Opdat de aanduiding (M) (fig. 6) de positie van de hydraulische hellingcorrectie correct weergeeft,
moet de desbetreffende sensor (15) (fig. 7) correct gekalibreerd zijn.
Bij het kalibreren dient als volgt te werk te worden gegaan:
•
Breng de hydraulische hellingcorrectie in de middenstand door de schakelaar (D) op de
bedieningseenheid te bedienen (fig. 6).
De middenstand is bereikt als de onderste koker (17) van het middendeel horizontaal
evenwijdig staat aan het draagframe (16) (fig. 7).
De middenstand is ook te bepalen met een waterpas in de boom, terwijl de machine op
een vlakke ondergrond staat (fig. 8).
•
De aanduiding (M) voor de positie van de hydraulische hellingcorrectie op het display van de
bedieningseenheid moet zich nu exact in de middenstand bevinden (fig. 6). Is dit niet het geval,
dan moet de middenstand opnieuw worden gekalibreerd.
•
Schakel over op de invoermodus door op de OK – toets te drukken; de aanduiding voor de
middenstand "OK = 0" knippert.
•
Bevestig de middenstand door op de OK – toets te drukken; de middenstand is nu opnieuw
gekalibreerd.
Fig. 6
17
16
Fig. 7
40
Flowmate Control FMC
O K
M
AU T O
15
D
Fig. 8
BEDIENINGSHANDLEIDING