7-10 10
Hoofdstuk 7: Preventief onderhoud
9. Controleer de sweep- en tafelaandrijfassen. Controleer op asslijtage.
Controleer de kettingen op slijtage en op de juiste spanning. Controleer
de krukarmen en ga na of ze goed op de assen zijn gemonteerd.
Controleer de tandraderen op slijtage.
10. Controleer de schakelgroep. Controleer of de behuizing van de
schakelgroep stevig is. Controleer de afstelling van schakelaar 'A', 'B',
'C' en 'D'. Controleer de afstelling van de schakelnok.
Elektrisch
1. Controleer de elektrische kast en de montagehardware van de kast.
Controleer of de massakabel vast op zijn plaats zit. Controleer de
loop van alle kabels. Controleer of de bedekking van de kast vast op
zijn plaats zit. Zitten alle schakeldeksels op hun plaats? Controleer de
zittingen van alle kabel- en kastschakelaars.
2. Controleer de baldetector en reflector. Controleer of al het
bevestigingsmateriaal goed vastzit. Controleer de afstelling van de
baldetector.
3. Controleer de resetknop van het balrack. Controleer de loop en de
verbindingen van de kabels.
4. Controleer de werking van alle veiligheidsinterlockschakelaars en
sensors en die van andere beveiligingsapparatuur.
Power ballift
1. Controleer de staat en montage van de liftbanden. Controleer de
staat van de assen en lagers van de liftbanden. Controleer de staat en
werking van de koppeling van de ballift.
2. Controleer de montage van de balliftmotor. Controleer de uitlijning
van de motorpoelie. Controleer de staat en de uitlijning van de
aandrijfriem.
3. Controleer de montage van de balliftsporen. Controleer de staat en
stevigheid van de rubberen en leren sporen.
Administratie en organisatie
1. Wordt er een controlesysteem van reserve-onderdelen en een inventaris
bijgehouden? Zijn er goede reserve-onderdelen beschikbaar en zijn ze
geordend en toegankelijk? Controleer op voorraadbeheer.
Hoofdstuk herzien februari 2009