DE BASISPRINCIPES VAN HET NAAIEN
Stretchstoffen naaien
Speld eerst de stukken stof aan elkaar en naai ze
vervolgens zonder de stof uit te rekken.
a Rijgsteken
Het gebruik van stretchsteken of van draad voor
breiwerken resulteert in een mooie afwerking.
4
5
9
10
Evenwijdige marge naaien
Als u een evenwijdige naad wilt naaien, begint u zo
te naaien dat de marge zich aan de rechterkant van
de persvoet bevindt en de rand van de stof op één lijn
ligt met de rechterkant van de persvoet of een
markering op de steekplaat.
■ De stof op één lijn plaatsen met de persvoet
Houd bij het naaien de rechterkant van de
persvoet op gelijke afstand van de rand van de
stof.
a Naad
b Persvoet
Memo
Wanneer u de rechte steek (linker
naaldstand, drievoudige stretchsteek,
rijgsteek) hebt geselecteerd, kunt u de
afstand tussen de naad en de rechterrand
van de persvoet wijzigen door de
steekbreedte te wijzigen. Voor meer
informatie, zie "Naaldstand wijzigen"
(pagina 83).
70
— — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — —
a
34
■ De stof op één lijn plaatsen met een markering
op de steekplaat
De markeringen op de steekplaat geven de afstand
aan van de naaldstand tot een naad die wordt
genaaid met een rechte steek (linker naaldstand).
Houd tijdens het naaien de rand van de stof op
één lijn met een markering op de steekplaat. De
afstand tussen de markeringen op de bovenste
schaal is 1/8 inch (3 mm) en de afstand tussen de
markeringen in het raster is 5 mm (3/16 inch).
1
2
6
a Naad
b Persvoet
c Centimeter
d Inch
e Steekplaat
f 1,6 cm (5/8 inch)
5
4
3