176
Rijden en bediening
Uitschakelen
U kunt het systeem deactiveren in het
menu Persoonlijke instellingen 3 93.
De frontaanrijdingswaarschuwing
wordt weer geactiveerd met de laatst
geselecteerde waarschuwingsge‐
voeligheid wanneer de auto weer
wordt ingeschakeld.
Algemene informatie
9 Waarschuwing
De frontaanrijdingswaarschuwing
is een waarschuwingssysteem dat
de remmen niet activeert. Bij het
met een te hoge snelheid naderen
van een voorligger, kan er onvol‐
doende tijd zijn om een aanrijding
te voorkomen.
De bestuurder aanvaardt de volle
verantwoordelijkheid voor het
bewaren van een veilige onder‐
linge afstand bij de betreffende
verkeers-, weers- en zichtomstan‐
digheden.
De bestuurder moet onder het
rijden altijd zijn of haar onver‐
deelde aandacht aan het verkeer
geven. De bestuurder moet altijd
gereed zijn om actie te onderne‐
men en te remmen.
Systeembeperkingen
De frontaanrijdingswaarschuwing is
bedoeld om alleen te waarschuwen
voor voertuigen, maar kan ook op
andere obstakels reageren.
In de volgende gevallen detecteert de
frontaanrijdingswaarschuwing
wellicht geen voorliggers of kunnen
de prestaties van de sensor beperkt
zijn:
● op bochtige wegen
● als het zicht door weersomstan‐
digheden beperkt is, zoals bij
mist, regen of sneeuw
● wanneer de sensor geblokkeerd
is door sneeuw, ijs, slijk, modder,
vuil, schade aan de voorruit of
slechter werkt door vreemde
voorwerpen, bijv. stickers
Indicatie afstand tot
voorligger
De indicatie afstand tot voorligger
toont de afstand tot een bewegende
voorligger in seconden. De frontca‐
mera in de voorruit wordt gebruikt
voor het detecteren van de afstand
van een voertuig dat direct voorop in
de baan van de auto rijdt. Hij is actief
bij snelheden boven 8 km/u.
Als er een voorligger wordt gedetec‐
teerd, wordt de afstand in seconden
weergegeven op een pagina in het
Driver Information Centre.