— — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — —
Bovendraad inrijgen
In dit gedeelte wordt beschreven hoe u de klos voor de bovendraad plaatst en vervolgens de naald inrijgt.
a Markering op handwiel
VOORZICHTIG
● Volg voor het inrijgen van de bovendraad
de instructies zorgvuldig op. Als de
bovendraad onjuist wordt ingeregen, kan
de draad verward raken of kan de naald
verbuigen of breken.
● U kunt de naaldinrijger gebruiken met
naaimachinenaalden 75/11 t/m 100/16.
Bij bepaalde draadsoorten, zoals
doorzichtig nylon draad of metalliek
draad, kunt u de naaldinrijger niet
gebruiken.
● Voor draden met een dikte van 130/120
of dikker kunt u de naaldinrijger niet
gebruiken.
● U kunt de naaldinrijger niet gebruiken
met de platte naald of de tweelingnaald.
● Zie "Naald handmatig inrijgen (zonder de
naaldinrijger te gebruiken)" (pagina 36)
als u de naaldinrijger niet kunt gebruiken.
● Gebruik nooit een draad van 20 of
minder.
● Gebruik de juiste combinatie van naald
en draad. Voor meer bijzonderheden over
de juiste combinatie van naald en draad,
zie "De juiste naald kiezen voor de draad
en stof" (pagina 39).
De draadklos
Hieronder vindt u informatie over draadklossen.
VOORZICHTIG
● Als de draadklos of de kloskap niet op de
juiste plaats zit, kan de draad verward
raken rond de klospen of kan de naald
breken.
● De kloskap is verkrijgbaar in drie
formaten, zodat u een kloskap kunt kiezen
die het best past bij het formaat klos dat u
gebruikt. Als de kloskap te klein is voor de
gebruikte klos, kan de draad blijven
hangen in de sleuf in de klos of kan de
naald breken.
a
Bovendraad inrijgen 31
1