Inhoudsopgave
Advertenties
H3 BEDIENINGSEENHEID
De bedieningseenheid van de Flowmate Control FMC (fig. 1) omvat een elektrische
afstandsbediening voor de spuitfuncties en de hydraulische functies (spuitboom en trekboom) en
de eigenlijke spuitcomputer.
§3.1 S
PUITFUNCTIES
Op de bedieningseenheid (fig. 1) kunnen de volgende spuitfuncties elektrisch op afstand worden
bediend:
Centrale schakelaar "Spuiten" aan/uit (1)
Bij het bedienen van de centrale schakelaar (1) worden alle sectieventielen (7) (fig. 2)
tegelijkertijd geopend of gesloten. (schakelaar omhoog = ventielen zijn geopend)
Sectieschakelaar (2)
Bij het bedienen van de sectieschakelaar (2) worden de sectieventielen (7) (fig. 2) geopend
of gesloten (schakelaar omhoog = ventiel is geopend).
Schakelaar voor kantdoppen of secties (3)
Deze beide buitenste schakelaars (3) kunnen voor het schakelen van kantdoppen worden
gebruikt.
Hierbij zijn er twee mogelijkheden:
a) Kantdop voor exacte veldrandbespuiting:
In dit geval wordt tussen buitenste dop en kantdop (met kleinere spuithoek naar
buiten) omgeschakeld.
De werkbreedte verandert niet.
b) Kantdop ter vergroting van de werkbreedte aan de veldrand:
In dit geval wordt de kantdop (met grotere spuithoek naar buiten) extra ingezet
om de spuitbreedte aan de veldrand te vergroten.
Aanwijzing: De gebruikswijze van de beide buitenste schakelaars (3) moet in het
"Instellingsmenu" (beeldscherm 16) van de spuitcomputer dienovereenkomstig
vooraf worden geselecteerd.
Schakelaar voor drukinstelling +/- (4)
Bij het bedienen van de schakelaar (4) schakelt de spuitcomputer automatisch over van
automatische op de handmatige modus. Tegelijkertijd wordt de drukregelmotor (8) (fig. 2)
net zo lang in de desbetreffende richting (+ of -) aangestuurd als de schakelaar (4) wordt
ingedrukt. De spuitdruk (bar) kan zo handmatig worden veranderd. De actuele spuitdruk is
af te lezen op de manometer voor op de machine.
Let op:
De gewenste druk instellen tijdens het spuiten (hoofdkraan geopend)!
Schakelaar voor teruglooproerwerk (5)
Door middel van de schakelaar (5) wordt de motor (9) (fig. 2) voor het uitschakelen van het
roerwerk aangestuurd. Het teruglooproerwerk kan indien nodig, bijvoorbeeld bij het volledig
leegspuiten van de tank of bij schuimende gewasbeschermingsmiddelen, worden
uitgeschakeld.
Aanwijzing: Is het roerwerk ingeschakeld, dan is dit aan een roterende balk (6) op het
display linksboven (hoofdmenu, beeldscherm 1) te zien (fig. 1).
18
Flowmate Control FMC
BEDIENINGSHANDLEIDING
Advertenties
Inhoudsopgave
