A.7
Elektrische aansluitingen
Alvorens de aansluiting uit te voeren, dient te worden gecontroleerd of de gegevens op het
plaatje van het apparaat overeenstemmen met de netspanning en -frequentie.
• Werkzaamheden aan de elektrische installaties mogen uitsluitend verricht worden door
gespecialiseerd personeel.
• De aansluiting op het elektriciteitsnet dient op grond van de in het land van gebruik
geldende richtlijnen en voorschriften te worden uitgevoerd.
• Indien de voedingskabel beschadigd is, dan dient hij door de Klantenservice of in ieder
geval door gespecialiseerd personeel vervangen te worden, teneinde elk risico te
vermijden.
• Controleer dat er een veiligheidsschakelaar is geïnstalleerd tussen het voedingssnoer
van het apparaat en het elektriciteitsnet. De maximale afstand van de opening tussen de
contacten en de maximale lekstroom dienen in overeenstemming te zijn met de
geldende veiligheidsvoorschriften.
• Zorg ervoor dat u de apparatuur van stroom voorziet met systemen die beveiligd zijn
tegen overspanning. De fabrikant wijst elke aansprakelijkheid voor effecten die het
gevolg zijn van anomaliteiten veroorzaakt door het stroomvoorzieningssysteem af.
A.8
Wateraansluiting
(afhankelijk van het apparaat en/of model)
Het apparaat moet aangesloten worden op de waterleiding volgens de actuele
landelijk geldende voorschriften (en EN1717 voor Italië).
• Het apparaat moet worden gevoed met drinkwater met een druk van 1,5 – 3 bar.
WAARSCHUWING
De fabrikant kan op geen enkele wijze aansprakelijk gesteld worden als de
voorschriften voor ongevallenpreventie niet in acht genomen worden.
LET OP:
Alleen voor Australië: Het apparaat moet geïnstalleerd worden in
overeenstemming met de normen AS / NZS 3500.1 en AS / NZS 3500.2.
A.9
Ruimtelimieten van de machine
• Rond het apparaat moet voldoende ruimte worden vrij gelaten (om ingrepen, onderhoud
te kunnen verrichten, enz.)
• Dergelijke afmetingen moeten groter zijn indien andere apparatuur en/of middelen
gebruikt worden en/of moeten passeren of indien er een nooduitgang in de werkplek
bereikt moeten kunnen worden.
A.10
Plaatsing
• Volg
tijdens
veiligheidsvoorschriften op, inclusief de aanwijzingen betreffende brandpreventie.
• Verplaats het apparaat voorzichtig om eventuele beschadiging of gevaar voor mensen
te vermijden. Gebruik een pallet voor de (ver)plaatsing.
• In het installatieschema zijn de totale afmetingen van het apparaat en de plaatsen van
de aansluitingen (gas, elektriciteit, water) aangegeven. Controleer ter plaatse of de
noodzakelijke verbindingen voor de aansluitingen beschikbaar en klaar zijn.
• Voorkom dat ruimtes waarin de machine wordt geïnstalleerd vervuild raken met
corrosieve stoffen (chloor, etc). Als een dergelijke preventie niet kan worden
gegarandeerd, moet het gehele roestvrijstalen oppervlak voorzien worden van een
beschermde laag paraffine, aangebracht met behulp van een doekje dat doordrenkt is
10
het
installeren
van
het
apparaat
alle
hiertoe
aangegeven