwijder de bougies om deze te inspecteren. Vervang de bougie als de elektrode versleten is of als de isolator ruw, gebarsten, gebroken of vervuild is of inbrandplekken vertoont. 26946 Stel de elektrodeafstand af volgens de specificatie.
  • Pagina 86: Motorolie

    ONDERHOUD • Tekenen van slijtage aan de randen of buitenvlakken van de riem 62878 Motorolie OLIEFILTER VERVANGEN 62880 Oliefilter Plaats de motor zo dat deze een volledige draai over stuurboord kan maken. NB: Bij modellen met kickerriemen moet één uiteinde van de riemen aan bakboordzijde tijdelijk worden losgekoppeld.
  • Pagina 87 ONDERHOUD Verwijder de bovenkap en haal de aftapslang van het oliefilter uit het opbergvak aan de voorkant van de motor. 64178 Aftapslang oliefilter. Klap de motor omhoog en zet de buitenboordmotor in helemaal opgeklapte stand vast. Wacht een paar minuten zodat de olie de motor in kan stromen. Voer de aftapslang van het oliefilter naar een goedgekeurde opvangbak.
  • Pagina 88: De Motorolie Aftappen

    ONDERHOUD Reinig de montagevoet. Breng een dun laagje schone olie aan op de filterpakking. Gebruik geen vet. Plaats het nieuwe filter. Als de pakking de voet raakt, moet het filter nogmaals een driekwartslag tot een hele slag worden aangehaald. Componenten die eventueel zijn verwijderd om bij het oliefilter te komen dienen op hun oorspronkelijke locatie te worden teruggeplaatst of geïnstalleerd.
  • Pagina 89: Anti-Corrosieanoden En Continuïteitsdraad

    ONDERHOUD Verwijder de olievuldop en voeg aanbevolen olie toe tot halverwege het bedrijfsbereik voor het oliepeil. Een leeg onderwaterhuis kan met ongeveer 1,0 liter olie tot de helft worden gevuld. Breng de olievuldop weer aan. 62881 Olievuldop Peilstok Bedrijfsbereik oliepeil Laat de motor, met een correcte toevoer van koelwater, vijf minuten stationair draaien en controleer op lekkage.
  • Pagina 90 ONDERHOUD • Eén anode bevindt zich in het middengedeelte aan de stuurboordzijde, vlak boven de antiventilatieplaat. De anode is met een schroef en moer op het middengedeelte bevestigd. 62958 • Eén anode bevindt zich aan de onderkant van de onderste motorsteun. Met een schroef worden de anode en twee continuïteitsdraden op de steun bevestigd.
  • Pagina 91: Smeerpunten

    ONDERHOUD • Op de onderkant van de spiegelklemmen bevinden zich twee anoden. Op modellen met opklapbekrachtiging bevinden de anoden zich aan de binnenkant van de klemmen. Op modellen met handmatig opklapsysteem zijn de anoden bevestigd achter op de klemmen. Op beide modellen zijn de anoden met schroeven op de klemmen bevestigd.
  • Pagina 92 ONDERHOUD Ref.-nr. Beschrijving Gebruikt in Onderdeelnr. tube Stuurkolom, spiegelknevelbouten, Extreme Grease 8M0071841 kantelbuis, schroefas, stuurkabelvet Stuurkolom, spiegelknevelbouten, 2-4-C met PTFE kantelbuis, gas-/schakelkabels, 92-802859Q 1 smeernippel stuurkabel • Smeernippel stuurkolom. 63095 • Kantelbuis - smeernippels. • Smeernippels spiegelknevelbouten. 63285 Smeernippels kantelbuis Smeernippel spiegelknevelbouten...
  • Pagina 93 ONDERHOUD • Stuurkabelsmeernippel (indien aanwezig) - Draai het stuur om het uiteinde van de stuurkabel helemaal in de kantelbuis van de buitenboordmotor te trekken. Smeer de stuurkabel via de smeernippel. Smeernippel stuurkabel Uiteinde van de stuurkabel Smeernippels kantelbuis 63286 WAARSCHUWING Onvoldoende smering van de kabel kan hydraulische blokkering veroorzaken, met eventueel ernstige of dodelijke ongelukken als gevolg door verlies van controle over de boot.
  • Pagina 94: Smeermiddel Onderwaterhuis

    ONDERHOUD • Schroefas - zie Schroef vervangen voor informatie over het verwijderen en installeren van de schroef. Breng op de gehele schroefas smeermiddel aan om te voorkomen dat de schroefnaaf op de as vast komt te zitten. 31927 Smeermiddel onderwaterhuis SMEERMIDDEL UIT ONDERWATERHUIS AFTAPPEN EN INSPECTEREN WAARSCHUWING Een draaiende schroef kan ernstig of dodelijk letsel veroorzaken.
  • Pagina 95: Smeermiddelinhoud Onderwaterhuis

    ONDERHOUD Let op de kleur van de tandwielolie. Witte of roomkleurige olie duidt op de aanwezigheid van water in de olie. Controleer in de opvangbak of er zich water van het smeermiddel heeft afgescheiden. De aanwezigheid van water in de tandwielolie duidt erop dat de oliekeerringen, afdichtingsvlakken, O- ringen en onderdelen van het onderwaterhuis gedemonteerd en geïnspecteerd moeten worden.
  • Pagina 96: Opklapbekrachtigingsvloeistof Controleren, Indien Aanwezig

    ONDERHOUD Opklapbekrachtigingsvloeistof controleren, indien aanwezig Klap de buitenboordmotor helemaal op en schakel de opklapgeleidehendel in. opklapgeleidehendel 31919 Verwijder de vuldop en controleer het vloeistofpeil. Het vloeistofpeil hoort ter hoogte van de onderkant van de vulopening te staan. Gebruik Mercury of Quicksilver Power Trim and Steering Fluid (trim- en stuurbekrachtigingsvloeistof).
  • Pagina 97: Opslag

    OPSLAG Voorbereiding op opslag Bij de voorbereiding van de buitenboordmotor op opslag is bescherming tegen roest, corrosie en beschadiging door bevriezing van ingesloten water het belangrijkste. De volgende opslagprocedures moeten worden gevolgd om uw buitenboordmotor op seizoensopslag of langdurige opslag (twee maanden of langer) voor te bereiden. KENNISGEVING Als er onvoldoende koelwater is, raken de motor, de waterpomp en andere onderdelen oververhit en lopen ze schade op.
  • Pagina 98: Onderwaterhuis

    OPSLAG • Draai het vliegwiel met de hand een paar keer rond totdat de olie over de cilinders verdeeld is. Breng de bougies aan. • Ververs de motorolie. Onderwaterhuis • Leeg het onderwaterhuis en vul het opnieuw met onderwaterhuissmeermiddel (zie Onderwaterhuissmeermiddel).
  • Pagina 99: Accu-Opslag

    OPSLAG • De onderkap van de motor aan bakboord heeft twee bumpers om schade aan de motorkap te voorkomen wanneer de motor liggend wordt opgeslagen. Door de motor aan bakboordzijde op te slaan wordt voorkomen dat er olie vanuit het onderwaterhuis de cilinders of het ventilatiesysteem van het onderwaterhuis inloopt.
  • Pagina 100: Opsporen Van Storingen

    OPSPOREN VAN STORINGEN Startmotor tornt de motor niet (elektrisch gestarte modellen) MOGELIJKE OORZAKEN • Doorgeslagen 15A-zekering in het startcircuit. Zie het hoofdstuk Onderhoud. NB: Als de accu verkeerd om wordt aangesloten, zal dit de 15A-zekering doen doorslaan. • De buitenboordmotor is niet in neutraal geschakeld. •...
  • Pagina 101: Prestatieverlies

    OPSPOREN VAN STORINGEN Prestatieverlies MOGELIJKE OORZAKEN • Lage oliedruk. Controleer het oliepeil. • Waarschuwingssysteem geactiveerd. • Gasklep niet volledig open. • Schroef beschadigd of schroef van verkeerde grootte. • Onjuist ingestelde gaskoppeling. • Boot overbelast of lading niet goed verdeeld. •...
  • Pagina 102: Hulp Bij Onderhoud Voor De Eigenaar

    Deze informatie wordt bij Mercury Marine bijgehouden in een database om de instanties en dealers te helpen bij het terugvinden van gestolen motoren.
  • Pagina 103: Contactinformatie Voor Klantenservice Van Mercury Marine

    HULP BIJ ONDERHOUD VOOR DE EIGENAAR Neem als de dealer uw vraag of probleem niet kan oplossen contact op met een servicekantoor van Mercury Marine. Mercury Marine zal samen met u en uw dealer werken aan een oplossing voor alle problemen.
  • Pagina 104: Buiten De Verenigde Staten En Canada

    HULP BIJ ONDERHOUD VOOR DE EIGENAAR Model Serienummer Vermogen Jaar VERENIGDE STATEN EN CANADA Voor aanvullende informatie over uw Mercury Marine motorinstallatie kunt u contact opnemen met de dichtstbijzijnde Mercury Marine dealer of met: Mercury Marine Telefoon Post Mercury Marine (920) 929–5110...
  • Pagina 105: Motor Installeren

    Sommige accessoires die niet door Mercury Marine worden geproduceerd of verkocht, zijn er niet op ontworpen om veilig met uw buitenboordmotor of het bedieningssysteem ervan te worden gebruikt. Zorg dat u de installatie-, bedienings- en onderhoudshandleidingen voor alle geselecteerde accessoires bezit en leest.
  • Pagina 106: Buitenboordmotor Ophijsen

    MOTOR INSTALLEREN • Een beperkt doorlatende brandstofslang heeft de classificatie USCG Type B1-15 of Type A1-15. Deze is gedefinieerd als niet meer dan 15/gm²/24 h van CE 10 brandstof doorlatend bij een temperatuur van 23 °C conform de specificatie in SAE J 1527 - Marine Fuel Hose (brandstofslangen scheepsvaart). Buitenboordmotor ophijsen Gebruik het hijsoog op de motor.
  • Pagina 107 MOTOR INSTALLEREN Dit product moet met het vereiste bevestigingsmateriaal op de spiegel worden gemonteerd. Als de buitenboordmotor een obstakel onder water raakt, voorkomt het vereiste bevestigingsmateriaal dat de buitenboordmotor loskomt van de spiegel. Een sticker op de stuurkolom wijst de installateur op de mogelijkheid van dit gevaar.
  • Pagina 108: Stuurkabel Installeren

    MOTOR INSTALLEREN Om verlies van de buitenboordmotor te voorkomen, moet de buitenboordmotor met de meegeleverde bevestigingsmiddelen aan de spiegel worden vastgezet. Boor met een boor van 7,9 mm (5/16 inch) de gaten in de spiegel. Gebruik de montagegaten voor de spiegelklemmen als gids voor het uitlijnen. Zet de bouten met vlakke ringen en borgmoeren vast.
  • Pagina 109: Stuurstangbevestigers

    MOTOR INSTALLEREN Schroef de afdichting van de stuurkabel op het uiteinde van de kantelbuis. 63262 Stuurkabelmoer Stuurkabelafdichting Beschrijving lb-in. lb-ft Stuurkabelmoer 47,5 – Stuurstangbevestigers BELANGRIJK: De stuurstang waardoor de stuurkabel met de motor verbonden wordt, moet bevestigd worden met de stuurstangbevestigers die met de motor meegeleverd zijn. De borgmoeren mogen nooit door gewone niet-borgende moeren worden vervangen omdat deze zich loswerken en van de machine af trillen, waardoor de verbindingsstang wordt losgemaakt.
  • Pagina 110: Draadboom Afstandsbediening En Bedieningskabel Installeren

    MOTOR INSTALLEREN Zet de stuurstang op de motor vast met de bout, borgmoer, pasring en vlakke ringen. Haal de borgmoer aan met het voorgeschreven aanhaalmoment. 63289 Bout platte sluitring afstandsstuk Borgmoer met nylon inlegring stuurplaat Borgmoer met nylon inzetstuk - helemaal aandraaien en dan een kwartslag terug Beschrijving lb-in lb-ft...
  • Pagina 111 MOTOR INSTALLEREN Draai de schroef waarmee de grendel van de motorkap vastzit op de aandrijfhuisdeksels los maar verwijder de schroef niet. 63041 Draai de zeven schroeven waarmee het aandrijfdeksel aan stuurboordzijde vastzit los en verwijder het deksel. 63039 Installeren Plaats het deksel aan stuurboordzijde nadat de schakel- en gaskabels zijn geplaatst. Plaats het deksel voor de stuurboordzijde op de aandrijfbehuizing en zet deze vast met zeven schroeven.
  • Pagina 112: Schakelkabel Installeren

    MOTOR INSTALLEREN Plaats de bovenkap en zet deze vast met de motorkapgrendel. SCHAKELKABEL INSTALLEREN Installeer de kabels aan de afstandsbediening volgens de bij de afstandsbediening geleverde aanwijzingen. NB: De schakelkabel is de eerste kabel die hoort te bewegen als u de bedieningskast uit de neutrale stand haalt.
  • Pagina 113: Gaskabel Installeren

    MOTOR INSTALLEREN Stel de kabelton zo af dat de middelste markering op de kabel in lijn staat met de eindgeleider wanneer de kabelton in de tonhouder wordt geplaatst. Splitpen Platte sluitring Schakelkabel Kabelton 63123 Controleer de schakelkabelafstellingen als volgt: a. Schakel de afstandsbediening in vooruit. De schroefas hoort geschakeld te worden. Als dat niet het geval is, verplaatst u de ton naar de kabeleindgeleider toe.
  • Pagina 114 MOTOR INSTALLEREN Controleer of de afsteltekens op de gashendel in lijn staat met het afstelteken op de beugel. Verstel zo nodig de gasverbinding voor een correcte uitlijning. Gashendel tegen aanslag Gasverbinding Afsteltekens uitgelijnd 63126 Zoek het middelpunt van de speling of loze beweging in de gaskabel als volgt op: a.
  • Pagina 115 MOTOR INSTALLEREN Plaats de gaskabel in de tonhouder. Splitpen Platte sluitring Gaskabel Kabelton 63129 Plaats de kabeltonhouder en zet deze vast met de schroef. Haal de schroef met het voorgeschreven aanhaalmoment aan. Kabeltonhouder Schroef 63131 Beschrijving lb-in. lb-ft Schroef –...
  • Pagina 116: De Draadboom Van De Afstandsbediening En Doorvoertule Installeren

    MOTOR INSTALLEREN DE DRAADBOOM VAN DE AFSTANDSBEDIENING EN DOORVOERTULE INSTALLEREN Sluit de 14-pins connector van de draadboom aan op de kabelbundel van de motor. 63133 Plaats de uitgaande doorvoertule. Gaskabel Schakelkabel Accukabels Veertienpolige draadboom 63135...
  • Pagina 117: De Draairichting Van De Gasgreep Van De Stuurknuppel Wijzigen

    MOTOR INSTALLEREN Installeer het aandrijfhuisdeksel aan stuurboord en bakboord. Lijn de uitgaande doorvoertule nauwkeurig uit wanneer u het aandrijfhuisdeksel installeert. Haal alle schroeven met het voorgeschreven aanhaalmoment aan. 63136 Beschrijving lb-in. lb-ft Bouten aandrijfhuisdeksel – De draairichting van de gasgreep van de stuurknuppel wijzigen De in de fabriek ingestelde draairichting van de gasgreep van de stuurknuppel kan worden omgedraaid.
  • Pagina 118 MOTOR INSTALLEREN Neem de bovenste kabel van de beugel en de gaskabeltrommel af. Gaskabeltrommel Beugel 64614 Neem de onderste kabel van de gaskabeltrommel en de beugel af. 64615 Onderste kabel Plaats de kabel met de markering op de onderste geleider en beugel van de gaskabeltrommel. Plaats de kabel zonder de markering op de bovenste geleider en beugel van de gaskabeltrommel.
  • Pagina 119 MOTOR INSTALLEREN Draai de gasgreep zo dat de uitlijnmarkering voor stationair zich op de stuurknuppel links van de uitlijnmarkering voor stationair bevindt. Markering voor stationair op de stuur‐ knuppel Uitlijnmarkering stationair op gas‐ greep 64617 Druk op het bedrade uiteinde van de bovenste kabel terwijl u de uitlijnmarkeringen op de stuurknuppel voor stationair in het oog blijft houden.
  • Pagina 120 MOTOR INSTALLEREN 10. Druk op het bedrade uiteinde van de onderste kabel terwijl u de gaskabeltrommel in het oog blijft houden. Als de gaskabeltrommel beweegt, zit de kabel te strak. Oefen minder spanning uit en draai de moer van de onderste kabel aan de rechterkant naar de beugel toe. Draai de moer aan de linkerkant naar de beugel toe tot deze vingervast zit.
  • Pagina 121: Accu Installeren - Elektrisch Gestarte Modellen

    MOTOR INSTALLEREN BELANGRIJK: Als de gashendel in de volgasstand staat, moet de bovenste kabel enige speling hebben. 64623 Volgasstop gaskabeltrommel en kabelspeling 16. Draai de gasgreep een paar keer naar vol gas en weer terug naar stationair, waarbij u erop moet letten of de gaskabeltrommel contact maakt met de beugelstop.
  • Pagina 122: De Accukabels Van De Buitenboordmotor Loskoppelen

    MOTOR INSTALLEREN DE ACCUKABELS VAN DE BUITENBOORDMOTOR LOSKOPPELEN Koppel eerst de zwarte accukabel los van op de minpool (–) en dan de rode accukabel van de pluspool (+). 27158...
  • Pagina 123: Onderhoudslogboek

    ONDERHOUDSLOGBOEK Onderhoudslogboek Noteer hier het onderhoud dat aan uw buitenboordmotor is uitgevoerd. Denk eraan dat u alle werkopdrachten en ontvangstbewijzen bewaart. Datum Uitgevoerd onderhoud Draaiuren...

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Go boldly 15 efi fourstroke

Inhoudsopgave