Parametergroep oproepen
1. Servicemenu:
OK +
gelijktijdig ca. 4 s lang indrukken.
å
2. "Codeerniveau 1"
6000 Gew. warmwatertemp.
Gewenste boilertemperatuur voor de werkingssta-
tus "Bovenaan" en "Normaal" in het tijdprogramma
warm water: Als deze temperatuur in de warmwater-
boiler bereikt is, eindigt de tapwaterverwarming.
Werkingsstatus
Bedieningshandleiding "Vitotronic 200"
Als de gewenste boilertemperatuur met de warmte-
pomp niet kan worden bereikt, kunnen voor de tapwa-
ternaverwarming volgende extra verwarmingen
bovenop de warmtepomp ingeschakeld worden:
■
Verwarmingswater-doorstroomtoestel ("Vrijgave
elektroverwarmingen voor tapwateropwarming
6015")
Elektrisch verwarmingselement ("Vrijgave extra
■
verwarmingen voor warmwaterbereiding
6014", "Vrijgave elek. verwarmingen voor warm-
waterbereiding 6015")
Of
Externe warmtegenerator ("Vrijgave ext. warmtege-
■
nerator voor warmwaterbereiding 7B0D")
6005 Min. warmwatertemperatuur
Voor de vorstbescherming wordt de warmwaterboiler
bij daling onder de ingestelde minimumtemperatuur tot
deze waarde plus hysterese verwarmd. Dit is onafhan-
kelijk van het ingestelde werkingsprogramma.
De temperatuurmeting gebeurt via de boven in de
warmwaterboiler ingebouwde temperatuursensor.
6006 Max. warmwatertemperatuur
Wanneer de temperatuur in de warmwaterboiler de
ingestelde waarde heeft bereikt, stopt de tapwaterop-
warming. De warmwaterboiler wordt pas weer ver-
warmd als de temperatuur min. 5 K is gedaald.
Gevaar
Bij tapwatertemperaturen boven 60 °C bestaat
gevaar voor verbranding.
Temperatuur in de tapwateraanvoer met meng-
inrichting op 60 °C begrenzen, bijv. met thermo-
statische mengautomaat (accessoire bij warm-
waterboiler).
3. "Warm water"
4. Parameter kiezen.
Instelwaarde 1
!
Instelwaarde 1
!
Instelwaarde 1
Parametergroep warm water
≙
0,1 °C
≙
0,1 °C
≙
0,1 °C
235