Samenvatting van Inhoud voor ProMinent Beta b BT4b
Pagina 1
Gebruikershandleiding Magneetdoseerpomp Beta b BT4b en BT5b ® Voor het begin van alle werkzaamheden de handleiding lezen. Nooit weggooien. De gebruiker is aansprakelijk bij schade als gevolg van installatie- en bedieningsfouten. De nieuwste versie van een gebruikershandleiding is beschikbaar op onze homepage. Artikelnummer 986291 Originele gebruikershandleiding (2006/42/EG) BA BE 005 12/15 NL...
Aanvullende aanwijzingen Aanvullende aanwijzingen Lees a.u.b. de volgende aanvullende aanwijzingen door! Wanneer u deze kent, doet u daarmee uw voordeel tijdens het gebruik van de gebruikers‐ handleiding. In de tekst zijn de volgende onderdelen geaccentueerd: Opsommingen Afb. 1: A.u.b. lezen! Instructies ð...
Inhoudsopgave Inhoudsopgave Identcode ..................5 Over deze pomp................7 Veiligheidshoofdstuk................ 8 Opslag, transport en uitpakken............13 Overzicht van apparaat en bedieningselementen......14 5.1 Overzicht van het apparaat........... 14 5.2 Bedieningselementen............15 5.2.1 Puls Control-schakelaar............. 15 5.2.2 Slaglengte-instelknop............15 5.2.3 Multifunctieschakelaar............15 5.2.4 Functie- en storingsindicators..........
Pagina 4
Inhoudsopgave Reparatie..................42 13.1 Ventielen reinigen............... 43 13.2 Doseermembraan vervangen..........44 Storingen verhelpen..............47 14.1 Storingen zonder storingsmelding........47 14.2 Storingsmeldingen.............. 48 14.3 Waarschuwingsmeldingen..........48 14.4 Alle andere fouten............... 48 Buiten werking stellen..............49 Technische gegevens..............51 16.1 Prestatiegegevens.............. 51 16.2 Nauwkeurigheid ..............
Pagina 6
Identcode Serie Beta b Uitvoering Standaard Logo met ProMinent logo Elektrische aansluiting 100 ... 230 V ± 10 %, 50/60 Hz* Kabel en stekker 2 m Europa 2 m Zwitserland 2 m Australië 2 m VS 2 m open uiteinden...
Over deze pomp Over deze pomp Eigenschappen van het apparaat De magneetdoseerpomp Beta b is uitgerust met alle instel- en regelfunc‐ ties voor moderne waterbehandeling en chemicaliëndosering. Ten opzichte van het voorgaande model is dit model uitgerust met pulsdeling en -vermenigvuldiging. Daardoor is een nauwkeurigere aanpassing aan de externe signaalgever mogelijk.
De algemene beperkingen met betrekking tot viscositeitsgrens‐ waarden, chemicaliënbestendigheid en lekdichtheid moeten worden opgevolgd - zie ook ProMinent bestendigheidslijst in de productcata‐ logus of op www.prominent.com! Alle andere toepassingen en/of het ombouwen zijn verboden. De pomp is niet bestemd voor het doseren van gasvormige media of vaste stoffen.
Pagina 9
Veiligheidshoofdstuk Veiligheidsaanwijzingen WAARSCHUWING! Gevaar voor persoonlijk letsel en materiële schade De pomp kan beginnen te pompen zodra er een netspanning op is aangesloten. – Installeer een noodstopschakelaar in de voedingskabel van de pomp of sluit de pomp aan op het noodstopcircuit van de installatie.
Pagina 10
Een ongeschikt doseermedium kan de pomponderdelen waarmee het in aanraking komt beschadigen. – Houd bij het kiezen van het doseermedium rekening met de bestendigheid van de materialen - zie ProMinent pro‐ ductcatalogus of op onze homepage. VOORZICHTIG! Gevaar voor persoonlijk letsel en materiële schade Gebruik van niet-goedgekeurde onderdelen van derden, kan persoonlijk letsel en materiële schade tot gevolg hebben.
Pagina 11
Veiligheidshoofdstuk VOORZICHTIG! Waarschuwing voor onwettig gebruik Houd u aan de voorschriften die op de plaats van installatie van het apparaat van toepassing zijn. Vaste, scheidende beveiligingsinrichtingen Doseerkop Behuizing Kap (draagt de besturingselementen) De klant mag de doseerkop uitsluitend conform het hoofdstuk "Reparatie" verwijderen.
Pagina 12
Veiligheidshoofdstuk De elektromonteur is op grond van vaktechnische opleiding, kennis en ervaring en op grond van kennis van de geldende normen en bepalingen in staat de werkzaamheden aan elektrische installaties uit te voeren en mogelijke gevaren zelfstandig te onderkennen en te vermijden. De elektromonteur is speciaal voor het vakgebied waarin hij/zij werkt opgeleid en kent de relevante normen en bepalingen.
Opslag, transport en uitpakken Veiligheidsaanwijzingen WAARSCHUWING! Het is verboden pompen te verzenden waarmee radioactieve doseermedia zijn gedoseerd! Deze worden door ProMinent bovendien niet aangenomen! WAARSCHUWING! De doseerpomp voor reparatie alleen in gereinigde toestand en met een schoongespoelde doseereenheid opsturen. Zie "Buiten werking stellen"! De doseerpomp uitsluitend vergezeld van een volledig inge‐...
Overzicht van apparaat en bedieningselementen 5.2 Bedieningselementen Afb. 4 Puls Control-schakelaar Slaglengte-instelknop Storingsindicator (rood) Waarschuwingsindicator (geel) Bedrijfstoestandindicator (groen) Multifunctieschakelaar Stekkeraansluiting "Externe aansturing" Aansluiting relais (optie) Stekkeraansluiting "Niveauschakelaar" 5.2.1 Puls Control-schakelaar In de bedrijfsmodus Extern contact kan via de Puls Control-schakelaar met één enkel contact (van de contrastekker "Externe aansturing") een serie slagen worden geactiveerd of kan een binnenkomende reeks con‐...
Overzicht van apparaat en bedieningselementen 5.2.4 Functie- en storingsindicators Storingsindicator (rood) De storingsindicator brandt wanneer het vloeistofpeil in de doseertank onder het tweede schakelpunt van de niveauschakelaar daalt (20 mm restniveau in de doseertank). De storingsindicator brandt, als in de bedrijfsmodus "Extern analoog" de stroom onder 3,8 mA komt (alleen bij 4...20 mA) of boven 23 mA komt.
Functieomschrijving Functieomschrijving 6.1 Doseereenheid Het doseren vindt als volgt plaats: het doseermembraan wordt in de doseerkop gedrukt; door de druk in de doseerkop sluit het zuigventiel en het doseermedium stroomt door het persventiel uit de doseerkop. Nu wordt het doseermembraan uit de doseerkop gehaald; door de onderdruk in de doseerkop sluit het persventiel en er stroomt vers doseermedium door het zuigventiel in de doseerkop.
Functieomschrijving 6.6 Functies De functies worden hieronder beschreven - hoofdstuk bedienen. 6.7 Relais De pomp beschikt over aansluitmogelijkheden voor twee extra opties. Storingsmeldrelais, optioneel Via dit relais kan bij foutmeldingen of waarschuwingsmeldingen (bijv. niveauwaarschuwing) een aangesloten stroomcircuit worden gesloten (bijv. voor een alarmhoorn). Het relais kan later worden ingebouwd via een opening in de pompvoet;...
Monteren Monteren De maten op de maatschets en van de pomp verge‐ – lijken. WAARSCHUWING! Gevaar voor elektrische schok Wanneer water of andere elektrisch geleidende vloeistoffen anders dan via de zuigaansluiting in de pomp terechtkomen, kan dat een elektrische schok veroorzaken. –...
Een ongeschikt doseermedium kan de pomponderdelen waarmee het in aanraking komt beschadigen. – Houd bij het kiezen van het doseermedium rekening met de bestendigheid van de materialen - zie ProMinent pro‐ ductcatalogus of op onze homepage. VOORZICHTIG! Waarschuwing voor rondspuitend doseermedium Een pomp die nog niet volledig hydraulisch is geïnstalleerd,...
Installeren, hydraulisch 8.1 Slangen installeren 8.1.1 Installeren bij doseerpompen zonder ontluchting Veiligheidsaanwijzingen VOORZICHTIG! Waarschuwing voor rondspuitend doseermedium Zijn de leidingen niet correct geïnstalleerd, kunnen ze los‐ raken of springen. – Alle slangen mechanisch spanningsvrij en zonder knikken leggen. – Gebruik uitsluitend originele slangen met de voorge‐ schreven slangmaten en wanddikten.
Pagina 22
Installeren, hydraulisch VOORZICHTIG! Ongecontroleerd stromend doseermedium Bij een te hoge voordruk kan het doseermedium ongecontro‐ leerd door de pomp worden geperst. – De maximaal toegestane voordruk van de doseerpomp mag niet worden overschreden. Ontwerp het leidingschema zodanig, dat in noodgevallen de doseerpomp en de doseereenheid vanaf de zijkant kunnen worden verwijderd.
Installeren, hydraulisch Slang Wartelmoer Klemring Slangpilaar O-ring resp. pakking Ventiel P_MAZ_0021_SW Afb. 5: Uitvoeringen PP, NP, PV, TT RVS-pijp installeren, uitvoeringen SS Schuif de wartelmoer (2) en de klemringen (3, 4) ca. 10 mm uitste‐ Ä „RVS-pijp installeren, uitvoeringen SS“ kend over de pijp (1) - zie op pagina 23 .
Installeren, hydraulisch Schuif de slang op de slangpilaar voor de retourleiding of bevestig de slang op het ontluchtingsventiel van de doseereenheid. Een PVC-slang, zacht, 6 x 4 mm wordt aanbevolen. Het vrije uiteinde van de retourleiding terugleiden naar de voorraad‐ tank.
Installeren, hydraulisch P_MAZ_0023_SW_3 Afb. 7: SEK-doseereenheid Knikbescherming Ontluchtingsventiel voor de retourleiding naar de voorraadtank, 6/4 Rode manchet Drukventiel voor de persleiding naar het doseerpunt, 6/4 - 12/9 mm Aanzuigventiel voor de zuigleiding in voorraadtank, 6/4 - 12/9 mm 8.1.4 Fundamentele installatieaanwijzingen Veiligheidsaanwijzingen VOORZICHTIG! Gevaar voor springende hydraulische onderdelen...
Pagina 26
Installeren, hydraulisch P_MAZ_0001_SW Afb. 8: Standaardinstallatie Hoofdleiding Voorraadtank Legenda voor hydraulische schema Symbool Verklaring Symbool Verklaring Doseerpomp Voetventiel met zeef Doseerventiel Niveauschakelaar Meerfunctieventiel Manometer...
Elektrisch installeren Elektrisch installeren WAARSCHUWING! Gevaar van elektrische schok Op het binnenste van het apparaat kan spanning staan. – Haal vóór werkzaamheden aan het apparaat de voe‐ dingskabel uit het stopcontact. WAARSCHUWING! Gevaar van elektrische schok Deze pomp is uitgerust met een massakabel en een stekker met randaarde.
Elektrisch installeren 9.1 Aansluiting voedingsspanning WAARSCHUWING! Onverwachts starten mogelijk Zodra de pomp met het stroomnet wordt verbonden, kan deze beginnen te pompen en kan er daardoor doseerme‐ dium ontsnappen. – Vermijd het ontsnappen van gevaarlijke doseermedia. – Wanneer u dat hebt verzuimd, drukt u onmiddellijk op de [STOP/START] of koppelt u de pomp los van het toets stroomnet, bijv.
Als de voedingsspanning weer voldoende is, begint de pomp weer te werken. De geprogrammeerde drempelwaarden gelden voor – gangbare loodaccu's. ProMinent kan deze aanpassen aan de specificaties van de klant. – Gebruik korte stroomleidingen met grote diameters om storingen tot een minimum te beperken.
Pagina 30
Elektrisch installeren Elektrische interface voor pin 1 "Pauze" - pin 2 "Extern contact" - pin 5 "Hulpfrequentie" Informatie Waarde Eenheid Spanning bij open contacten Ingangsweerstand 10 kΩ Max. pulsfrequentie 25 Pulsen/s Min. pulsduur 20 ms Pauze tussen pulsen, min. 3 ms P_BE_0014_SW Aansturing via: Afb.
Elektrisch installeren Identcode Aanduiding Type Max. spanning Max. stroom‐ Gedrag relaistype sterkte bij uitbreiding, stan‐ daard Storingsmeldrelais Maakcontact NO 24 V 100 mA Taktgeefrelais Maakcontact NO 24 V 100 mA Relaistype schakelt bij ... Type relais Niveau Niveau Gekalibreerde Processor slaglengte Warnung Tekort...
Pagina 33
Elektrisch installeren Het storingsmeld-/taktgeefrelais kan later worden ingebouwd en werkt na het plaatsen van de relaiskaart; zie "Montagehandleiding relais later inbouwen bij Beta b en delta" in de bijlage. Elektrische interface voor storingsmeldrelais: Informatie Waarde Eenheid max. contactbelasting bij 24 V en 50/60 Min.
Een ongeschikt doseermedium kan de pomponderdelen waarmee het medium in aanraking komt beschadigen. – Houd bij het kiezen van het doseermedium rekening met de bestendigheid van de materialen die met het medium in contact komen, ProMinent ® bestendigheidslijst in de productcatalogus of op www.prominent.com.
Pagina 35
In bedrijf nemen Na langere stilstand van de doseerpomp kan geen abso‐ – luut betrouwbare dosering worden gegarandeerd, omdat het doseermedium in de ventielen en op het membraan kan uitkristalliseren. Controleer de ventielen en het membraan regelmatig. De slaglengte alleen instellen bij draaiende pomp. –...
Pagina 36
In bedrijf nemen Bij doseereenheden met ontluchting (niet SEK): Sluit de zuigleiding en de persleiding op de doseereenheid aan. Sluit de retourleiding aan. Open het ontluchtingsventiel door de stergreep één omwenteling tegen de wijzers van de klok in te draaien. ð...
Bediening Bediening WAARSCHUWING! Brandgevaar bij brandbare media Alleen bij brandbare media: deze kunnen in combinatie met zuurstof ontbranden. – Tijdens het vullen of legen van de doseereenheid moet een vakman ervoor zorgen dat het doseermedium niet in contact komt met lucht. WAARSCHUWING! Gevaar voor elektrische schok Door onvolledig gemonteerde elektrische optionele modules...
Bediening Functie "Pauze" De pomp kan via de bus "Externe aansturing" op afstand worden gestopt. De functie "Pauze" werkt alleen via de bus "Externe aansturing". Functie "Stop" (optioneel) De pomp kan door de multifunctieschakelaar op "Stop" te zetten worden gestopt zonder deze van het stroomnet los te koppelen. Functie "Aanzuigen"...
Bediening 11.1.4 Extern Analog Bedrijfsmodus "Extern analoog" In de bedrijfsmodus "Extern analoog" kan de slagfrequentie via de Pulse Control-schakelaar via een mA-signaal worden aangestuurd. Daar‐ voor moet de multifunctionele schakelaar op "Extern" staan. Ook kan via de Pulse Control-schakelaar met één enkel contact van de contrastekker "externe aansturing"...
Onderhoud Onderhoud WAARSCHUWING! Lees voor het verzenden van de pomp altijd de veiligheids‐ aanwijzingen en gegevens in het hoofdstuk "Opslag, trans‐ port en uitpakken" en houdt u zich daaraan! WAARSCHUWING! Brandgevaar bij brandbare media Alleen bij brandbare media: deze kunnen in combinatie met zuurstof ontbranden.
Pagina 41
Onderhoud P_BE_0012_SW Afb. 17: De lekkageboring Doseereenheden met ontluchtingsventiel: Interval Onderhoudswerkzaamheid Elk kwartaal* Aanvullend: Controleren of de bypass-leiding goed vastzit op de doseereenheid. Controleren of het ontluchtingsventiel goed vastzit. Controleer de pers- en bypass-leidingen op knikken. De werking van het ontluchtingsventiel controleren. * Bij normale belasting (ca.
WAARSCHUWING! Gevaar voor elektrische schok Onbevoegde reparaties binnenin de pomp kunnen bijv. tot een elektrische schok leiden. Daarom mogen reparaties binnenin de pomp alleen door een ProMinent-vestiging of -vertegenwoordiger worden uitge‐ voerd, vooral de volgende: – Beschadigde netsnoeren vervangen –...
Reparatie 13.1 Ventielen reinigen Waarschuwing voor storing Raadpleeg de explosietekeningen in de bijlage bij de werk‐ zaamheden. Reinigen van een persventiel of zuigven‐ tiel voor typen (PP, PV, NP) 1000, 1601, Waarschuwing voor storing 1602, 1604, 2504 Pers- en zuigventielen verschillen van elkaar! Reinig de –...
Reparatie 13.2 Doseermembraan vervangen WAARSCHUWING! Achter het doseermembraan in de kopschijf kan zich, afhan‐ kelijk van de constructie, na een lekkage een kleine hoeveel‐ heid doseermedium hebben verzameld! – Houd hier bij het plannen van de reparatie rekening mee, vooral als het medium gevaarlijk is! Indien nodig, veiligheidsmaatregelen nemen.
Pagina 45
Reparatie VOORZICHTIG! Lekkage veroorzaakt merkbare vertraging – De lekkageboring moet in de definitieve montage‐ positie van de pomp naar beneden zijn gericht; zie ! – Plaats de kopschijf (4) direct in de juiste positie op de pompbehuizing (6)! De kopschijf niet op de pompbehuizing verdraaien, zodat het veiligheids‐...
Pagina 46
Reparatie P_BE_0018_SW Afb. 18: Onderdeelexplosietekening doseereenheid...
Storingen verhelpen Storingen verhelpen Veiligheidsaanwijzingen WAARSCHUWING! Waarschuwing voor gevaarlijk of onbekend doseermedium Indien er een gevaarlijk of onbekend doseermedium is gebruikt: het medium kan tijdens werkzaamheden aan de pomp bij de hydraulische onderdelen naar buiten komen. – Neem vóór werkzaamheden aan de pomp passende vei‐ ligheidsmaatregelen (bijv.
Foutbeschrijving Oorzaak Verhelpen Personeel Het gele LED-lampje (waar‐ Het vloeistofpeil in de voorraadtank heeft De voorraadtank bij‐ Geïnstrueerd per‐ schuwingsindicator) brandt. "Vloeistofpeil laag 1e niveau" bereikt. vullen. soon 14.4 Alle andere fouten Neem contact op met uw ProMinent-vestiging of -dealer!
Buiten werking stellen Buiten werking stellen Buiten werking stellen WAARSCHUWING! Gevaar door chemicaliënresten Na bedrijf bevinden zich doorgaans nog chemicaliënresten in de doseereenheid en op de behuizing. Deze chemicaliën‐ resten kunnen gevaarlijk zijn voor personen. – Voor het verzenden of transport moeten altijd de veilig‐ heidsaanwijzingen voor opslag, transport en uitpakken worden opgevolgd.
Pagina 50
Buiten werking stellen De doseereenheid uitspoelen met een geschikt medium, bij gevaar‐ lijke doseermedia de doseerkop grondig uitspoelen! Recycling VOORZICHTIG! Gevaar voor het milieu door elektronisch afval In de pomp bevinden zich elektronische componenten, die giftig kunnen zijn voor het milieu. –...
Technische gegevens 16.2 Nauwkeurigheid 16.2.1 Standaarddoseereenheid Informatie Waarde Eenheid Capaciteitsbereik van serie -5 ... +10 % * Reproduceerbaarheid ±2 % ** * - bij max. slaglengte en max. bedrijfsdruk voor alle materiaaluitvoe‐ ringen ** - bij gelijkblijvende omstandigheden en min. 30% slaglengte 16.2.2 Zelfontluchtende doseereenheid Omdat de zelfontluchtende doseereenheid bij uitgassende media en in...
Technische gegevens 16.6 Temperaturen Pomp, cpl. Informatie Waarde Eenheid Opslag- en transporttemperatuur: -10 ... +50 °C Omgevingstemperatuur tijdens bedrijf -10 ... +45 °C (aandrijving en besturing): Doseereenheid, gedurende langere tijd* Temperatuur maximaal, doseereenheid Materiaaluitvoering Waarde Eenheid °C °C °C °C °C * Gedurende langere tijd bij maximale bedrijfsdruk, afhankelijk van de omgevingstemperatuur en de temperatuur van het doseermedium...
Technische gegevens 16.8 Beschermingsgraad en veiligheidseisen Beschermingsgraad Contact- en vochtigheidsbescherming: IP 65 volgens EN 60529 Veiligheidseisen Beschermingsgraad: 1 - netaansluiting met aardleiding 16.9 Compatibiliteit Enkele hydraulische onderdelen van de Beta ® b zijn identiek aan die van de Beta ® a, gamma/ L en delta ®...
Grafieken voor het instellen van de doseercapaciteit Grafieken voor het instellen van de doseercapaciteit C [l/h] BT4b 0400 f [%] BT4b 1000 C [l/h] f [%] 180 min 90 min 180 min 90 min 72 min 162 min 162 min 72 min 144 min 54 min...
Pagina 65
Grafieken voor het instellen van de doseercapaciteit C [l/h] BT4b 1001 f [%] C [l/h] BT4b 0401 f [%] 180 min 90 min 180 min 90 min 72 min 162 min 72 min 162 min 144 min 54 min 144 min 54 min 126 min 36 min...
Pagina 66
Grafieken voor het instellen van de doseercapaciteit C [l/h] BT4b 0402 f [%] C [l/h] BT4b 1002 f [%] 180 min 90 min 180 min 90 min 72 min 162 min 72 min 162 min 54 min 144 min 144 min 54 min 126 min 36 min...
Pagina 67
Grafieken voor het instellen van de doseercapaciteit BT4b 0708 BT4b 0704 C [l/h] f [%] C [l/h] f [%] 180 min 90 min 180 min 90 min 72 min 162 min 72 min 162 min 54 min 144 min 54 min 144 min 126 min 36 min...
Pagina 68
Grafieken voor het instellen van de doseercapaciteit BT5b 2504 BT4b 0413 C [l/h] f [%] C [l/h] f [%] 180 min 90 min 180 min 90 min 72 min 162 min 72 min 162 min 54 min 144 min 54 min 144 min 126 min 36 min...
Pagina 69
Grafieken voor het instellen van de doseercapaciteit BT5b 1008 C [l/h] BT5b 0420 f [%] C [l/h] f [%] 180 min 90 min 180 min 90 min 72 min 162 min 72 min 162 min 144 min 54 min 144 min 54 min 126 min 36 min...
Explosietekeningen van doseereenheden Explosietekeningen van doseereenheden Doseereenheid Beta ® 1000 - 1604 PP met ontluchting P_BE_0038_SW Afb. 32 Pos. Benaming Type 1000 Type 1601 Type 1602 Type 1604 Aansluitset 6/4 PVT 1023246 1023246 1023246 1023246 4 ventielkogels 404201 404201 404201 404201 Ontluchtingsventiel 1021662...
Pagina 71
Explosietekeningen van doseereenheden Pos. Benaming Type 1000 Type 1601 Type 1602 Type 1604 Persventiel compl. 4.7-2 PVT 1023127 1023127 1023127 1023127 Membraan 1000244 1000245 1000246 1034612 Veiligheidsmembraan 1006061 1006061 1006061 1006061 Zuigventiel compl. 4.7-2 PVT 1023128 1023128 1023128 1023128 Veer (pos. 2) is speciaal toebehoren. De genoemde posities zijn bij de reserveonderdelenset inbegrepen. Technische wijzigingen voorbehouden.
Pagina 72
Explosietekeningen van doseereenheden Doseereenheid Beta ® 0708 (1008) - 0220 (0420) PP met ontluchting P_BE_0039_SW Afb. 33 Pos. Benaming Type 0708 (1008) Type 0413 (0713) Type 0220 (0420) Aansluitset 8/5 PVT 1023247 1023247 1023247 4 ventielkogels 404281 404281 404281 Ontluchtingsventiel 1021662 1021662 1021662...
Pagina 73
Explosietekeningen van doseereenheden Pos. Benaming Type 0708 (1008) Type 0413 (0713) Type 0220 (0420) Membraan 1000248 1000249 1000250 Veiligheidsmembraan 1006061 1006061 1006061 Zuigventiel compl. 9.2-2 PVT 1023126 1023126 1023126 Veer (pos. 2) is speciaal toebehoren. De genoemde posities zijn bij de reserveonderdelenset inbegrepen. Technische wijzigingen voorbehouden.
Pagina 74
Explosietekeningen van doseereenheden Doseereenheid Beta ® 0232 PP zonder ontluchting P_BE_0034_SW Afb. 34 Pos. Benaming Type 0232 Aansluitset 12/9 PVT 1023248 4 ventielkogels 404281 Persventiel compl. 9.2-2 PVT 1023125 Membraan 1000251 Veer (pos. 2) is speciaal toebehoren. De genoemde posities zijn bij de reserveonderdelenset inbegrepen. Technische wijzigingen voorbehouden.
Pagina 75
Explosietekeningen van doseereenheden Pos. Benaming Type 0232 Veiligheidsmembraan 1006061 Zuigventiel compl. 9.2-2 PVT 1023126 Veer (pos. 2) is speciaal toebehoren. De genoemde posities zijn bij de reserveonderdelenset inbegrepen. Technische wijzigingen voorbehouden.
Pagina 76
Explosietekeningen van doseereenheden Doseereenheid Beta ® 1000 - 1604 NP met en zonder ontluchting P_BE_0035_SW Afb. 35 Pos. Benaming Type 1000 Type 1601 Type 1602 Type 1604 Aansluitset 6/4 PVT 1023246 1023246 1023246 1023246 4 ventielkogels 404201 404201 404201 404201 Ontluchtingsventiel 1021662 1021662...
Pagina 77
Explosietekeningen van doseereenheden Pos. Benaming Type 1000 Type 1601 Type 1602 Type 1604 Membraan 1000244 1000245 1000246 1034612 Veiligheidsmembraan 1006061 1006061 1006061 1006061 Zuigventiel compl. 4.7-2 PVT 1023128 1023128 1023128 1023128 Veer (pos. 2) is speciaal toebehoren. De genoemde posities zijn bij de reserveonderdelenset inbegrepen. Technische wijzigingen voorbehouden.
Pagina 78
Explosietekeningen van doseereenheden Doseereenheid Beta ® 0708 (1008) - 0220 (0420) NP met en zonder ontluchting P_BE_0036_SW Afb. 36 Pos. Benaming Type 0708 (1008) Type 0413 (0713) Type 0220 (0420) Aansluitset 8/5 PVT 1023247 1023247 1023247 4 ventielkogels 404281 404281 404281 Ontluchtingsventiel 1021662...
Pagina 79
Explosietekeningen van doseereenheden Pos. Benaming Type 0708 (1008) Type 0413 (0713) Type 0220 (0420) Membraan 1000248 1000249 1000250 Veiligheidsmembraan 1006061 1006061 1006061 Zuigventiel compl. 9.2-2 PVT 1023126 1023126 1023126 Veer (pos. 2) is speciaal toebehoren. De genoemde posities zijn bij de reserveonderdelenset inbegrepen. Technische wijzigingen voorbehouden.
Pagina 80
Explosietekeningen van doseereenheden Doseereenheid Beta ® 0232 NP met en zonder ontluchting P_BE_0037_SW Afb. 37 Pos. Benaming Type 0232 Aansluitset 12/9 PVT 1023248 4 ventielkogels 404281 Persventiel compl. 9.2-2 PVT 1023125 Membraan 1000251 Veer (pos. 2) is speciaal toebehoren. De genoemde posities zijn bij de reserveonderdelenset inbegrepen. Technische wijzigingen voorbehouden.
Pagina 81
Explosietekeningen van doseereenheden Pos. Benaming Type 0232 Veiligheidsmembraan 1006061 Zuigventiel compl. 9.2-2 PVT 1023126 Veer (pos. 2) is speciaal toebehoren. De genoemde posities zijn bij de reserveonderdelenset inbegrepen. Technische wijzigingen voorbehouden.
Pagina 82
Explosietekeningen van doseereenheden Doseereenheid Beta ® 1000 - 1604 PV met ontluchting P_BE_0032_SW Afb. 38 Pos. Benaming Type 1000 Type 1601 Type 1602 Type 1604 Aansluitset 6/4 PVT 1035660 1035660 1035660 1035660 4 ventielkogels 404201 404201 404201 404201 Ontluchtingsventiel 1021662 1021662 1021662 1021662...
Pagina 83
Explosietekeningen van doseereenheden Pos. Benaming Type 1000 Type 1601 Type 1602 Type 1604 Membraan 1000244 1000245 1000246 1034612 Veiligheidsmembraan 1006061 1006061 1006061 1006061 Zuigventiel compl. 4.7-2 PVT 1023128 1023128 1023128 1023128 Veer (pos. 2) is speciaal toebehoren. De genoemde posities zijn bij de reserveonderdelenset inbegrepen. Technische wijzigingen voorbehouden.
Pagina 84
Explosietekeningen van doseereenheden Doseereenheid Beta ® 0708 (1008) - 0220 (0420) PV met ontluchting P_BE_0033_SW Afb. 39 Pos. Benaming Type 0708 (1008) Type 0413 (0713) Type 0220 (0420) Aansluitset 8/5 PVT (0220/0420: 12/9) 1035661 1035661 1035659 4 ventielkogels 404281 404281 404281 Ontluchtingsventiel 1021662...
Pagina 85
Explosietekeningen van doseereenheden Pos. Benaming Type 0708 (1008) Type 0413 (0713) Type 0220 (0420) Membraan 1000248 1000249 1000250 Veiligheidsmembraan 1006061 1006061 1006061 Zuigventiel compl. 9.2-2 PVT 1023126 1023126 1023126 Veer (pos. 2) is speciaal toebehoren. De genoemde posities zijn bij de reserveonderdelenset inbegrepen. Technische wijzigingen voorbehouden.
Pagina 86
Explosietekeningen van doseereenheden Doseereenheid Beta ® 0232 PV zonder ontluchting P_BE_0034_SW Afb. 40 Pos. Benaming Type 0232 Aansluitset 12/9 FVD PVT 1035659 4 ventielkogels 404281 Persventiel compl. 9.2-2 PVT 1023125 Membraan 1000251 Veer (pos. 2) is speciaal toebehoren. De genoemde posities zijn bij de reserveonderdelenset inbegrepen. Technische wijzigingen voorbehouden.
Pagina 87
Explosietekeningen van doseereenheden Pos. Benaming Type 0232 Veiligheidsmembraan 1006061 Zuigventiel compl. 9.2-2 PVT 1023126 Veer (pos. 2) is speciaal toebehoren. De genoemde posities zijn bij de reserveonderdelenset inbegrepen. Technische wijzigingen voorbehouden.
Pagina 88
Explosietekeningen van doseereenheden Doseereenheid Beta ® 1604 - 0220 (0420) PV HV, voor hoogviskeuze doseermedia P_BE_0047_SW Afb. 41 Pos. Benaming Type 1604 Type 0708 Type 0413 Type 0220 Aansluitset DN10 HV met slangpilaar PVT 1017405 1017405 1017405 1017405 4 ventielkogels 404277 404277 404277...
Pagina 89
Explosietekeningen van doseereenheden Doseereenheid Beta ® 1000 - 1604 TT P_BE_0029_SW Afb. 42 Pos. Benaming Type 1000 Type 1601 Type 1602 Type 1604 Aansluitset 6/4 TTT 817201 817201 817201 817201 4 ventielkogels 404201 404201 404201 404201 Persventiel compl. 4.7-2 TTT 809406 809406 809406...
Pagina 90
Explosietekeningen van doseereenheden Pos. Benaming Type 1000 Type 1601 Type 1602 Type 1604 Veiligheidsmembraan 1006061 1006061 1006061 1006061 Zuigventiel compl. 4.7-2 TTT 809407 809407 809407 809407 Veer (pos. 2) is speciaal toebehoren. De genoemde posities zijn bij de reserveonderdelenset inbegrepen. Technische wijzigingen voorbehouden.
Pagina 91
Explosietekeningen van doseereenheden Doseereenheid Beta ® 0708 (1008) - 0220 (0420) TT P_BE_0030_SW Afb. 43 Pos. Benaming Type 0708 (1008) Type 0413 (0713) Type 0220 (0420) Aansluitset 8/5 TTT 817204 817204 817204 4 ventielkogels 404281 404281 404281 Persventiel compl. 9.2-2 TTT 809444 809444 809444...
Pagina 92
Explosietekeningen van doseereenheden Pos. Benaming Type 0708 (1008) Type 0413 (0713) Type 0220 (0420) Veiligheidsmembraan 1006061 1006061 1006061 Zuigventiel compl. 9.2-2 TTT 809445 809445 809445 Veer (pos. 2) is speciaal toebehoren. De genoemde posities zijn bij de reserveonderdelenset inbegrepen. Technische wijzigingen voorbehouden.
Pagina 93
Explosietekeningen van doseereenheden Doseereenheid Beta ® 0232 TT P_BE_0031_SW Afb. 44 Pos. Benaming Type 0232 Aansluitset 12/9 TTT 817202 4 ventielkogels 404281 Persventiel compl. TTT 809444 Membraan 1000251 Veer (pos. 2) is speciaal toebehoren. De genoemde posities zijn bij de reserveonderdelenset inbegrepen. Technische wijzigingen voorbehouden.
Pagina 94
Explosietekeningen van doseereenheden Pos. Benaming Type 0232 Veiligheidsmembraan 1006061 Zuigventiel compl. TTT 809445 Veer (pos. 2) is speciaal toebehoren. De genoemde posities zijn bij de reserveonderdelenset inbegrepen. Technische wijzigingen voorbehouden.
Pagina 95
Explosietekeningen van doseereenheden Doseereenheid Beta ® 1000 - 1604 SS P_BE_0026_SW Afb. 45 Pos. Benaming Type 1000 Type 1601 Type 1602 Type 1604 Aansluitset 6 mm SS 104233 104233 104233 104233 4 ventielkogels 404201 404201 404201 404201 Persventiel compl. 6 mm SST 809418 809418 809418...
Pagina 96
Explosietekeningen van doseereenheden Pos. Benaming Type 1000 Type 1601 Type 1602 Type 1604 Veiligheidsmembraan 1006061 1006061 1006061 1006061 Zuigventiel compl. 6 mm SST 809419 809419 809419 809419 Veer (pos. 2) is speciaal toebehoren. De genoemde posities zijn bij de reserveonderdelenset inbegrepen. Technische wijzigingen voorbehouden.
Pagina 97
Explosietekeningen van doseereenheden Doseereenheid Beta ® 0708 (1008) - 0220 (0420) SS P_BE_0027_SW Afb. 46 Pos. Benaming Type 0708 (1008) Type 0413 (0713) Type 0220 (0420) Aansluitset SS 104237 104237 104245 4 ventielkogels 404281 404281 404281 Persventiel compl. SST 809494 809494 809446 Membraan...
Pagina 98
Explosietekeningen van doseereenheden Pos. Benaming Type 0708 (1008) Type 0413 (0713) Type 0220 (0420) Veiligheidsmembraan 1006061 1006061 1006061 Zuigventiel compl. SST 809495 809495 809447 Veer (pos. 2) is speciaal toebehoren. De genoemde posities zijn bij de reserveonderdelenset inbegrepen. Technische wijzigingen voorbehouden.
Pagina 99
Explosietekeningen van doseereenheden Doseereenheid Beta ® 0232 SS P_BE_0028_SW Afb. 47 Pos. Benaming Type 0232 Aansluitset 12 mm SS 104245 4 ventielkogels 404281 Persventiel compl. 12 mm SST 809446 Membraan 1000251 Veer (pos. 2) is speciaal toebehoren. De genoemde posities zijn bij de reserveonderdelenset inbegrepen. Technische wijzigingen voorbehouden.
Pagina 100
Explosietekeningen van doseereenheden Pos. Benaming Type 0232 Veiligheidsmembraan 1006061 Zuigventiel compl. 12 mm SST 809447 Veer (pos. 2) is speciaal toebehoren. De genoemde posities zijn bij de reserveonderdelenset inbegrepen. Technische wijzigingen voorbehouden.
Pagina 102
Explosietekeningen van doseereenheden Pos. Onderdeel Materiaaluitvoe‐ Bestelnr. ring 9, 10 Aansluitset 8/5 817174 9, 10 Aansluitset 8/5 792058 9, 10 Aansluitset 8/5 817066 Bij 2504: 1035844 Aansluitset 8/4 Bij 2504: 791161 Aansluitset 6/4 Bij 2504: 817065 Aansluitset 6/4 4 ventielkogels 404201 Ontluchtingsventiel 1001063...
Pagina 103
Explosietekeningen van doseereenheden Reserveonderdelen‐ Materiaaluitvoering Bestelnr. sets voor type: 1604 zonder veer 1035337 1604 met veer 1035333 1601 1001666 1602 1001667 1604 zonder veer 1035338 1604 met veer 1035334 Afdichtingssets Materiaal Bestelnr. 1 afdichtingsset EPDM 1001674 1 afdichtingsset 1001672 De genoemde posities zijn bij de reserveonderdelenset inbegrepen. Technische wijzigingen voorbehouden.
Pagina 106
Explosietekeningen van doseereenheden Afdichtingssets Materiaal Bestelnr. 1 afdichtingsset EPDM 1001674 1 afdichtingsset 1001672 De genoemde posities zijn bij de reserveonderdelenset inbegrepen. Technische wijzigingen voorbehouden.
Meer bestelgegevens Meer bestelgegevens Reserveonderdelensets voor SEK-typen De gegevens staan bij de desbetreffende explosietekeningen. Reserveonderdelensets voor SER-typen Type NPT7 / PVT7 1602 1047830 1604 1047858 0708 (1008) 1047832 0413 (0713) 1047833 0220 (0420) 1047837 Reserveonderdelensets voor andere typen Type PP, NP, PV HV-typen 1000 1023107...
Pagina 108
Meer bestelgegevens Hulpmiddelen voor storingsonderdrukking Product Bestelnr. Varistor: 710912 RC-schakeling, 0,22 µF/220 Ω: 710802 Meer informatiebronnen Meer informatie over reserveonderdelen, toebehoren en opties vindt u in: de explosietekeningen de identcode via www.prominent.com de ProMinent productcatalogus...
EN DE RAAD, bijlage I, FUNDAMENTELE VEILIGHEIDS- EN GEZOND‐ HEIDSEISEN, hoofdstuk 1.7.4.2. C. Hiermee verklaren wij, ProMinent GmbH Im Schuhmachergewann 5 - 11 D - 69123 Heidelberg, dat het hieronder genoemde product op basis van het ontwerp en de con‐...
EN DE RAAD, bijlage I, FUNDAMENTELE VEILIGHEIDS- EN GEZOND‐ HEIDSEISEN, hoofdstuk 1.7.4.2. C. Hiermee verklaren wij, ProMinent GmbH Im Schuhmachergewann 5 - 11 D - 69123 Heidelberg, dat het hieronder genoemde product op basis van het ontwerp en de con‐...