Inhoud Inhoud Onderhoud Onderhoudsschema Inleiding Smeren (Fig. 18–26) Minimaal aanbevolen onderhoudsintervallen Veiligheid Algemeen onderhoud van het luchtfilter Onderhoud van het luchtfilter Voor het gebruik Motorolie en filter Tijdens het gebruik Brandstofsysteem Onderhoud Koelsysteem van de motor Geluidsdruk Ventilatorriem van de motor Geluidsniveau Distributieriem Trillingsniveau...
Service Dealer of met de klantenservice van hebben wanneer de veiligheidsvoorschriften niet in acht Toro. U dient hierbij altijd het modelnummer en het worden genomen. serienummer van het product te vermelden.
D. Vul de brandstoftank tot niet meer dan 2,5 cm serienummer bestellen bij: vanaf de bovenkant van de tank, niet de vulbuis. Doe dit in de open lucht. Niet te vol vullen. The Toro Company 8111 Lyndale Avenue South E. Neem eventueel gemorste brandstof op. Minneapolis, Minnesota 55420.
13. Controleer elke dag of de interlockschakelaars 20. Hef altijd de maaidekken op en zet deze vast in de goed functioneren. Vertrouw niet uitsluitend op de transport-stand voordat u van het ene werkgebied veiligheidsschakelaars maar gebruik uw gezond naar het andere rijdt. verstand.
Ten behoeve van de veiligheid en een nauwkeurige afstelling moet u het maximale toerental laten controleren door een erkende Toro- dealer. 35. U moet de motor afzetten voordat u het oliepeil controleert of het carter bijvult met olie.
Overzicht van veiligheidssysteem Bijtende vloei- Giftige dampen Elektrische Vloeistof onder Hogedruk-stralen, Hogedruk-stralen, Bekneld raken Bekneld raken stoffen, chemische of gassen, schokken, hoge druk, kan beschadiging van beschadiging vingers of hand, tenen of voet, druk brandwonden aan verstikking elektrokutie lichaam weefsel van weefsel druk van bovenaf van bovenaf...
Pagina 8
Waarschuwings- Raadpleeg Veiligheidsgordels Waarschuwings- Lees gebruikers- Vuur, open licht Oogbescherming driehoek technische hand- vastmaken driehoek met handleiding en roken verplicht leiding voor waarschuwings- verboden de juiste onder symbool houdsprocedures Veiligheidshelm Gehoorbescherm- Gevaar, giftige Eerste hulp Spoelen met Motor Overbrenging Hydraulisch verplicht ing verplicht stoffen...
Pagina 9
n/min Elektrisch voorglo- Starten motor Stoppen motor Motorisch defect Motortoerental/ Choke Injectiepompje Transmissieolie eien (hulpmiddel frequentie (starthulpmiddel) starten bij lage temperaturen) N H L F Transmissieolie- Transmissieolie- Defect transmissie Koppeling Neutraalstand Hoog Laag Vooruit druk temperatuur Derde versnelling (er Achteruit Parkeerstand Eerste Tweede...
Besturingssysteem: Type voor automobielen, volledige Specificaties stuurbekrachtiging. Remmen: Geheel afgesloten, asbestvrije, droge, afzonderlijke, meervoudige 14,3 cm schijfremmen op de Tractie-eenheid wielen en parkeerrem op voorste tractiewielen. De remmen worden met de linkervoet bediend met behulp Motor Peugeot, vloeistofgekoelde, viercilinder van afzonderlijke pedalen. Dynamische remwerking viertaktdieselmotor, cilinderinhoud 1,9 l (1.900 cc).
Leeggewicht: Tweewielaandrijving 1.418 kg Vierwielaandrijving 1.455 kg Optionele apparatuur Bezem-set Neem contact op met uw Toro-dealer Sneeuwruimer Neem contact op met uw Toro-dealer Omkiepbeveiliging, Neem contact op met uw Toro-dealer (standaard op model 30455) Huif met vier stijlen, Neem contact op met uw Toro-dealer Vonkenvanger/Geluiddemper Onderdeelnr.
Peugeot aanbevolen antivries bestaat (Toro-onderdeelnr. 93-7213). Gebruik geen koelvloeistoffen op basis van alcohol/methanol of alleen water. Belangrijk U mag de zwarte kunststof dop op de ontluchtingstank niet verwijderen.
Belangrijk : Om verontreiniging van het systeem te voorkomen, moet u de bovenkant van een container met hydraulische olie reinigen voordat u deze doorprikt. Zorg ervoor dat de tuit en de trechter schoon zijn. Plaats de dop weer op het reservoir, sluit de kap en maak de sluiting vast.
Figuur 8 1. Ontluchtings-/vulplug 2. Controleplug (3) Figuur 10 1. Koppelinghuis 2. Controle-/vulplug 3. Aftapplug Bandenspanning controleren De banden worden in de fabriek opzettelijk te hard opgepompt. U moet daarom voor gebruik wat lucht laten ontsnappen om de luchtdruk te verminderen. De juiste bandenspanning voor de voor- en achterbanden is 138 kPa (20 psi).
buitenste hendels kunt u de zijdekken opheffen en Bedieningsorganen neerlaten. Met de middelste hendel kunt u de hele maai- eenheid opheffen en neerlaten. De motor moet lopen als u het maaidek wilt neerlaten. Als de zijdekken hoger Maaidekschakelaar (Fig. 11)—Wordt gebruikt om het dan 15°...
te zetten en het tractiepedaal gedeeltelijk in te trappen. Als het motortoerental als gevolg van de belasting afneemt, moet u het tractiepedaal langzaam laten opkomen totdat het motortoerental hoger wordt. Om te stoppen, laat u het tractiepedaal opkomen en weer terugkeren in de middelste stand.
Beweeg de voedingsplunjer totdat u weerstand Gebruiksaanwijzing voelt. Probeer de motor te starten. Als de motor niet start, moet u stap 3 herhalen. Starten en stoppen Neem plaats op de bestuurdersstoel en haal uw voet van het tractiepedaal. Controleer of de parkeerrem in werking is gesteld, het tractiepedaal in de NEUTRAALSTAND is en het maaidek is UITGESCHAKELD.
Een andere eigenschap waarop u moet letten, is het VOORZICHTIG gebruik van de rempedalen. U kunt de remmen gebruiken ter ondersteuning bij het draaien van de De interlockschakelaars zijn er voor de veiligheid van machine. Ga echter voorzichtig te werk indien u ze de bestuurder;...
LO-stand zetten als u een helling nadert. Schakel nooit Kies de juiste maaihoogte-instelling overeenkomstig van de HI-stand naar de LO-stand als u op een helling de omstandigheden—Verwijder ongeveer 2,5 cm of rijdt. Stop de machine op een horizontaal oppervlak, stel niet meer dan ⁄...
Smeren (Fig. 18–26) De tractie-eenheid en de maaidekken zijn voorzien van smeernippels die regelmatig moeten worden gesmeerd met Nr. 2 Smeervet voor algemene doeleinden op lithiumbasis. Als de machine in normale omstandig- heden wordt gebruikt, moet u alle smeerpunten om de 25 bedrijfsuren smeren.
Minimaal aanbevolen onderhoudsintervallen Onderhoudsprocedure Onderhoudsinterval & Service Luchtfilter, stofkap en plaat Om de Om de Om de Om de Om de controleren Vet in alle smeernippels spuiten bedrijfsuren bedrijfsuren bedrijfsuren bedrijfsuren bedrijfsuren Oliepeil in versnellingsbak van maaidek controleren ‡ Motorolie verversen en filter vervangen Accuvloeistofpeil/Aansluitingen van de accukabels controleren Slangen van koelsysteem controleren...
WAARSCHUWING Voordat u onderhoudswerkzaamheden aan de machine verricht of deze afstelt, moet u de motor afzetten en het sleuteltje uit het contact verwijderen. Algemeen onderhoud van het luchtfilter Controleer het luchtfilterhuis op schade die mogelijk een luchtlek kan veroorzaken. Vervang Figuur 28 een beschadigd luchtfilterhuis.
C. Droog het filterelement met een warme luchtstroom (maximaal 71° C) of laat het element aan de lucht drogen. Gebruik geen gloeilamp om het filterelement te drogen omdat hierdoor beschadigingen kunnen ontstaan. Persluchtmethode: A. Blaas perslucht van binnen naar buiten door het droge filterelement.
Brandstoffilter vervangen GEVAAR Vervang het brandstoffilter als de brandstofstroom wordt Omdat dieselbrandstof ontvlambaar is, dient u belemmerd, om de 400 bedrijfsuren of jaarlijks, waarbij voorzichtig te werk te gaan indien u ermee omgaat de kortste periode moet worden aangehouden. of deze bewaart. Rook niet wanneer u de brandstoftank bijvult.
Als de vloeistof verontreinigd raakt, moet u contact Vervang versleten of beschadigde slangen. opnemen met uw plaatselijke TORO-dealer omdat het systeem dient te worden schoongespoeld. Verontreinigde B. Om de 2 jaar of 1.500 bedrijfsuren moet u het hydraulische vloeistof ziet er in vergelijking met schone koelsysteem aftappen en schoonspoelen.
Figuur 40 de normale bedrijfstemperatuur heeft. Neem contact op 1. Laaddruk met uw plaatselijke Toro-dealer als u hulp nodig heeft. De normale instelling van de ontlastklep van de tractie Vooruit en Achteruit is ongeveer 41.000 kPa (6000 psi).
Parkeer de machine op een horizontaal oppervlak, Plaats de machine op een horizontaal oppervlak. zet de motor af en zet de schakelhendel in de HI- Reinig de omgeving van de aftapplug (Fig. 44). stand. Trap alleen het linkerrempedaal in en stel de parkeerrem in werking.
Toespoor achterwielen Om de 800 bedrijfsuren of jaarlijks moet het toespoor van de achterwielen worden gecontroleerd. Meet de afstand hart-op-hart van het toespoor (ter hoogte van de assen) aan de voorzijde en de achterzijde van de stuurwielen. De onderlinge afstanden aan de voorkant moeten kleiner zijn dan 3 mm.
Draai de flensschroeven en flensmoeren vast. Monteer de drijfriemkap met de twee schroeven die u eerder hebt losgedraaid. Figuur 48 1. Stelschroef van remstang Aftakasriem afstellen Figuur 50 1. Aftakasriem U moet de aftakasriem (Fig. 49) na de eerste 10 2.
Reinig de accu, de klemmen en de polen met bedieningspaneel. behulp van een staalborstel en een oplossing van zuiveringszout (natriumbicarbonaat). Smeer een dun laagje Grafo 112X-vet (Toro onderdeelnr. 505-47) of petrolatum op de kabelklemmen en de accupolen om corrosie te voorkomen.
Pagina 35
10. Controleer de antivriesbescherming en vul het systeem bij met een oplossing die half uit water, half uit een door Peugeot aanbevolen antivries bestaat Toro onderdeelnr. 93-7213. Vul zoveel bij als nodig is met het oog op de plaatselijk te verwachten minimumtemperatuur.