Blokkering energiebedrijf
Opmerking
In de volgende gevallen mag het blokkeersignaal van
het energiebedrijf niet aangesloten zijn:
■
In combinatie met een fotovoltaïsche installatie
(eigen stroomgebruik)
In combinatie met Smart Grid
■
Als de warmtepomp over 1 gemeenschappelijke
■
netaansluitkabel voor de warmtepompregeling en de
verwarmingswaterdoorstromer beschikt
Smart Grid
Met de Smart Grid-functies kan de werking van de
warmtepomp aan de beschikbare energie in het net
aangepast worden. Voor de vrijgave van de Smart
Grid "Vrijgave Smart Grid 7E80" op "1" of "4" zet-
ten.
Als er in het net minder energie beschikbaar is, kan de
warmtepomp geblokkeerd worden. Bij een overschot
aan elektrische energie kan de warmtepomp doelge-
richt door het energiebedrijf opgevraagd worden.
Aansluiting op uitbreiding EA1
Voorwaarde: "Vrijgave Smart Grid 7E80" staat
op "1".
[{A
[{S
DE
DE
1 2
1 2
3 4
B
C
Afb. 9
Uitbreiding EA1
A
Aansluiting KM-BUS op regelaar- en sensorprint-
B
plaat
Potentiaalvrij contact 1: Evt. afspraken met ener-
C
giebedrijf maken
Opmerking
■
Als Smart Grid vrijgegeven is ("Vrijgave Smart Grid
7E80" op "1"), kunnen beide ingangen DE2 en DE3
niet voor de signalen "Externe vraag" en "Extern
blokkeren" gebruikt worden.
■
De blokkering van het energiebedrijf zit in de functie-
omvang van de Smart Grid. Daarom mag in dat
geval het blokkeersignaal van het energiebedrijf niet
op de aansluitingen X3.6 en X3.7 aangesloten wor-
den.
(vervolg)
A
[{D
[{{]
DE
0-10 V
5 6
+ -
D
■
De Smart Grid-functies worden via twee potentiaal-
vrije contacten van het energiebedrijf ingeschakeld.
Aansluitmogelijkheden voor beide potentiaalvrije
■
contacten:
–
op uitbreiding EA1 volgens de afbeelding. 9
–
op de warmtepompregeling volgens de afbeel-
ding. 40
f-]
A
N
L1
E
Potentiaalvrij contact 2: Evt. afspraken met ener-
D
giebedrijf maken
Netaansluiting 1/N/PE 230 V/50 Hz
E
Functiebeschrijving
39