Dit hoofdstuk legt uit hoe u de audiodata die zijn opgenomen in een
audiotrack kunt bewerken en hoe u de padevents die zijn opgenomen in een
padtrack kunt bewerken.
Wat u kunt doen met de bewerkingscommando's
De AW1600 voorziet in verscheidene bewerkingscommando's voor het bewerken van de
opgenomen audiotracks en padtracks. Bewerkingscommando's zijn functies die u een track of
gedeelte aan laten geven, en u de data van die track of van dat gedeelte laten wissen of
verplaatsen.
De AW1600 voorziet in de volgende
bewerkingscommando's.
G ERASE
Wist de data van het aangegeven gedeelte.
G DELETE
Verwijdert de data van het aangegeven gedeelte. Data die
volgt op de het gewiste gedeelte zal de overeenkomstige
afstand naar voren worden geschoven.
G INSERT
Voegt lege ruimte toe aan het aangegeven gedeelte.
G COPY
Kopieert de data van het aangegeven gedeelte naar de
gewenste locatie van de gewenste track.
G MOVE
Verplaatst de data van het aangegeven gedeelte naar de
gewenste locatie van de gewenste track. De verplaatse
brondata zullen worden gewist.
G EXCHANGE
Wisselt data uit tussen de aangegeven tracks.
G TIME COMP/EXP
(tijdcompressie/-uitbreiding)
Past de lengte aan van het aangegeven gedeelte van een
audiotrack zonder zijn toonhoogte te beïnvloeden.
G PITCH CHANGE
Past de toonhoogte aan van het aangegeven gedeelte van
een audiotrack zonder zijn lengte te beïnvloeden.
G EXPORT
Schrijft het opgegeven deel van een audiotrack naar een
WAV-bestand.
TIP
• De EXCHANGE-, TIME COMP/EXP-, PITCH CHANGE- en
EXPORT-commando's kunnen alleen op audiotracks
worden toegepast. De overige commando's kunnen worden
toegepast op audiotracks of padtracks.
Hoofdstuk 12
Tracks bewerken
Hier zijn enkele manieren waarop u deze
bewerkingscommando's kunt gebruiken.
1 Ongewenste gedeelten wissen
U kunt het ERASE-commando gebruiken om een bepaald
gedeelte van een bepaalde track te wissen. Dit voorziet
bijvoorbeeld in een makkelijke manier om een paar
verkeerde noten van een spel te wissen of om ruis te
elimineren die zich voordeed op het moment dat een
instrument niet bespeeld werd.
B De structuur van de tracks wijzigen
U kunt het EXCHANGE-commando gebruiken om een
hele track uit te wisselen met een andere track. Door dit
commando te gebruiken kunt u tracks met ver uit elkaar
liggende tracknummers dichter bij elkaar brengen om zo
het afmixen te vergemakkelijken.
U kunt de COPY- of MOVE-commando's gebruiken om
het aangegeven gedeelte van een track te kopiëren/
verplaatsen naar een andere track. Dit is handig als u een
solopartij op twee of meer virtuele tracks heeft
opgenomen en de beste partijen op een enkele track wilt
samenbrengen.
C De structuur van de song wijzigen
U kunt de DELETE- of COPY-commando's gebruiken om
complete tracks te wissen/kopiëren, waardoor de structuur
van de song zelf veranderd wordt. Zelfs nadat alle partijen
van de song zijn opgenomen, kunt u deze methode
gebruiken om de lengte van de song aan te passen, door
bijvoorbeeld het aantal maten terug te brengen of het
aantal refreinen te verhogen.
D Speciale effecten creëren
U kunt ook bewerkingscommando's gebruiken om
speciale effecten te creëren. U kunt bijvoorbeeld een
gitaar- of vocale solopartij kopiëren naar een andere track
en het PITCH CHANGE-commando gebruiken om één
van deze tracks licht te ontstemmen voor het creëren van
een choruseffect zonder de interne effectprocessor te
gebruiken. Door het PITCH CHANGE-commando toe te
passen op een drumtrack om de toonhoogte te verlagen,
kunt u een uniek lo-fi-effect creëren.
AW1600 Gebruikershandleiding
12
127