MOTOR
Oliewissel en vervanging
oliefilter
De olie en de filter moeten op hetzelfde
ogenblik worden vervangen. De oliewissel
dient met een warme motor te gebeuren.
WAARSCHUWING
De motorolie kan erg heet zijn. Om
brandwonden te voorkomen mag u de
motoraftapplug of het filterdeksel niet
verwijderen terwijl de motor heet is. Wacht
tot de motorolie warm is.
Zet het voertuig op een vlak oppervlak.
Verwijder de peilstok.
Maak de plaats rond de olieaftapplug schoon.
Zet een opvangbak onder de olieaftapplug.
Schroef de olieaftapplug los.
TYPISCH
1. Olieaftapplug
2. Rempedaal
106
Wacht lang genoeg zodat alle olie uit de
oliefilter kan lekken.
Verwijder de rechtermotorkap.
Schroef het oliefilterdeksel los.
1. Oliefilterdeksel
Verwijder de oliefilter en breng er een nieuwe
aan.
Controleer de O-ring van het deksel en
vervang hem indien nodig.
Schroef het oliefilterdeksel vast.
Wis eventueel gemorste olie van de motor.
Vervang de pakking van de aftapplug. Maak
de plaats voor de pakking op de motor en de
olieaftapplug schoon en breng de plug weer
aan. Vul de motor tot het juiste niveau met de
a a n b e v o l e n
o l i e .
SPECIFICATIES voor de capaciteit.
Start de motor en laat hem enkele minuten
stationair draaien. Controleer of er geen
lekkage is ter hoogte van de oliefilter en de
olieaftapplug.
Stop de motor. Wacht even tot de olie is
doorgestroomd naar het carter en controleer
het oliepeil. Vul bij indien nodig.
Verwijder de oude olie volgens de plaatselijke
milieuvoorschriften.
R a a d p l e e g
d e