ACH550-01 Gebruikershandleiding
Code Omschrijving
2102 STOPFUNCTIE
Bepaalt de stopmethode van de motor.
1 =
– Motorvoeding onderbreken als stopmethode. De motor
UITLOOP
loopt uit tot stilstand.
2 =
– Er wordt een deceleratiehelling gebruikt
HELLING
• De deceleratiehelling wordt bepaald door 2203
2206
DECELER TIJD
2103 DC MAGN TIJD
Bepaalt de voormagnetiseringstijd ten behoeve van de DC-
magnetiseringsstartmodus.
• Gebruik parameter 2101 om de startmodus te kiezen.
• Na de startopdracht zal de omvormer gedurende de hier ingestelde
tijd de motor voormagnetiseren en daarna de motor starten.
• Stel de voormagnetiserings tijd net lang genoeg voor volledige
magnetisering van de motor. Een te lange tijd veroorzaakt
oververhitting van de motor.
2104 DC HOLD CTL
Selecteert of de gelijkstroom voor het remmen wordt gebruikt.
0 =
NIET GESELEC
2 =
BEDRIJF GEST
• Schakelt na het stoppen van
de modulatie de DC-
injectierem in.
• Als parameter 2102
gelijk is aan 1
FUNCTIE
(
), dan wordt er
UITLOOP
geremd na deactivering van
start.
• Als parameter 2102
gelijk is aan 2
FUNCTIE
(
), dan wordt er
HELLING
geremd na de helling.
2105 DC HOLD TIJD
Stelt het toerental voor DC Hold in. Vereist dat parameter 2104
= 1
CTL
SNELH REGEL
2106 DC STROOM REF
Bepaalt de DC-stroomreferentie als een percentage van parameter
9906
MOT NOM STROOM
2107 DC REM TIJD
Bepaalt de DC-remtijd nadat modulering is beëindigd, als parameter
2104 is 2 (
BEDRIJF GEST
Lijst en beschrijvingen van parameters
2 (afhankelijk van welke actief is).
– Er wordt geen gelijkstroom gebruikt.
– Activeert remmen met DC-injectie.
STOP
STOP
DC houd
toerental
).
.
).
Bereik
1=UITLOOP, 2=RAMP
DECELER TIJD
0...10 s
0=NIET GESEL,
2=DC REMMEN
Motor
DC hold
toerental
Ref
0...360 rpm
0...100%
0...250 s
1 of
T
T
DC HOLD
235