Ingangssignalen toewijzen aan tracks (Busopname)
1
Verlaag de [STEREO]-fader naar de –
positie.
2
Sluit de instrumenten/microfoons aan op
de MIC/LINE INPUT-aansluitingen 1–8.
3
Druk in de Quick Navigate-sectie
herhaaldelijk op de [RECORD]-toets of
houd de [RECORD]-toets ingedrukt en
gebruik de CURSOR-toetsen [ ]/[ ] om
naar de MIXED-pagina in het RECORD-
scherm te gaan.
In de MIXED-pagina van het RECORD-scherm kunt
u de ingangskanaalsignalen toewijzen aan een of twee
willekeurige tracks via de L/R-bus.
1
5
4
3
1 INPUT
Selecteert het opnamebroningangskanaal.
B L/R-bus
De twee horizontale lijnen geven de bus L/R-
signaalroute aan. U kunt de aan/uit-status van het
signaal controleren dat van de
opnamebroningangskanalen naar bus L of R wordt
verzonden, en de tracks controleren die de
opnamebestemming van de L/R-bus zullen zijn.
C TRACK
Selecteert de track(s) die de opnamebestemming van
het L/R-bussignaal zullen worden.
D SAFE-knop
Om alle opnamebronnen en opnamebestemmingen te
annuleren, verplaatst u de cursor naar deze knop en
drukt u op de [ENTER]-toets.
E BUS-knop
Als u de cursor naar deze knop verplaatst en op de
[ENTER]-toets drukt zullen er een specifieke fader en
niveaumeter voor de L/R-bus rechts in het scherm
verschijnen. U kunt deze gebruiken om het
masterniveau van de L/R-bus aan te passen.
∞
4
-
2
5
Ingangssignalen toewijzen aan tracks (Busopname)
Druk op de [INPUT SEL]-toets van het
ingangskanaal waarop u uw instrument of
microfoon heeft aangesloten.
De momenteel ingestelde [INPUT SEL]-toets zal
oranje oplichten en dat ingangskanaal zal worden
geselecteerd voor bewerking.
In het scherm zal het
-symbool
van het corresponderende
ingangskanaal worden
gemarkeerd en er zal een lijn
verschijnen om aan te geven dat
dit kanaal is aangesloten op
de bus.
TIP
• U kunt ook een ingangskanaal selecteren door de cursor te
verplaatsen naar het
-symbool van het gewenste
ingangskanaal en op de [ENTER]-toets drukken.
• Als u de [INPUT SEL]-toets van een ingangskanaal indrukt en
ingedrukt houdt, zal het INPUT SETTING-popupvenster
verschijnen, waarin u instellingen kunt opgeven voor het
bijbehorende ingangskanaal. Om dit popupvenster te sluiten
en terug te keren naar het voorgaande scherm, verplaatst u
de cursor naar de EXIT-knop en drukt u op de [ENTER]-toets.
Druk herhaaldelijk op
dezelfde [INPUT SEL]-
toets als in stap 4, en het
signaal dat van dat
ingangskanaal naar de
L/R-bus wordt gestuurd,
wordt in-/uitgeschakeld.
Elke keer dat u op de [INPUT
SEL]-toets drukt, zal het
scherm als volgt veranderen.
TIP
• Voor een ingangskanaal dat is
geselecteerd als opnamebron zal
de toewijzing aan de stereobus
automatisch worden uitgezet,
maar er zullen verbindingen
worden gemaakt waardoor het
signaal kan worden afgeluisterd
via het trackkanaal.
AW1600 Gebruikershandleiding
5
45