<Weergave-instellingen>
Alle instellingen voor het bekijken van het scherm verschijnen in een lijst met korte toelichting. Standaardinstellingen
worden aangegeven met een dolksymbool ( ).
<Standaardscherm na opstart/herstel>(P. 313)
<Inst. voor knopweergave op startscherm>/<Knopvolgorde op startscherm>(P. 313)
<Taal>(P. 314)
<Taal externe UI>(P. 314)
<Invoer millimeter/inch schakelen>(P. 315)
<Tijd vr cartr.voorber. tonen>/<Tijd voor melding cartr.voorber. tonen>(P. 315)
<Waarschuwingen tonen>(P. 316)
<Actie bij waarschuwing>(P. 317)
<IP-adres weergeven>(P. 317)
*
Sterretjes (
)
●
Instellingen die zijn gemarkeerd met "
●
Opties die zijn gemarkeerd met "
standaardinstellingen per land of regio.
<Standaardscherm na opstart/herstel>
De standaardinstelling is dat het scherm Start wordt weergegeven wanneer u de machine inschakelt of nadat er een
automatische reset is uitgevoerd. U kunt echter een ander scherm kiezen dat standaard moet worden weergegeven in
deze situaties.
<Start>
<Beveiligde afdruk>
<Statusmonitor>
<Menu>
herstel>
<Inst. voor knopweergave op startscherm>/<Knopvolgorde op startscherm>
*1
Configureer de instellingen voor de knoppen die worden weergegeven in het scherm Start.
aanpassen(P. 160)
Overzicht van menuopties
*1
" kunnen niet worden geïmporteerd of geëxporteerd.
*2
" kunnen variëren of zijn mogelijk niet beschikbaar, of hebben afwijkende
<Voorkeuren>
<Weergave-instellingen>
Selecteer een functie waarvan u het scherm wilt weergeven
<Standaardscherm na opstart/
313
5108-05A
Het scherm Start