Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Kverneland Rau Flowmate Control FMC Gebruikershandleiding pagina 16

Spuitcomputer en afstandsbediening
Inhoudsopgave

Advertenties

Sensor monteren
• De snelheidssensor (10) moet zodanig worden gemonteerd dat deze zich zo dicht mogelijk bij
de telring (6) bevindt. Aanhangspuiten beschikken hiertoe over een eigen houder op de as van
de spuit. Bij het gebruik van een aanbouwspuit moet de houder voor de snelheidssensor in het
buitenste deel van de vooras van de tractor worden gemonteerd, en wel zo dat deze bij het
sturen meedraait (fig. 6).
Let erop dat de sensor niet door veldgewas of andere voorwerpen beschadigd raakt.
• Is er geen geschikte schroef- of klembevestiging aanwezig, dan moeten de centreerboringen
van wielas of fuseepen worden uitgeboord en moet er een schroefdraad in de boring worden
gesneden. Let erop dat de sensor bij een rit van 20 meter minimaal 50 impulsen moet afgeven.
Aanwijzing: De klembeugel (11) moet met minimaal twee schroeven worden bevestigd om te
voorkomen dat de sensor trilt of van de telring kan worden weggedrukt.
DE SENSOR MAG ABSOLUUT GEEN CONTACT MAKEN MET DE TELRING!
• Om de sensor in de buurt van het voorwiel van de tractor te monteren kan de meegeleverde rail
(12) worden gebruikt (fig. 7).
• Monteer de sensor in de klemhouder en gebruik eventueel de volgring (13) om een eventuele
zijslag van de telring te verhelpen (fig. 8).
• Verschuif de sensor in de klemhouder (11) zodanig dat de afstand tot de telring 3 tot 6 mm
bedraagt (fig. 7 en 9).
• De snelheidssensor (10) moet zodanig ten opzichte van de nokken zijn geplaatst dat het
midden van de sensor tegenover de binnenkant (14) van de nokken ligt (fig. 9).
Aanwijzing: Als de sensor te ver naar de buitenkant van de telring wordt gemonteerd, herkent
deze de afzonderlijke nokken niet. In dat geval worden er geen impulsen afgegeven
en telt het systeem dus niet.
• Controleer of de sensor elke nok telt; het controlelampje op de sensor moet telkens oplichten.
Dit kan worden gecontroleerd door de as van de tractor of de LEGE spuitmachine met een krik
op te tillen en het wiel handmatig te draaien.
Trek steeds de handrem van de tractor aan alvorens het wiel op te tillen en borg
het voertuig veiligheidshalve met wielkeggen tegen wegrollen!
Het kalibreren van de snelheidssensor wordt beschreven in §5.10 Rijsnelheid kalibreren.
• Leg de sensorkabel naar de tractorcabine en sluit de stekker op de bedieningseenheid (fig. 1)
aan.
Aanwijzing: Houd bij het aanleggen van de sensorkabel ook rekening met de maximale
stuuruitslag!
16
Flowmate Control FMC
BEDIENINGSHANDLEIDING

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Rau flowmate control ecRau flowmate control gzd-ec

Inhoudsopgave