INFORMATIE OPNAMESTAND
Op het opnamescherm ziet u de informatie
over de camerafuncties in verschillende
velden. Welke informatie u ziet hangt samen
met de gekozen functie.
Wordt de camera gekanteld, dan past de
weergave zich aan de stand van de camera
aan.
1. Belichtingsstand / Belichting
2. Flitsveld
3. LW-schaal
4. Kleurinstelling / Regeling Digitale Effecten / AF-veld,
AF-stand / Ontspanprioriteit / Transportstand
5. Belichtingsvergrendeling / Batterijconditie
6. Cameragevoeligheid / Zoneaanpassing
7. Beeldgrootte / Beeldkwaliteit
8. Witbalans
9. Opnameteller
Camera-info
Wat er op de monitor te zien is kunt u regelen bij Monitor disp. en Rec.display in sectie 2 van
het menu Persoonlijke instellingen (custom menu) (blz. 97).
Benaming van de onderdelen
16
ZOEKER
Breed scherpstelveld
Spot-AF-veld (blz. 47)
Locale scherpstelvelden (blz. 57)
Spotmeetveld (blz. 59)
Het Spot AF-veld en de locale scherpstelvelden lichten kort op om aan te geven op welk veld de
scherpstelling is vergrendeld.
1. Flitscorrectie (blz 60)
2. Flitssignaal (blz. 31)
3. High speed flitsen (blz. 112)
4. Draadloos flitsen (blz. 76)
5. Belichtingsvergrendeling (AEL) (blz. 46)
6. Scherpstelsignaal (blz. 29)
De teller voor de resterende opnamen geeft bij benadering het aantal opnamen aan dat tijdens het
fotograferen in het buffergeheugen van de camera kan worden opgeslagen. Dit aantal verandert
doordat er foto's worden opgenomen en op de geheugenkaart worden weggeschreven.
7. Sluitertijd
8. Diafragma
9. LW-schaal
10. Teller resterende opnamen
11. Waarschuwing cameratrilling (blz. 30)
12. Anti-Shake-schaal (blz. 32)
17