SCANNER►SCANNERSEQUENTIE
AFBEELDING VERZENDEN
ELEMENTAIRE VERZENDPROCEDURE
Een scannertransmissietaak kan niet worden uitgevoerd terwijl een binnenkomende fax wordt afgedrukt. Start de scan nadat
de fax is afgedrukt.
Werken met de origineelinvoer
Zorg dat het apparaat op scanmodus staat.
1
Als de SCAN indicator brandt, is het apparaat in scanmodus. Als het lampje niet brandt, drukt u op de toets [SCANNEN] (
Als de controlemodus voor de scanfunctie is ingeschakeld in de systeeminstellingen, verschijnt een melding met het
verzoek om uw accountnummer in te voeren wanneer u overschakelt naar de scanmodus. Voer uw accountnummer (5
cijfers) met de cijfertoetsen in.
► Gebruikers Authenticatie (pagina 7-12)
2
Controleer het formaat van het origineel.
3
Wijzig desgewenst het formaat van het origineel zoals uitgelegd in
Selecteer desgewenst de resolutie-instelling.
4
► RESOLUTIE SELECTEREN (pagina 5-12)
De fabrieksinstelling is [200dpi].
Selecteer desgewenst de bestandsindeling.
5
► BESTANDSINDELING SELECTEREN (pagina 5-13)
De fabrieksinstelling
• Kleur/Grijstint:
• Z/W:
Als u "Z/W" selecteert, pas dan desgewenst de belichting in de modus Z/W aan.
6
► DE KLEURMODUS SELECTEREN (pagina 5-13)
Druk op de [ADRES] toets ( ).
7
PDF M
PDF G4
5-5
Plaats het origineel.
Plaats het origineel in de documentinvoerlade van de
automatische documentinvoereenheid.
► AUTOMATISCHE DOCUMENTINVOEREENHEID
(pagina 1-30)
SCANINSTELLINGEN OPSLAAN (pagina
).
5-11).