Messen Controleren En Slijpen - Toro GROUNDSMASTER 455-D Gebruikershandleiding
Verberg thumbnails
Zie ook voor GROUNDSMASTER 455-D:
- Gebruikershandleiding (32 pagina's) ,
- Gebruikershandleiding (35 pagina's)
Inhoudsopgave
Advertenties
2.
Pak het uiteinde van het mes vast met een lap of
een dikke handschoen. Verwijder de mesbout, de
afschaafbescherming en het mes van de spilas.
3.
Monteer het mes met de wiek naar de maaieenheid
gericht met de afschaafbescherming en de
mesbout. Draai de mesbout vast met een torsie van
115–149 Nm.
1. Mesbout
2. Afschaafbescherming
Messen controleren en slijpen
1.
Hef de maaieenheid op in de hoogste positie, zet
de motor af en stel de parkeerrem in werking. Zet
de transportvergrendelingen vast om te voorkomen
dat de maaieenheid per ongeluk naar beneden valt.
2.
Controleer nauwkeurig of het mes scherp is of
sporen van slijtage vertoont op punten waar de
gebogen delen van het mes vlak worden (Fig. 81-
A). Omdat zand en schurend materiaal het metaal
dat de vlakke met de gebogen deel van het mes
verbindt, kunnen doen slijten, moet u het mes
controleren voordat u de machine gebruikt. Als u
een groef of slijtage ontdekt, (Fig. 81-B), moet u
het mes vervangen. Zie Mes verwijderen en
monteren.
3.
Controleer de snijranden van alle messen. Als de
snijranden niet scherp zijn of bramen vertonen,
moeten ze worden geslepen. Gebruik een vijl om
de bovenkant van het mes te slijpen en de
oorspronkelijke snijhoek te behouden en te zorgen
dat het mes scherp blijft (Fig. 83). Het mes zal in
balans blijven als dezelfde hoeveelheid metaal aan
beide snijranden wordt weggehaald.
Figuur 81
1. Wiek
2. Vlak deel van mes
3. Slijtage
4. Groefvorming
1. Aanzicht van uiteinde
2. Uitsluitend onder deze hoek slijpen
4.
Om te controleren of het mes recht en parallel is,
moet u het mes op een horizontaal vlak leggen en
de uiteinden controleren. De uiteinden moeten iets
lager zijn dan het midden van het mes en de
snijkant lager dan de onderkant van het mes.
Indien dit het geval is, zal het mes maaiwerk van
een goede kwaliteit leveren en zal een minimaal
motorvermogen hoeven te worden gebruikt.
Daartegenover staat dat een mes waarvan de
uiteinden hoger dan het midden van het mes zijn of
de snijkant hoger is dan de onderkant van het mes,
krom of verbogen is. Dit mes moet worden
vervangen.
5.
Monteer het mes-met de wiek naar de maaieenheid
gericht met de afschaafbescherming, de volgring
en de mesbout. Draai de mesbout vast met een
torsie van 115–149 Nm.
Tractie-eenheid
1.
Reinig de tractie-eenheid, de maaieenheden en de
47
2
Figuur 82
2
1
Figuur 83
1
1
3
1
4
Advertenties
Inhoudsopgave
