Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Inhoudsopgave

Advertenties

MX520 series
Online handleiding
Problemen oplossen
Nederlands (Dutch)

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Samenvatting van Inhoud voor Canon MX520 Series

  • Pagina 1 MX520 series Online handleiding Problemen oplossen Nederlands (Dutch)
  • Pagina 2: Problemen Oplossen

    Problemen oplossen Het apparaat kan niet worden ingeschakeld De afdruktaak wordt niet gestart Het papier wordt niet correct ingevoerd/Fout vanwege 'geen papier' Afdrukresultaten niet naar behoren Er wordt geen inkt toegevoerd Papierstoringen Als er een fout optreedt Problemen met het verzenden van faxen Problemen met het ontvangen van faxen Zoeken in alle functies Problemen met netwerkcommunicatie...
  • Pagina 3: Problemen Met Netwerkcommunicatie

    Problemen met netwerkcommunicatie Problemen met het apparaat tijdens gebruik in een netwerk Een apparaat wordt niet gedetecteerd in een netwerk Overige problemen met het netwerk...
  • Pagina 4: Problemen Met Afdrukken

    Problemen met afdrukken De afdruktaak wordt niet gestart Papierstoringen Het papier wordt niet correct ingevoerd/Fout vanwege 'geen papier' Automatisch dubbelzijdig afdrukken mislukt Kopieer-/afdruktaak wordt beëindigd voordat deze is voltooid Er kan niet goed worden afgedrukt vanaf een draadloos communicatieapparaat...
  • Pagina 5: Problemen Met De Afdrukkwaliteit

    Problemen met de afdrukkwaliteit Afdrukresultaten niet naar behoren Er wordt geen inkt toegevoerd...
  • Pagina 6: Problemen Met Scannen

    Problemen met scannen Problemen met scannen Scanresultaten niet naar behoren Problemen met software...
  • Pagina 7: Problemen Met Faxen

    Problemen met faxen Problemen met het verzenden van faxen Problemen met het ontvangen van faxen Kan geen duidelijke faxen verzenden Problemen met de telefoon...
  • Pagina 8: Problemen Met Het Apparaat

    Problemen met het apparaat Het apparaat kan niet worden ingeschakeld Kan geen goede verbinding maken met een computer met een USB-kabel Kan niet communiceren met het apparaat met een USB-verbinding Het LCD-scherm is helemaal niet zichtbaar Er wordt een onbedoelde taal weergegeven op het LCD-scherm De printerstatusmonitor wordt niet weergegeven Problemen met Bluetooth-communicatie...
  • Pagina 9: Problemen Met Installeren/Downloaden

    Problemen met installeren/downloaden Kan MP Drivers niet installeren Easy-WebPrint EX wordt niet gestart of het menu Easy-WebPrint EX wordt niet weergegeven MP Drivers bijwerken in een netwerkomgeving IJ Network Tool verwijderen...
  • Pagina 10: Informatie Over Weergegeven Fouten/Berichten

    Informatie over weergegeven fouten/berichten Als er een fout optreedt Er wordt een bericht over faxen weergegeven op het LCD-scherm Een bericht verschijnt op het scherm Er wordt een foutbericht weergegeven op een PictBridge-compatibel apparaat...
  • Pagina 11: Het Apparaat Kan Niet Worden Ingeschakeld

    Het apparaat kan niet worden ingeschakeld • Controle 1: Druk op de knop AAN (ON). • Controle 2: Controleer of de stekker goed in de netsnoeraansluiting is bevestigd en zet vervolgens het apparaat weer aan. • Controle 3: Haal de stekker van het apparaat uit het stopcontact. Wacht ten minste drie minuten en doe de stekker van het apparaat vervolgens weer in het stopcontact en zet het apparaat weer aan.
  • Pagina 12: De Afdruktaak Wordt Niet Gestart

    De afdruktaak wordt niet gestart • Controle 1: Controleer of de stekker goed is aangesloten en zet het apparaat vervolgens aan. Als een lampje op het bedieningspaneel knippert, wordt het apparaat geïnitialiseerd. Wacht totdat het lampje niet meer knippert en continu blijft branden. Opmerking Als u omvangrijke gegevens afdrukt, bijvoorbeeld een foto of afbeelding, kan het langer duren voordat met afdrukken wordt gestart.
  • Pagina 13 Klik op het tabblad Poorten (Ports) om de poortinstellingen te bevestigen. Zorg dat voor Afdrukken naar de volgende poort(en) (Print to the following port(s)) een poort met de naam 'USBnnn' (waarbij 'n' een getal is) is geselecteerd, waarbij 'Canon XXX Printer' wordt weergegeven in de kolom Printer.
  • Pagina 14 Het papier wordt niet correct ingevoerd/Fout vanwege 'geen papier' • Controle 1: Zorg dat er papier is geplaatst. Papier plaatsen • Controle 2: Let op het volgende bij het plaatsen van papier in de printer. • Als u twee of meer vellen papier plaatst, moet u het papier uitwaaieren voordat u het papier plaatst.
  • Pagina 15 • Controle 6: Als meerdere vellen normaal papier door het apparaat worden ingevoerd, selecteert u de instelling die invoer van twee vellen normaal papier voorkomt. Als meerdere vellen normaal papier door het apparaat worden ingevoerd, selecteert u de instelling die invoer van twee vellen normaal papier voorkomt met het bedieningspaneel of de computer.
  • Pagina 16: Afdrukresultaten Niet Naar Behoren

    Afdrukresultaten niet naar behoren Als de afdrukresultaten witte strepen, verkeerd afgedrukte lijnen of ongelijkmatige kleuren vertonen, kunt u het beste eerst controleren of de instellingen voor papier en afdrukkwaliteit correct zijn. • Controle 1: Komen de instellingen voor het paginaformaat en mediumtype overeen met het formaat en type papier dat is geplaatst? Als deze instellingen onjuist zijn, kunt u geen goed afdrukresultaat verkrijgen.
  • Pagina 17 Kleuren zijn onduidelijk Lijnen worden verkeerd afgedrukt Lijn wordt niet of slechts gedeeltelijk afgedrukt Afbeelding wordt niet of slechts gedeeltelijk afgedrukt Afgedrukt papier krult om of vertoont inktvlekken Papier vertoont vlekken/Papieroppervlak vertoont krassen Vegen op de achterzijde van het papier Er worden verticale lijnen afgedrukt op de zijde van de afdruk Kleuren zijn ongelijkmatig of vertonen strepen...
  • Pagina 18 Er wordt geen inkt toegevoerd • Controle 1: Vervang een eventuele lege FINE-cartridge door een nieuwe. • Controle 2: Is de FINE-cartridge correct geplaatst? Als de FINE-cartridge niet goed is geplaatst, wordt de inkt mogelijk niet goed uitgespoten. Open de papieruitvoerklep, waarna het klepje over de kop wordt geopend. Druk de inktcartridgevergrendeling omhoog om te controleren of de FINE-cartridge correct is geplaatst.
  • Pagina 19: Papierstoringen

    Papierstoringen Als papier is vastgelopen, wordt automatisch een probleemoplossingsbericht weergegeven. Neem de maatregelen die in het bericht worden beschreven. • Als een ondersteuningscode en een bericht worden weergegeven op het computerscherm: • Als een ondersteuningscode en een bericht worden weergegeven op het LCD-scherm: Raadpleeg Lijst met ondersteuningscodes (als het papier is vastgelopen)
  • Pagina 20 Als er een fout optreedt Als er een fout optreedt tijdens het afdrukken (het papier in het apparaat is bijvoorbeeld op of vastgelopen), wordt automatisch een probleemoplossingsbericht weergegeven. Neem de maatregelen die in het bericht worden beschreven. Als er een fout optreedt, wordt een ondersteuningscode (foutnummer) op het computerscherm of het LCD- scherm weergegeven.
  • Pagina 21: Problemen Met Het Verzenden Van Faxen

    Problemen met het verzenden van faxen Kan geen faxen verzenden Sequentiële uitzending en kiezen met de numerieke toetsen werkt niet Er treden vaak fouten op bij het verzenden van faxen Kan geen faxen verzenden • Controle 1: is de stroom ingeschakeld? •...
  • Pagina 22 • Controle 6: is de optie Kiestoondetectie (Dial tone detect) ingesteld op AAN (ON)? Probeer de fax na een tijdje opnieuw te verzenden. Als u nog steeds geen fax kunt verzenden, selecteert u UIT (OFF) voor Kiestoondetectie (Dial tone detect) in Geavanc. FAX-instellingen (Advanced FAX settings) onder FAX-instellingen (FAX settings).
  • Pagina 23 Verlaag de beginsnelheid van de overdracht in TX-startsnelheid (TX start speed) in Geavanc. communicatie-instell. (Adv. communication settings) in Geavanc. FAX-instellingen (Advanced FAX settings) onder FAX-instellingen (FAX settings). Geavanc. FAX-instellingen (Advanced FAX settings)
  • Pagina 24: Problemen Met Het Ontvangen Van Faxen

    Problemen met het ontvangen van faxen Kan geen faxen ontvangen of afdrukken Het apparaat schakelt niet automatisch tussen spraak- en faxoproepen De kwaliteit van ontvangen faxen is laag Kan geen kleurenfax ontvangen Er treden vaak fouten op bij het ontvangen van faxen Kan geen faxen ontvangen of afdrukken •...
  • Pagina 25 Als er voor het afdrukken van faxen een ander formaat papier is geplaatst dan is opgegeven in Pg.form. (Page size), worden de ontvangen faxen niet afgedrukt, maar opgeslagen in het apparaatgeheugen (Geheugenontvangst). Plaats papier van het formaat dat is opgegeven in Pg.form. (Page size) en druk vervolgens op de knop OK op het apparaat.
  • Pagina 26 • Controle 12: zijn er instellingsitems ingesteld op Weigeren (Reject) in Weigering beller (Caller rejection)? Als u Weigeren (Reject) selecteert voor instellingsitems in Weigering beller (Caller rejection) in Beveiligingsbeheer (Security control) onder FAX-instellingen (FAX settings), weigert het apparaat oproepen voor instellingsitems die zijn ingesteld op Weigeren (Reject). Zie Oproepen weigeren op basis van nummerherkenning voor meer informatie over het instellen hiervan.
  • Pagina 27 Kan geen kleurenfax ontvangen • Controle: is de optie ECM RX ingesteld op UIT (OFF)? Als UIT (OFF) is geselecteerd voor ECM RX in Geavanc. communicatie-instell. (Adv. communication settings) in Geavanc. FAX-instellingen (Advanced FAX settings) onder FAX- instellingen (FAX settings), kan het apparaat geen faxen in kleur ontvangen. Het apparaat verbreekt de telefoonverbinding of ontvangt kleurenfaxen in zwart-wit, afhankelijk van de instelling op het faxapparaat van de afzender.
  • Pagina 28 Problemen met netwerkcommunicatie Problemen met het apparaat tijdens gebruik in een netwerk Een apparaat wordt niet gedetecteerd in een netwerk Overige problemen met het netwerk...
  • Pagina 29: Problemen Met Het Apparaat Tijdens Gebruik In Een Netwerk

    Problemen met het apparaat tijdens gebruik in een netwerk Het apparaat werkt opeens niet meer Het resterende inktniveau wordt niet weergegeven in de printerstatusmonitor van het apparaat Afdruksnelheid is laag Het apparaat kan niet worden gebruikt bij het vervangen van een toegangspunt of het wijzigen van de instellingen ervan...
  • Pagina 30: Het Apparaat Werkt Opeens Niet Meer

    Het apparaat werkt opeens niet meer Kan niet communiceren met het apparaat nadat de netwerkinstellingen zijn gewijzigd Kan niet communiceren met het apparaat via het draadloze LAN Kan niet communiceren met het apparaat via het bedrade LAN U kunt niet afdrukken, scannen of faxen vanaf een computer die op het netwerk is aangesloten Kan niet communiceren met het apparaat nadat de netwerkinstellingen zijn gewijzigd Wacht tot het IP-adres is toegewezen aan de computer.
  • Pagina 31 • Controle 10: Zorg dat de firewall van de beveiligingssoftware is uitgeschakeld. Als de firewallfunctie van de beveiligingssoftware is ingeschakeld, wordt wellicht het bericht weergegeven dat Canon-software probeert toegang te krijgen tot het netwerk. Als de waarschuwing wordt weergegeven, stelt u de beveiligingssoftware zo in dat toegang altijd wordt toegestaan.
  • Pagina 32: Het Resterende Inktniveau Wordt Niet Weergegeven In De Printerstatusmonitor Van Het Apparaat

    Het resterende inktniveau wordt niet weergegeven in de printerstatusmonitor van het apparaat Gebruik het printerstuurprogramma met bidirectionele communicatie. Selecteer Bi-directionele ondersteuning inschakelen (Enable bidirectional support)op het tabblad Poorten (Ports) van het eigenschappenvenster van het printerstuurprogramma. Het eigenschappenvenster van het printerstuurprogramma openen...
  • Pagina 33: Afdruksnelheid Is Laag

    Afdruksnelheid is laag • Controle 1: Het apparaat is mogelijk bezig met het afdrukken of scannen van een grote taak vanaf een andere computer. • Controle 2: Als u gebruik maakt van een draadloos netwerk, zorg er dan voor dat de status van de radiogolven goed is en pas de installatieposities aan terwijl u de status van de radiogolven in de gaten houdt met de IJ Network Tool.
  • Pagina 34 Het apparaat kan niet worden gebruikt bij het vervangen van een toegangspunt of het wijzigen van de instellingen ervan Wanneer u een toegangspunt vervangt, dient u de netwerkinstallatie van het apparaat opnieuw uit te voeren. Als u de netwerkinstallatie opnieuw wilt uitvoeren, gaat u op internet naar onze website en downloadt u de nieuwste MiniMasterSetup voor uw model.
  • Pagina 35: Een Apparaat Wordt Niet Gedetecteerd In Een Netwerk

    Een apparaat wordt niet gedetecteerd in een netwerk Kan het apparaat niet detecteren wanneer de netwerkcommunicatie wordt ingesteld Het apparaat wordt niet gedetecteerd in het draadloze LAN Het apparaat wordt niet gedetecteerd in het bedrade LAN...
  • Pagina 36: Kan Het Apparaat Niet Detecteren Wanneer De Netwerkcommunicatie Wordt Ingesteld

    Kan het apparaat niet detecteren wanneer de netwerkcommunicatie wordt ingesteld Als het apparaat niet in het netwerk kan worden gedetecteerd wanneer u de netwerkcommunicatie instelt, controleert u de netwerkinstellingen voordat u het apparaat opnieuw detecteert. Kan het apparaat niet detecteren via het draadloze LAN: controle 1 Kan het apparaat niet detecteren via bedrade LAN: controle 1 Opmerking U kunt de netwerkcommunicatie instellen via USB.
  • Pagina 37: Kan Het Apparaat Niet Detecteren Via Het Draadloze Lan: Controle

    Kan het apparaat niet detecteren via het draadloze LAN: controle 1 Zijn het apparaat en het netwerkapparaat (router, toegangspunt en dergelijke) ingeschakeld? Zorg dat het apparaat is ingeschakeld. Controleer of de printer is ingeschakeld Controleer of het netwerkapparaat (router, toegangspunt en dergelijke) is ingeschakeld. Als het apparaat of het netwerkapparaat is uitgeschakeld: Schakel het apparaat of het netwerkapparaat in.
  • Pagina 38 Kan het apparaat niet detecteren via het draadloze LAN: controle 2 Zijn de computer en het netwerkapparaat (router, toegangspunt en dergelijke) geconfigureerd en kan de computer verbinding maken met het netwerk? Controleer of u webpagina's kunt zien op de computer. Als u geen webpagina's kunt zien: Klik op Annuleren (Cancel) in het venster Printerinstellingen controleren (Check Printer Settings) om het instellen van de netwerkcommunicatie te annuleren.
  • Pagina 39 Kan het apparaat niet detecteren via het draadloze LAN: controle 3 Is de instelling voor draadloos LAN van het apparaat ingeschakeld? Controleer of het Wi-Fi-lampje van het apparaat blauw brandt. Als het Wi-Fi-lampje niet brandt: De instelling voor draadloos LAN van het apparaat is niet geactiveerd. Activeer de instelling voor draadloos LAN van het apparaat.
  • Pagina 40 Kan het apparaat niet detecteren via het draadloze LAN: controle 4 Is het apparaat verbonden met het toegangspunt? Controleer met het bedieningspaneel van het apparaat of het apparaat verbinding heeft met het toegangspunt. Druk op de knop MENU en selecteer daarna Instellen (Setup) > Apparaatinstellingen (Device settings) >...
  • Pagina 41 • Als het bericht niet wordt weergegeven op de computer: Annuleer het instellen en stel de beveiligingssoftware zo in dat toegang tot het netwerk door Canon- software* is toegestaan. * Stel de beveiligingssoftware zo in dat het bestand Setup.exe of Setup64.exe in de map win in de map DrvSetup van de map Driver op de Installatie-cd-rom toegang heeft tot het netwerk.
  • Pagina 42 Kan het apparaat niet detecteren via het draadloze LAN: controle 6 Controleer de instellingen van het toegangspunt. Controleer de instellingen van het toegangspunt voor de netwerkverbinding, zoals IP-adresfiltering, MAC- adresfiltering of DHCP-functie. Raadpleeg de instructiehandleiding die bij het toegangspunt is geleverd of neem contact op met de fabrikant voor meer informatie over het controleren van de instellingen van het toegangspunt.
  • Pagina 43: Kan Het Apparaat Niet Detecteren Via Bedrade Lan: Controle

    Kan het apparaat niet detecteren via bedrade LAN: controle 1 Is de LAN-kabel aangesloten en zijn het apparaat en de router ingeschakeld? Zorg dat de LAN-kabel is aangesloten. Zorg dat het apparaat is ingeschakeld. Controleer of de printer is ingeschakeld Controleer of de router is ingeschakeld.
  • Pagina 44 Kan het apparaat niet detecteren via bedrade LAN: controle 2 Zijn de computer en de router geconfigureerd en kan de computer verbinding maken met het netwerk? Controleer of u webpagina's kunt zien op de computer. Als u geen webpagina's kunt zien: Klik op Annuleren (Cancel) in het venster Printerinstellingen controleren (Check Printer Settings) om het instellen van de netwerkcommunicatie te annuleren.
  • Pagina 45 Kan het apparaat niet detecteren via bedrade LAN: controle 3 Is de instelling voor bedraad LAN van het apparaat ingeschakeld? Controleer de instelling voor bedraad LAN van het apparaat met het bedieningspaneel van het apparaat. Druk op de knop MENU en selecteer daarna Instellen (Setup) > Apparaatinstellingen (Device settings) >...
  • Pagina 46 Kan het apparaat niet detecteren via bedrade LAN: controle 4 Is het apparaat verbonden met de router? Controleer met het bedieningspaneel van het apparaat of het apparaat is verbonden met de router. Druk op de knop MENU en selecteer daarna Instellen (Setup) > Apparaatinstellingen (Device settings) >...
  • Pagina 47 • Als het bericht niet wordt weergegeven op de computer: Annuleer het instellen en stel de beveiligingssoftware zo in dat toegang tot het netwerk door Canon- software* is toegestaan. * Stel de beveiligingssoftware zo in dat het bestand Setup.exe of Setup64.exe in de map win in de map DrvSetup van de map Driver op de Installatie-cd-rom toegang heeft tot het netwerk.
  • Pagina 48 Kan het apparaat niet detecteren via bedrade LAN: controle 6 Controleer de instellingen van de router. Controleer de instellingen van de router voor de netwerkverbinding, zoals IP-adresfiltering, MAC- adresfiltering of DHCP-functie. Raadpleeg de instructiehandleiding die bij de router is geleverd of neem contact op met de fabrikant voor meer informatie over het controleren van de instellingen van de router.
  • Pagina 49: Het Apparaat Wordt Niet Gedetecteerd In Het Draadloze Lan

    • Controle 5: Klik op Bijwerken (Update) om opnieuw naar de printer te zoeken als u IJ Network Tool gebruikt. Scherm Canon IJ Network Tool • Controle 6: Als u zoekt naar een printer via een netwerk, moet u controleren of het apparaat is gekoppeld aan de poort.
  • Pagina 50 Als de firewallfunctie van de beveiligingssoftware is ingeschakeld, wordt wellicht het bericht weergegeven dat Canon-software probeert toegang te krijgen tot het netwerk. Als de waarschuwing wordt weergegeven, stelt u de beveiligingssoftware zo in dat toegang altijd wordt toegestaan. Als u programma's gebruikt die de netwerkomgeving wijzigen controleert u de instellingen. Sommige programma's zullen standaard een firewall inschakelen.
  • Pagina 51: Het Apparaat Wordt Niet Gedetecteerd In Het Bedrade Lan

    Het apparaat wordt niet gedetecteerd in het bedrade LAN • Controle 1: Zorg dat het apparaat is ingeschakeld. • Controle 2: Is Draadloos/bedraad wijzigen (Change wireless/wired) in LAN-instellingen (LAN settings) onder Apparaatinstellingen (Device settings) ingesteld op LAN uitschakelen (Disable LAN)? LAN-instellingen •...
  • Pagina 52: Overige Problemen Met Het Netwerk

    Overige problemen met het netwerk Naam van een toegangspunt, SSID of een netwerksleutel vergeten Het bericht wordt tijdens installatie op het computerscherm weergegeven U bent het beheerderswachtwoord van het apparaat vergeten Informatie over het netwerk controleren Er worden regelmatig pakketten verzonden De fabrieksstandaard van de netwerkinstellingen van het apparaat herstellen...
  • Pagina 53: Naam Van Een Toegangspunt, Ssid Of Een Netwerksleutel Vergeten

    Naam van een toegangspunt, SSID of een netwerksleutel vergeten Kan geen verbinding maken met een toegangspunt waaraan een WEP-/WPA-/WPA2-sleutel is toegewezen (u bent de WEP-/WPA-/WPA2-sleutel vergeten) Een WEP-/WPA-/WPA2-sleutel instellen Kan geen verbinding maken met een toegangspunt waaraan een WEP-/WPA-/ WPA2-sleutel is toegewezen (u bent de WEP-/WPA-/WPA2-sleutel vergeten) Raadpleeg de instructiehandleiding die bij het toegangspunt is geleverd of neem contact op met de fabrikant voor meer informatie over het installeren van een toegangspunt.
  • Pagina 54: Het Bericht Wordt Tijdens Installatie Op Het Computerscherm Weergegeven

    Het bericht wordt tijdens installatie op het computerscherm weergegeven Het venster Wachtwoord invoeren (Enter Password) wordt weergegeven tijdens de installatie Het venster voor het instellen van de codering wordt weergegeven nadat het toegangspunt is geselecteerd in het venster Zoeken (Search) Weergegeven wordt: "U verbindt het apparaat met een niet-gecodeerd draadloos netwerk (You are connecting the machine to the non encrypted wireless network)"...
  • Pagina 55: U Bent Het Beheerderswachtwoord Van Het Apparaat Vergeten

    U bent het beheerderswachtwoord van het apparaat vergeten De LAN-instellingen initialiseren. De fabrieksstandaard van de netwerkinstellingen van het apparaat herstellen Nadat u de LAN-instellingen hebt geïnitialiseerd, voert u de installatie uit met de Installatie-cd-rom.
  • Pagina 56: Informatie Over Het Netwerk Controleren

    Als u de informatie over de netwerkinstellingen wilt weergeven met IJ Network Tool, selecteert u Netwerkgegevens (Network Information) in het menu Beeld (View). Scherm Canon IJ Network Tool Het IP-adres of het MAC-adres van de computer controleren Volg de hieronder beschreven procedure als u wilt controleren welk IP-adres of MAC-adres aan de computer is toegewezen.
  • Pagina 57: Er Worden Regelmatig Pakketten Verzonden

    IJ Network Scanner Selector EX uit. Om IJ Network Scanner Selector EX uit te schakelen, klikt u met de rechtermuisknop op het pictogram in het systeemvak en selecteert u vervolgens Canon IJ Network Scanner Selector EX uitschakelen (Disable Canon IJ Network Scanner Selector EX).
  • Pagina 58: De Fabrieksstandaard Van De Netwerkinstellingen Van Het Apparaat Herstellen

    De fabrieksstandaard van de netwerkinstellingen van het apparaat herstellen Belangrijk Houd er rekening mee dat door initialisatie alle netwerkinstellingen op het apparaat worden gewist en dat afdrukken, scannen of faxen vanaf een computer via een netwerk wellicht onmogelijk wordt. Voer de installatie uit met de Installatie-cd-rom als u het apparaat via een netwerk wilt gebruiken.
  • Pagina 59 Problemen met afdrukken De afdruktaak wordt niet gestart Papierstoringen Het papier wordt niet correct ingevoerd/Fout vanwege 'geen papier' Automatisch dubbelzijdig afdrukken mislukt Kopieer-/afdruktaak wordt beëindigd voordat deze is voltooid Er kan niet goed worden afgedrukt vanaf een draadloos communicatieapparaat...
  • Pagina 60: De Afdruktaak Wordt Niet Gestart

    De afdruktaak wordt niet gestart • Controle 1: Controleer of de stekker goed is aangesloten en zet het apparaat vervolgens aan. Als een lampje op het bedieningspaneel knippert, wordt het apparaat geïnitialiseerd. Wacht totdat het lampje niet meer knippert en continu blijft branden. Opmerking Als u omvangrijke gegevens afdrukt, bijvoorbeeld een foto of afbeelding, kan het langer duren voordat met afdrukken wordt gestart.
  • Pagina 61 Klik op het tabblad Poorten (Ports) om de poortinstellingen te bevestigen. Zorg dat voor Afdrukken naar de volgende poort(en) (Print to the following port(s)) een poort met de naam 'USBnnn' (waarbij 'n' een getal is) is geselecteerd, waarbij 'Canon XXX Printer' wordt weergegeven in de kolom Printer.
  • Pagina 62 Papierstoringen Als papier is vastgelopen, wordt automatisch een probleemoplossingsbericht weergegeven. Neem de maatregelen die in het bericht worden beschreven. • Als een ondersteuningscode en een bericht worden weergegeven op het computerscherm: • Als een ondersteuningscode en een bericht worden weergegeven op het LCD-scherm: Raadpleeg Lijst met ondersteuningscodes (als het papier is vastgelopen)
  • Pagina 63 Het papier wordt niet correct ingevoerd/Fout vanwege 'geen papier' • Controle 1: Zorg dat er papier is geplaatst. Papier plaatsen • Controle 2: Let op het volgende bij het plaatsen van papier in de printer. • Als u twee of meer vellen papier plaatst, moet u het papier uitwaaieren voordat u het papier plaatst.
  • Pagina 64 • Controle 6: Als meerdere vellen normaal papier door het apparaat worden ingevoerd, selecteert u de instelling die invoer van twee vellen normaal papier voorkomt. Als meerdere vellen normaal papier door het apparaat worden ingevoerd, selecteert u de instelling die invoer van twee vellen normaal papier voorkomt met het bedieningspaneel of de computer.
  • Pagina 65 Automatisch dubbelzijdig afdrukken mislukt • Controle 1: Is de instelling voor automatisch dubbelzijdig afdrukken geselecteerd? Zorg dat de selectievakjes Dubbelzijdig afdrukken (Duplex Printing) en Automatisch (Automatic) op het tabblad Pagina-instelling (Page Setup) van het eigenschappenvenster van het printerstuurprogramma zijn ingeschakeld. Dubbelzijdig afdrukken •...
  • Pagina 66: Kopieer-/Afdruktaak Wordt Beëindigd Voordat Deze Is Voltooid

    Kopieer-/afdruktaak wordt beëindigd voordat deze is voltooid • Controle 1: Is er papier geplaatst? Zorg dat er papier is geplaatst. Plaats nieuw papier als het papier in het apparaat op is. • Controle 2: Bevatten de af te drukken documenten veel foto's of illustraties? Als u omvangrijke gegevens afdrukt zoals foto's of afbeeldingen, hebben het apparaat en de computer tijd nodig om deze te verwerken, zodat het soms lijkt alsof het apparaat is gestopt.
  • Pagina 67: Er Kan Niet Goed Worden Afgedrukt Vanaf Een Draadloos Communicatieapparaat

    Er kan niet goed worden afgedrukt vanaf een draadloos communicatieapparaat • Controle: Is het mogelijk om gegevens af te drukken via Bluetooth- communicatie? Controleer of uw mobiele telefoon en het apparaat zijn verbonden via Bluetooth-communicatie en start vervolgens het afdrukken opnieuw. Afdrukken vanaf een mobiele telefoon via Bluetooth-communicatie...
  • Pagina 68 Problemen met de afdrukkwaliteit Afdrukresultaten niet naar behoren Er wordt geen inkt toegevoerd...
  • Pagina 69 Afdrukresultaten niet naar behoren Als de afdrukresultaten witte strepen, verkeerd afgedrukte lijnen of ongelijkmatige kleuren vertonen, kunt u het beste eerst controleren of de instellingen voor papier en afdrukkwaliteit correct zijn. • Controle 1: Komen de instellingen voor het paginaformaat en mediumtype overeen met het formaat en type papier dat is geplaatst? Als deze instellingen onjuist zijn, kunt u geen goed afdrukresultaat verkrijgen.
  • Pagina 70 Kleuren zijn onduidelijk Lijnen worden verkeerd afgedrukt Lijn wordt niet of slechts gedeeltelijk afgedrukt Afbeelding wordt niet of slechts gedeeltelijk afgedrukt Afgedrukt papier krult om of vertoont inktvlekken Papier vertoont vlekken/Papieroppervlak vertoont krassen Vegen op de achterzijde van het papier Er worden verticale lijnen afgedrukt op de zijde van de afdruk Kleuren zijn ongelijkmatig of vertonen strepen...
  • Pagina 71: De Afdruktaak Wordt Niet Voltooid

    De afdruktaak wordt niet voltooid • Controle 1: Selecteer de instelling die zorgt dat de afdrukgegevens niet worden gecomprimeerd. Het afdrukresultaat kan verbeteren als u in de toepassing die u gebruikt de instelling selecteert die zorgt dat afdrukgegevens niet worden gecomprimeerd. Klik op Afdrukopties (Print Options) op het tabblad Pagina-instelling (Page Setup) van het printerstuurprogramma.
  • Pagina 72: Een Deel Van De Pagina Wordt Niet Afgedrukt

    Een deel van de pagina wordt niet afgedrukt • Controle: Als u automatisch dubbelzijdig afdrukt, kan het probleem worden veroorzaakt door het onderstaande. Wanneer u automatisch dubbelzijdig afdrukken gebruikt, is het afdrukgebied boven aan de pagina 2 mm / 0,08 inch smaller dan normaal. Dit betekent dat de onderzijde van de pagina mogelijk niet wordt afgedrukt.
  • Pagina 73: Geen Afdrukresultaten/Onduidelijke Afdrukken/Onjuiste Kleuren/Witte Strepen

    Geen afdrukresultaten/Onduidelijke afdrukken/Onjuiste kleuren/ Witte strepen Geen afdrukresultaten Onduidelijke afdrukken Onjuiste kleuren...
  • Pagina 74: Witte Strepen

    Witte strepen • Controle 1: Hebt u de instellingen voor papier en afdrukkwaliteit gecontroleerd? Afdrukresultaten niet naar behoren • Controle 2: Druk het controleraster voor de spuitopeningen af en voer eventueel noodzakelijk onderhoud uit, zoals het reinigen van de printkop. Druk het controleraster voor de spuitopeningen af om te bepalen of de inkt op de juiste wijze uit de spuitopeningen van de printkop wordt gespoten.
  • Pagina 75 Nadat u hebt gecontroleerd of de FINE-cartridge correct is geplaatst, sluit u de papieruitvoerklep. Als het probleem zich blijft voordoen, verwijdert u de FINE-cartridges en plaatst u ze opnieuw. Raadpleeg Een FINE-cartridge vervangen voor informatie over het installeren van FINE-cartridges. •...
  • Pagina 76 Kleuren zijn onduidelijk • Controle 1: Wordt het controleraster voor de spuitopeningen correct afgedrukt? Druk het controleraster voor de spuitopeningen af om te bepalen of de inkt op de juiste wijze uit de spuitopeningen van de printkop wordt gespoten. Raadpleeg Vage afdrukken of onjuiste kleuren voor het afdrukken van het controleraster voor de spuitopeningen, het reinigen van de printkop en het uitvoeren van een diepte-reiniging van de printkop.
  • Pagina 77 Lijnen worden verkeerd afgedrukt • Controle 1: Hebt u de instellingen voor papier en afdrukkwaliteit gecontroleerd? Afdrukresultaten niet naar behoren • Controle 2: Lijn de printkop uit. Als de afgedrukte lijnen niet evenwijdig zijn of als u niet tevreden bent over de afdrukresultaten, dient u de positie van de printkop aan te passen.
  • Pagina 78: Lijn Wordt Niet Of Slechts Gedeeltelijk Afgedrukt

    Lijn wordt niet of slechts gedeeltelijk afgedrukt • Controle 1: Wordt de functie Pagina-indeling afdrukken of Bindmarge gebruikt? Als de functie Pagina-indeling afdrukken of Bindmarge wordt gebruikt, worden dunne lijnen mogelijk niet afgedrukt. Probeer de lijnen in het document dikker te maken. •...
  • Pagina 79 Afbeelding wordt niet of slechts gedeeltelijk afgedrukt • Controle 1: Selecteer de instelling die zorgt dat de afdrukgegevens niet worden gecomprimeerd. Het afdrukresultaat kan verbeteren als u in de toepassing die u gebruikt de instelling selecteert die zorgt dat afdrukgegevens niet worden gecomprimeerd. Klik op Afdrukopties (Print Options) op het tabblad Pagina-instelling (Page Setup) van het printerstuurprogramma.
  • Pagina 80: Afgedrukt Papier Krult Om Of Vertoont Inktvlekken

    • Controle 3: Wordt er fotopapier gebruikt voor het afdrukken van foto's? Als u gegevens afdrukt met een hoge kleurverzadiging, zoals foto's of afbeeldingen met diepe kleuren, raden wij het gebruik van Glossy Foto Papier Extra II of ander speciaal papier van Canon aan. Mediumtypen die u kunt gebruiken...
  • Pagina 81: Papier Vertoont Vlekken/Papieroppervlak Vertoont Krassen

    Papier vertoont vlekken/Papieroppervlak vertoont krassen Papier vertoont vlekken De randen van het papier vertonen vlekken Het papier vertoont vlekken Papieroppervlak vertoont krassen • Controle 1: Hebt u de instellingen voor papier en afdrukkwaliteit gecontroleerd? Afdrukresultaten niet naar behoren • Controle 2: Wordt de juiste papiersoort gebruikt? Controleer het volgende: •...
  • Pagina 82 1. Rol het papier op tegen de richting van de krul in, zoals hieronder wordt weergegeven. 2. Controleer of het papier nu vlak is. Het is raadzaam om teruggekruld papier met een vel tegelijk in te voeren. Opmerking Er zijn bepaalde mediumtypen die snel besmeurd raken of niet goed kunnen worden ingevoerd, ook al krullen ze niet naar binnen.
  • Pagina 83 • Controle 5: Als de intensiteit te hoog is ingesteld, verlaagt u de intensiteit en probeert u opnieuw af te drukken. Als u normaal papier gebruikt voor het afdrukken van afbeeldingen met een hoge intensiteit, absorbeert het papier mogelijk te veel inkt. Hierdoor kan het gaan golven en kan er papierschuring ontstaan.
  • Pagina 84 Het binnenste van het apparaat reinigen (Reiniging onderste plaat) Opmerking Stel het paginaformaat correct in om te voorkomen dat er vlekken aan de binnenkant van het apparaat ontstaan. • Controle 10: Stel een langere droogtijd voor het afgedrukte oppervlak Op die manier geeft u het afgedrukte oppervlak voldoende tijd om te drogen, zodat er geen inktvlekken en krassen ontstaan.
  • Pagina 85 Vegen op de achterzijde van het papier • Controle 1: Hebt u de instellingen voor papier en afdrukkwaliteit gecontroleerd? Afdrukresultaten niet naar behoren • Controle 2: Maak de binnenzijde van het apparaat schoon door een reiniging van de onderste plaat uit te voeren. Het binnenste van het apparaat reinigen (Reiniging onderste plaat) Opmerking Als u zonder marges, dubbelzijdig of te veel afdrukt, kunnen er inktvlekken in het binnenste van...
  • Pagina 86: Er Worden Verticale Lijnen Afgedrukt Op De Zijde Van De Afdruk

    Er worden verticale lijnen afgedrukt op de zijde van de afdruk • Controle: Is papier met het juiste formaat geplaatst? De verticale lijnen worden mogelijk afgedrukt in de marge als het formaat van het geplaatste papier groter is dan het opgegeven formaat. Stel het juiste papierformaat in voor het geplaatste papier.
  • Pagina 87: Kleuren Zijn Ongelijkmatig Of Vertonen Strepen

    Kleuren zijn ongelijkmatig of vertonen strepen Kleuren zijn ongelijkmatig Kleuren zijn gestreept • Controle 1: Hebt u de instellingen voor papier en afdrukkwaliteit gecontroleerd? Afdrukresultaten niet naar behoren • Controle 2: Druk het controleraster voor de spuitopeningen af en voer eventueel noodzakelijk onderhoud uit, zoals het reinigen van de printkop.
  • Pagina 88 De inkt is wellicht op. Vervang de FINE-cartridge. • Controle 3: Lijn de printkop uit. De printkop uitlijnen Opmerking Als het probleem niet is opgelost na het uitlijnen van de printkop, voert u een handmatige uitlijning van de printkop uit aan de hand van de aanwijzingen in De positie van de printkop uitlijnen vanaf de computer.
  • Pagina 89 Er wordt geen inkt toegevoerd • Controle 1: Vervang een eventuele lege FINE-cartridge door een nieuwe. • Controle 2: Is de FINE-cartridge correct geplaatst? Als de FINE-cartridge niet goed is geplaatst, wordt de inkt mogelijk niet goed uitgespoten. Open de papieruitvoerklep, waarna het klepje over de kop wordt geopend. Druk de inktcartridgevergrendeling omhoog om te controleren of de FINE-cartridge correct is geplaatst.
  • Pagina 90 Problemen met scannen Problemen met scannen Scanresultaten niet naar behoren Problemen met software...
  • Pagina 91 Problemen met scannen De scanner werkt niet ScanGear (scannerstuurprogramma) start niet Er verschijnt een foutbericht en het scherm van ScanGear (scannerstuurprogramma) wordt niet weergegeven Er kunnen niet meerdere items tegelijk worden gescand Scannen met Automatisch scannen werkt niet goed Lage scansnelheid Er wordt een bericht weergegeven dat er onvoldoende geheugen is De computer loopt vast tijdens het scannen De scanner werkt niet nadat een upgrade van Windows is uitgevoerd...
  • Pagina 92: De Scanner Werkt Niet

    De scanner werkt niet Controle 1: zorg dat uw scanner of printer is ingeschakeld. Controle 2: sluit de USB-kabel aan op een andere USB-poort van de computer. Controle 3: als de USB -kabel is aangesloten op een USB-hub, maakt u de kabel los van de USB -hub en sluit u deze aan op een USB-poort van de computer.
  • Pagina 93 ScanGear (scannerstuurprogramma) start niet Controle 1: zorg dat MP Drivers is geïnstalleerd. Installeer MP Drivers met de installatie-cd-rom indien het nog niet is geïnstalleerd. Controle 2: selecteer uw scanner of printer in het menu van de toepassing. Belangrijk Als uw scanner- of printernaam meerdere keren wordt weergegeven, selecteert u de naam waarin WIA niet voorkomt.
  • Pagina 94 Er verschijnt een foutbericht en het scherm van ScanGear (scannerstuurprogramma) wordt niet weergegeven Controle 1: zorg dat uw scanner of printer is ingeschakeld. Controle 2: zet de scanner of printer uit, sluit de USB-kabel opnieuw aan en sluit het netsnoer weer aan. Controle 3: sluit de USB-kabel aan op een andere USB-poort van de computer.
  • Pagina 95: Er Kunnen Niet Meerdere Items Tegelijk Worden Gescand

    Er kunnen niet meerdere items tegelijk worden gescand Controle 1: controleer of de items correct zijn geplaatst. Items plaatsen (wanneer u scant vanaf een computer) Controle 2: controleer of u één item goed kunt scannen. Bepaalde toepassingen bieden geen ondersteuning voor het scannen van meerdere documenten. Scan in dat geval elk document afzonderlijk.
  • Pagina 96: Scannen Met Automatisch Scannen Werkt Niet Goed

    Scannen met Automatisch scannen werkt niet goed Controle 1: controleer of de items correct zijn geplaatst. Items plaatsen (wanneer u scant vanaf een computer) Controle 2: mogelijk wordt scannen van meerdere items niet ondersteund. Bepaalde toepassingen bieden geen ondersteuning voor het scannen van meerdere documenten. Scan in dat geval elk document afzonderlijk.
  • Pagina 97: Lage Scansnelheid

    Lage scansnelheid Controle 1: als u de afbeelding wilt weergeven op een monitor, stelt u de uitvoerresolutie in op ongeveer 150 dpi. Voor afdrukken stelt u de resolutie in op ongeveer 300 dpi. Resolutie Controle 2: stel Correctie van vervaging (Fading Correction), Correctie van korreligheid (Grain Correction) en dergelijke in op Geen (None).
  • Pagina 98 Er wordt een bericht weergegeven dat er onvoldoende geheugen is Controle 1: sluit andere toepassingen en probeer het opnieuw. Controle 2: verlaag de resolutie of het uitvoerformaat en voer de scan opnieuw uit. Resolutie...
  • Pagina 99: De Computer Loopt Vast Tijdens Het Scannen

    De computer loopt vast tijdens het scannen Controle 1: start de computer opnieuw op, verlaag de uitvoerresolutie in ScanGear (scannerstuurprogramma) en scan het document nogmaals. Raadpleeg voor meer informatie 'Instellingen voor uitvoer' voor uw model vanuit de startpagina van de Online handleiding.
  • Pagina 100 Selecteer in het menu Start de optie Configuratiescherm (Control Panel) > Programma's toevoegen of verwijderen (Add or Remove Programs). Selecteer Canon IJ Scan Utility en klik vervolgens op Verwijderen (Remove). Klik op Ja (Yes) wanneer u om bevestiging wordt gevraagd.
  • Pagina 101: De Gescande Afbeelding Kan Niet Worden Geopend

    De gescande afbeelding kan niet worden geopend Controle: als de gegevensindeling niet door de toepassing wordt ondersteund, scant u de afbeelding opnieuw en selecteert u een veelgebruikte gegevensindeling zoals JPEG bij het opslaan. Raadpleeg de handleiding van de toepassing voor meer informatie. Als u vragen hebt, kunt u contact opnemen met de fabrikant van de toepassing.
  • Pagina 102: Scanresultaten Niet Naar Behoren

    Scanresultaten niet naar behoren Scankwaliteit (afbeelding op het scherm) is slecht De gescande afbeelding wordt omringd door extra witruimte Kan niet scannen met de juiste afmetingen Bij scannen vanaf het bedieningspaneel kan de positie of de grootte van de afbeelding niet goed worden vastgesteld Item is juist geplaatst, maar de gescande afbeelding is scheef De gescande afbeelding wordt vergroot of verkleind weergegeven op het computerscherm...
  • Pagina 103: Scankwaliteit (Afbeelding Op Het Scherm) Is Slecht

    Scankwaliteit (afbeelding op het scherm) is slecht Controle 1: verhoog de scanresolutie als de afbeelding rafelig is. Resolutie Controle 2: stel het weergaveformaat in op 100%. In bepaalde toepassingen worden te kleine weergaveformaten niet duidelijk weergegeven. Controle 3: als moiré (streeppatroon) ontstaat, neemt u de volgende maatregelen en probeert u het opnieuw.
  • Pagina 104 Kies in het menu Start voor Configuratiescherm (Control Panel) > Vormgeving aan persoonlijke voorkeur aanpassen (Appearance and Personalization) > Schermresolutie aanpassen (Adjust screen resolution) om het dialoogvenster Beeldscherminstellingen (Display Settings) weer te geven. Stel vervolgens Kleuren (Colors) in op Gemiddeld (16 bits) (Medium (16 bit)) of Hoogst (32 bits) (Highest (32 bit)).
  • Pagina 105: De Gescande Afbeelding Wordt Omringd Door Extra Witruimte

    De gescande afbeelding wordt omringd door extra witruimte Controle: geef het scangebied op. Klik op (Automatisch bijsnijden) in de volledige afbeeldingsweergave van ScanGear (scannerstuurprogramma) om automatisch het bijsnijdkader (scangebied) voor de toepasselijke itemgrootte weer te geven. U kunt het scangebied ook handmatig opgeven in de miniatuurweergave, of wanneer er witte marges rond het item zijn (bijvoorbeeld op foto's) of wanneer u aangepaste bijsnijdkaders wilt maken.
  • Pagina 106: Kan Niet Scannen Met De Juiste Afmetingen

    Kan niet scannen met de juiste afmetingen Controle: controleer of de items correct zijn geplaatst. Items plaatsen (wanneer u scant vanaf een computer)
  • Pagina 107 Bij scannen vanaf het bedieningspaneel kan de positie of de grootte van de afbeelding niet goed worden vastgesteld Controle 1: controleer of de items correct zijn geplaatst. Items plaatsen (wanneer u scant vanaf een computer) Controle 2: controleer of de instellingen overeenkomen met het te scannen item.
  • Pagina 108: Item Is Juist Geplaatst, Maar De Gescande Afbeelding Is Scheef

    Item is juist geplaatst, maar de gescande afbeelding is scheef Controle: als Document of Tijdschrift (Magazine) als type item is geselecteerd, schakelt u het selectievakje Scheve tekstdocumenten corrigeren (Correct slanted text document) uit en scant u het item opnieuw. Dialoogvenster Instellingen (Document scannen) Dialoogvenster Instellingen (Aangepast scannen)
  • Pagina 109: De Gescande Afbeelding Wordt Vergroot Of Verkleind Weergegeven Op Het Computerscherm

    De gescande afbeelding wordt vergroot of verkleind weergegeven op het computerscherm Controle 1: wijzig de weergave-instelling in de toepassing. Raadpleeg de handleiding van de toepassing voor meer informatie. Als u vragen hebt, kunt u contact opnemen met de fabrikant van de toepassing. Opmerking U kunt het afbeeldingsformaat niet verkleinen in Paint.
  • Pagina 110: Problemen Met Software

    Problemen met software De e-mailclient die u wilt gebruiken, wordt niet weergegeven in het scherm waarin u een e-mailclient kunt selecteren...
  • Pagina 111 De e-mailclient die u wilt gebruiken, wordt niet weergegeven in het scherm waarin u een e-mailclient kunt selecteren Controle: controleer of de MAPI van de e-mailclient is ingeschakeld. Raadpleeg de handleiding van de e-mailclient voor het instellen van MAPI. Als het probleem niet is opgelost wanneer MAPI is ingeschakeld, selecteert u Geen (handmatig toevoegen) (None (Attach Manually)) in het scherm voor het selecteren van een e-mailclient en wijst u de afbeelding handmatig aan de uitgaande e-mail toe.
  • Pagina 112 Problemen met faxen Problemen met het verzenden van faxen Problemen met het ontvangen van faxen Kan geen duidelijke faxen verzenden Problemen met de telefoon...
  • Pagina 113: Belangrijk

    Problemen met het verzenden van faxen Kan geen faxen verzenden Sequentiële uitzending en kiezen met de numerieke toetsen werkt niet Er treden vaak fouten op bij het verzenden van faxen Kan geen faxen verzenden • Controle 1: is de stroom ingeschakeld? •...
  • Pagina 114 • Controle 6: is de optie Kiestoondetectie (Dial tone detect) ingesteld op AAN (ON)? Probeer de fax na een tijdje opnieuw te verzenden. Als u nog steeds geen fax kunt verzenden, selecteert u UIT (OFF) voor Kiestoondetectie (Dial tone detect) in Geavanc. FAX-instellingen (Advanced FAX settings) onder FAX-instellingen (FAX settings).
  • Pagina 115 Verlaag de beginsnelheid van de overdracht in TX-startsnelheid (TX start speed) in Geavanc. communicatie-instell. (Adv. communication settings) in Geavanc. FAX-instellingen (Advanced FAX settings) onder FAX-instellingen (FAX settings). Geavanc. FAX-instellingen (Advanced FAX settings)
  • Pagina 116 Problemen met het ontvangen van faxen Kan geen faxen ontvangen of afdrukken Het apparaat schakelt niet automatisch tussen spraak- en faxoproepen De kwaliteit van ontvangen faxen is laag Kan geen kleurenfax ontvangen Er treden vaak fouten op bij het ontvangen van faxen Kan geen faxen ontvangen of afdrukken •...
  • Pagina 117 Als er voor het afdrukken van faxen een ander formaat papier is geplaatst dan is opgegeven in Pg.form. (Page size), worden de ontvangen faxen niet afgedrukt, maar opgeslagen in het apparaatgeheugen (Geheugenontvangst). Plaats papier van het formaat dat is opgegeven in Pg.form. (Page size) en druk vervolgens op de knop OK op het apparaat.
  • Pagina 118 • Controle 12: zijn er instellingsitems ingesteld op Weigeren (Reject) in Weigering beller (Caller rejection)? Als u Weigeren (Reject) selecteert voor instellingsitems in Weigering beller (Caller rejection) in Beveiligingsbeheer (Security control) onder FAX-instellingen (FAX settings), weigert het apparaat oproepen voor instellingsitems die zijn ingesteld op Weigeren (Reject). Zie Oproepen weigeren op basis van nummerherkenning voor meer informatie over het instellen hiervan.
  • Pagina 119 Kan geen kleurenfax ontvangen • Controle: is de optie ECM RX ingesteld op UIT (OFF)? Als UIT (OFF) is geselecteerd voor ECM RX in Geavanc. communicatie-instell. (Adv. communication settings) in Geavanc. FAX-instellingen (Advanced FAX settings) onder FAX- instellingen (FAX settings), kan het apparaat geen faxen in kleur ontvangen. Het apparaat verbreekt de telefoonverbinding of ontvangt kleurenfaxen in zwart-wit, afhankelijk van de instelling op het faxapparaat van de afzender.
  • Pagina 120: Kan Geen Duidelijke Faxen Verzenden

    Kan geen duidelijke faxen verzenden • Controle 1: is het document juist geplaatst? Verwijder het document en plaats het opnieuw op de glasplaat of in de ADF. Originelen plaatsen • Controle 2: is de glasplaat en/of de binnenzijde van de documentklep en/of het glas van de ADF vuil? Reinig de glasplaat en/of de binnenzijde van de documentklep en/of het glas van de ADF en plaats het document opnieuw.
  • Pagina 121: Problemen Met De Telefoon

    Problemen met de telefoon Kan geen nummers kiezen Verbinding wordt verbroken tijdens telefoongesprek Kan geen nummers kiezen • Controle 1: is de telefoonkabel correct aangesloten? Controleer of de telefoonkabel juist is aangesloten. Basisverbinding • Controle 2: is het telefoonlijntype van het apparaat of het externe apparaat correct ingesteld? Controleer de instellingen voor het type telefoonlijn en wijzig deze zo nodig.
  • Pagina 122 Problemen met het apparaat Het apparaat kan niet worden ingeschakeld Kan geen goede verbinding maken met een computer met een USB-kabel Kan niet communiceren met het apparaat met een USB-verbinding Het LCD-scherm is helemaal niet zichtbaar Er wordt een onbedoelde taal weergegeven op het LCD-scherm De printerstatusmonitor wordt niet weergegeven Problemen met Bluetooth-communicatie...
  • Pagina 123 Het apparaat kan niet worden ingeschakeld • Controle 1: Druk op de knop AAN (ON). • Controle 2: Controleer of de stekker goed in de netsnoeraansluiting is bevestigd en zet vervolgens het apparaat weer aan. • Controle 3: Haal de stekker van het apparaat uit het stopcontact. Wacht ten minste drie minuten en doe de stekker van het apparaat vervolgens weer in het stopcontact en zet het apparaat weer aan.
  • Pagina 124 Kan geen goede verbinding maken met een computer met een USB-kabel Afdruk- of scansnelheid is laag/USB Hi-Speed-verbinding werkt niet/Het bericht 'Dit apparaat kan sneller werken (This device can perform faster)' wordt weergegeven Als uw systeemomgeving niet volledig compatibel is met Hi-Speed USB, werkt het apparaat langzamer, op de snelheid van USB 1.1.
  • Pagina 125: Kan Niet Communiceren Met Het Apparaat Met Een Usb

    Kan niet communiceren met het apparaat met een USB- verbinding • Controle 1: Zorg dat het apparaat is ingeschakeld. • Controle 2: Zorg dat de USB-kabel correct is aangesloten. Zie Het apparaat op de computer aansluiten met een USB-kabel voor een correcte aansluiting van de USB-kabel.
  • Pagina 126: Het Lcd-Scherm Is Helemaal Niet Zichtbaar

    Het LCD-scherm is helemaal niet zichtbaar • Als alle lampjes op het bedieningspaneel uit zijn: Het apparaat is niet ingeschakeld. Sluit het netsnoer aan en druk op de knop AAN (ON). • Als een van de lampjes op het bedieningspaneel brandt: Mogelijk bevindt het LCD-scherm zich in de schermbeveiligingsmodus.
  • Pagina 127: Er Wordt Een Onbedoelde Taal Weergegeven Op Het Lcd-Scherm

    Er wordt een onbedoelde taal weergegeven op het LCD-scherm Selecteer de taal die u wilt weergeven met behulp van de volgende procedure. Druk op de knop MENU en wacht ongeveer vijf seconden. Selecteer Instellen (Setup) en druk daarna op de knop OK. Selecteer Apparaatinstellingen (Device settings) en druk daarna op de knop OK.
  • Pagina 128: De Printerstatusmonitor Wordt Niet Weergegeven

    De printerstatusmonitor wordt niet weergegeven • Controle: Is de printerstatusmonitor ingeschakeld? Zorg dat Statusmonitor inschakelen (Enable Status Monitor) is geselecteerd in het menu Optie (Option) van de printerstatusmonitor. Open het eigenschappenvenster van het printerstuurprogramma. Het eigenschappenvenster van het printerstuurprogramma openen Klik op Onderhoud (Maintenance) op het tabblad Printerstatus weergeven...
  • Pagina 129: Problemen Met Bluetooth-Communicatie

    Problemen met Bluetooth-communicatie Printer kan niet worden geregistreerd De afdruktaak wordt niet gestart...
  • Pagina 130 Printer kan niet worden geregistreerd • Controle 1: zijn de MP Drivers geïnstalleerd? Als u de MP Drivers opnieuw installeert, installeert u de MP Drivers vanaf de Installatie-cd-rom. • Controle 2: wordt er een niet-ondersteund Bluetooth-stuurprogramma gebruikt? Controleer of het Bluetooth-stuurprogramma dat op uw computer is geïnstalleerd, wordt ondersteund. •...
  • Pagina 131 Controleer of het scherm Bluetooth-instellingen (Bluetooth settings) (grafisch LCD)/ Bluetooth-instell. (Bluetooth settings) (tekst-LCD) op het LCD-scherm van de printer kan worden weergegeven. Als het scherm niet kan worden weergegeven, koppelt u de Bluetooth- eenheid los van de printer en sluit u deze opnieuw aan. Aansluiten op en loskoppelen van de printer •...
  • Pagina 132 Klik op het pictogram van de te gebruiken printer om af te drukken via Bluetooth- communicatie. De pictogramnaam is standaard "Canon XXX Printer (Copy X)". Opmerking "X" is een apparaatnaam of een getal. Het aantal cijfers kan verschillen, afhankelijk van de printer.
  • Pagina 133 Als u de printer registreert via Bluetooth-apparaat toevoegen (Add a Bluetooth device) in het Configuratiescherm (Control Panel) BTHnnn ("Canon XXX Printer (Copy X)") ('n' staat voor een getal). Als u de printer registreert als een Bluetooth-apparaat met behulp van Bluetooth-instellingen (Bluetooth Settings) op de computer TPBnnn ("Canon XXX Printer (Copy X)") ('n' staat voor een getal)
  • Pagina 134 • Klik in Windows XP op Configuratiescherm (Control Panel) en klik vervolgens op Printers en faxapparaten (Printers and Faxes) onder Printers en andere hardware (Printers and Other Hardware). Klik op het pictogram van de printer om af te drukken via Bluetooth-communicatie. Verwijder de printer aan de hand van de volgende procedure.
  • Pagina 135 Problemen met installeren/downloaden Kan MP Drivers niet installeren Easy-WebPrint EX wordt niet gestart of het menu Easy-WebPrint EX wordt niet weergegeven MP Drivers bijwerken in een netwerkomgeving IJ Network Tool verwijderen...
  • Pagina 136: Kan Mp Drivers Niet Installeren

    Kan MP Drivers niet installeren • Indien de installatie ook niet wordt gestart nadat de installatie-cd-rom in het cd-rom-station van uw computer is geplaatst: Start de installatie met behulp van de volgende procedure. Selecteer items in het menu Start zoals hieronder wordt aangegeven. •...
  • Pagina 137 • Controle 1: Controleer of de USB-kabel goed is aangesloten op het apparaat en de computer. • Controle 2: volg de hieronder beschreven procedure om het apparaat en de computer opnieuw met elkaar te verbinden. Schakel het apparaat uit. Trek de USB -kabel los van het apparaat en de computer, en sluit deze vervolgens weer aan.
  • Pagina 138 • Controle 1: Wordt Canon Easy-WebPrint EX weergegeven in het menu Werkbalken (Toolbars) in het menu Beeld (View) van Internet Explorer? Als Canon Easy-WebPrint EX niet wordt weergegeven, is Easy-WebPrint EX niet op uw computer geïnstalleerd. Installeer Easy-WebPrint EX op de computer vanaf de Installatie-cd-rom. Opmerking Als Easy-WebPrint EX niet op de computer is geïnstalleerd, wordt in het systeemvak van de...
  • Pagina 139: Mp Drivers Bijwerken In Een Netwerkomgeving

    MP Drivers bijwerken in een netwerkomgeving Download eerst de nieuwste MP Drivers. U verkrijgt de nieuwste MP Drivers door vanaf onze website de nieuwste versie van MP Drivers voor uw model te downloaden. Nadat u MP Drivers hebt verwijderd, installeert u de nieuwste MP Drivers volgens de normale procedure. Als het venster voor de selectie van de verbindingsmethode wordt weergegeven, selecteert u De printer met een draadloze LAN-verbinding gebruiken (Use the printer with wireless LAN connection) of Gebruik de printer met bedrade LAN-verbinding (Use the printer with wired LAN connection)
  • Pagina 140: Ij Network Tool Verwijderen

    1. Klik op Start > Configuratiescherm (Control Panel) > Programma's (Programs) > Programma's en onderdelen (Programs and Features). 2. Selecteer Canon IJ Network Tool in de programmalijst en klik vervolgens op Verwijderen (Uninstall). Als het scherm Gebruikersaccountbeheer (User Account Control) verschijnt, klikt u op Doorgaan (Continue).
  • Pagina 141 Informatie over weergegeven fouten/berichten Als er een fout optreedt Er wordt een bericht over faxen weergegeven op het LCD-scherm Een bericht verschijnt op het scherm Er wordt een foutbericht weergegeven op een PictBridge-compatibel apparaat...
  • Pagina 142 Als er een fout optreedt Als er een fout optreedt tijdens het afdrukken (het papier in het apparaat is bijvoorbeeld op of vastgelopen), wordt automatisch een probleemoplossingsbericht weergegeven. Neem de maatregelen die in het bericht worden beschreven. Als er een fout optreedt, wordt een ondersteuningscode (foutnummer) op het computerscherm of het LCD- scherm weergegeven.
  • Pagina 143: Er Wordt Een Bericht Over Faxen Weergegeven Op Het Lcdscherm

    Er wordt een bericht over faxen weergegeven op het LCD- scherm Als er een bericht wordt weergegeven op het stand-byscherm voor faxen, voert u de bijbehorende actie uit die hieronder wordt beschreven. Bericht Actie Het apparaat wacht op het volgende moment om het nummer van de ontvanger opnieuw te kiezen omdat de lijn bezet was of de ontvanger niet antwoordde toen u probeerde een document te verzenden.
  • Pagina 144 U kunt het apparaat zo instellen dat ontvangen faxen geforceerd worden afgedrukt, zelfs als de inkt op is. Stel Afdrukken bij geen inkt (Print when out of ink) in Automatische afdrukinstellingen (Auto print settings) onder FAX-instellingen (FAX settings) in op Afdrukken (Print). Het kan echter zijn dat de fax deels of in zijn geheel niet wordt afgedrukt omdat de inkt op is.
  • Pagina 145 Een fax opnieuw verzenden (nummerherhaling van bezette nummers) • Het fax-/telefoonnummer dat u hebt gekozen, is incorrect. Controleer het fax-/telefoonnummer en probeer het opnieuw. • Het faxapparaat van de ontvanger reageert niet (na alle pogingen voor automatische nummerherhaling). Neem contact op met de ontvanger en vraag of deze het faxapparaat wil controleren.
  • Pagina 146 Zie Faxontvangst weigeren voor meer informatie. Als het apparaat in een van de volgende gevallen een fax ontvangt, kan het apparaat de rapporten niet afdrukken. Wanneer het probleem is opgelost zoals hieronder staat beschreven, worden de rapporten automatisch afgedrukt. • De hoeveelheid resterende inkt is onvoldoende om een rapport af te drukken: Vervang de FINE-cartridge.
  • Pagina 147: Een Bericht Verschijnt Op Het Scherm

    Een bericht verschijnt op het scherm In dit gedeelte worden enkele fouten en berichten beschreven. Opmerking Voor sommige fouten of berichten wordt een ondersteuningscode (foutnummer) op de computer of het LCD-scherm weergegeven. Raadpleeg Lijst met ondersteuningscodes voor meer informatie over fouten met een ondersteuningscode.
  • Pagina 148: Controleer Papierformaat En Selecteer

    • Sommige gegevens in het opgegeven PDF-bestand zijn niet afdrukbaar. Sommige delen worden mog. niet afgedr. (The specified PDF file contains unprintable data. Some portions may not be printed.) Als een PDF-bestand veel grafische elementen of afbeeldingen met een hoge resolutie bevat, kunnen die gegevens verloren gaan of kan het afdrukken stoppen voordat het is voltooid.
  • Pagina 149 Klik op het tabblad Poorten (Ports) om de poortinstellingen te bevestigen. Zorg dat voor Afdrukken naar de volgende poort(en) (Print to the following port(s)) een poort met de naam 'USBnnn' (waarbij 'n' een getal is) is geselecteerd, waarbij 'Canon XXX Printer' wordt weergegeven in de kolom Printer.
  • Pagina 150 Het afdrukken wordt niet gestart, ook al is het apparaat aangesloten op de computer via een USB-kabel en is de poort 'USBnnn' geselecteerd: Klik op Start en selecteer Alle programma's (All programs), Canon Utilities, Canon My Printer, Canon My Printer en Printerdiagnose en -herstel (Diagnose and Repair Printer).
  • Pagina 151: Andere Foutberichten

    Andere foutberichten • Controle: Controleer het volgende als er een foutbericht buiten de printerstatusmonitor wordt weergegeven. • Kan niet spoolen wegens onvoldoende schijfruimte (Could not spool successfully due to insufficient disk space) Verwijder onnodige bestanden om schijfruimte vrij te maken. •...
  • Pagina 152 Als u bent aangemeld bij een beheerdersaccount, volgt u de aanwijzingen op het scherm. 2. Selecteer Canon Inkjet Printer/Scanner/Fax Extended Survey Program. 3. Selecteer Wijzigen (Change). Als u Ja (Yes) selecteert nadat u de aanwijzingen op het scherm hebt opgevolgd, wordt het bevestigingsvenster weergegeven bij het volgende onderzoek.
  • Pagina 153: Er Wordt Een Foutbericht Weergegeven Op Een Pictbridgecompatibel Apparaat

    Controleer bij fouten op een PictBridge-compatibel apparaat van een ander merk dan Canon welke ondersteuningscode (foutnummer) op het LCD- scherm wordt weergegeven en neem de benodigde maatregelen om het probleem op te lossen.
  • Pagina 154 • De FINE-cartridge wordt niet herkend. Vervang de FINE-cartridge. Een FINE-cartridge vervangen • Het beschermende materiaal voor de FINE-cartridge of de Hardwarefout tape is niet verwijderd. Controleer de binnenkant van het apparaat. Als het beschermende materiaal of de tape nog is bevestigd, verwijdert u dit.
  • Pagina 155 Als u het probleem niet kunt oplossen met een van de suggesties in dit hoofdstuk, neemt u contact op met de verkoper van het apparaat of met het servicecentrum. Het ondersteuningspersoneel van Canon is opgeleid voor het verschaffen van technische ondersteuning aan klanten.
  • Pagina 156: Lijst Met Ondersteuningscodes

    Lijst met ondersteuningscodes Als zich een fout voordoet, wordt de ondersteuningscode weergegeven op het LCD- en computerscherm. "Ondersteuningscode" wil zeggen het foutnummer dat verschijnt bij een foutbericht. Als een fout optreedt, controleert u de ondersteuningscode die wordt weergegeven op het LCD-scherm of het computerscherm en voert u vervolgens de nodige stappen uit.
  • Pagina 157 Lijst met ondersteuningscodes (als het papier is vastgelopen) Als het papier is vastgelopen, verwijdert u het aan de hand van de juiste procedure. • Als u het vastgelopen papier ziet in de papieruitvoersleuf: 1300 • Als u het vastgelopen papier ziet in de voorste lade/als u het vastgelopen papier niet ziet in de papieruitvoersleuf of de voorste lade: 1303 •...
  • Pagina 158 1300 Oorzaak Papier is vastgelopen in de papieruitvoersleuf. Actie Als u het vastgelopen papier ziet in de papieruitvoersleuf, verwijdert u het papier aan de hand van de volgende procedure. Belangrijk Het apparaat kan niet worden uitgeschakeld terwijl een fax wordt verzonden of ontvangen, of als er ontvangen of niet-verzonden faxen in het apparaatgeheugen zijn opgeslagen.
  • Pagina 159 Het wordt aanbevolen ander papier dan papier van A5-formaat te gebruiken om documenten met foto's of afbeeldingen af te drukken, omdat de afdruk kan omkrullen en kan vastlopen tijdens het uitvoeren. Neem contact op met het servicecentrum als u het papier niet kunt verwijderen, het papier in het apparaat scheurt of het foutbericht niet verdwijnt nadat u het vastgelopen papier hebt verwijderd.
  • Pagina 160 1303 Oorzaak Papier is vastgelopen in de transporteenheid van het apparaat. Actie Als u het vastgelopen papier in de voorste lade ziet of als u het papier niet ziet in de papieruitvoersleuf of de voorste lade, verwijdert u het papier uit de transporteenheid. Verwijder het papier aan de hand van de volgende procedure.
  • Pagina 161 Opmerking Als het papier is opgerold en moeilijk kan worden verwijderd, pakt u de randen van het papier beet en verwijdert u het vastgelopen papier. Als u het vastgelopen papier niet uit de transporteenheid kunt verwijderen, sluit u de transporteenheid, zet u het apparaat terug in de oorspronkelijke positie en opent u de papieruitvoerklep om het papier te verwijderen.
  • Pagina 162 1304 Oorzaak Papier is vastgelopen tijdens automatisch dubbelzijdig afdrukken. Actie Als het papier is vastgelopen tijdens automatisch dubbelzijdig afdrukken, verwijdert u het papier aan de hand van de volgende procedure. Belangrijk Het apparaat kan niet worden uitgeschakeld terwijl een fax wordt verzonden of ontvangen, of als er ontvangen of niet-verzonden faxen in het apparaatgeheugen zijn opgeslagen.
  • Pagina 163 Druk op de openingshendel om de transporteenheid te openen. Wanneer u de transporteenheid opent, ondersteunt u het apparaat met uw hand, zodat dit niet valt. Trek het vastgelopen papier er langzaam uit. Wanneer u vastgelopen papier verwijdert, ondersteunt u het apparaat met uw hand, zodat dit niet valt. Opmerking Als het papier is opgerold en moeilijk kan worden verwijderd, pakt u de randen van het papier beet en verwijdert u het vastgelopen papier.
  • Pagina 164 Steek de stekker van het apparaat weer in het stopcontact en zet het apparaat weer aan. Plaats het papier opnieuw. Alle afdruktaken in de wachtrij worden geannuleerd. Druk de taken zo nodig opnieuw af. Neem contact op met het servicecentrum als u het papier niet kunt verwijderen, het papier in het apparaat scheurt of het foutbericht niet verdwijnt nadat u het vastgelopen papier hebt verwijderd.
  • Pagina 165 2801 Oorzaak Het document is vastgelopen in de ADF. Actie Verwijder het document aan de hand van de volgende procedure. Belangrijk Het apparaat kan niet worden uitgeschakeld terwijl een fax wordt verzonden of ontvangen, of als er ontvangen of niet-verzonden faxen in het apparaatgeheugen zijn opgeslagen. Zorg dat het verzenden of ontvangen van alle faxen door het apparaat is voltooid voordat u het netsnoer loskoppelt.
  • Pagina 166 Sluit de klep van de documentinvoer en zet het apparaat aan. Wanneer u het document opnieuw scant nadat u de fout hebt verholpen, scant u dit vanaf de eerste pagina. Neem contact op met het ondersteuningscentrum als u het document niet kunt verwijderen, het document in het apparaat scheurt of het foutbericht niet verdwijnt nadat u het vastgelopen document hebt verwijderd.
  • Pagina 167: Papier Is Vastgelopen In Het Apparaat

    Papier is vastgelopen in het apparaat Als het vastgelopen papier scheurt en u het papier niet kunt verwijderen uit de papieruitvoersleuf of de transporteenheid, of als het vastgelopen papier in het apparaat blijft zitten, verwijdert u het papier aan de hand van de volgende procedure.
  • Pagina 168 Houd het vastgelopen papier met beide handen vast. Als het papier is opgerold, trekt u het eruit. Trek het papier er langzaam uit, zodat het niet scheurt. Controleer of al het vastgelopen papier is verwijderd. Als het papier is gescheurd, kan er gemakkelijk een stukje papier in het apparaat achterblijven. Controleer het volgende en haal eventueel achtergebleven papier uit de printer.
  • Pagina 169 • Is het stukje papier in het apparaat achtergebleven? • Is het stukje papier achtergebleven in de ruimte rechts of links (B) in het apparaat? Sluit de papieruitvoerklep en plaats het papier opnieuw. Alle afdruktaken in de wachtrij worden geannuleerd. Druk de taken zo nodig opnieuw af. Opmerking Controleer tijdens het opnieuw plaatsen van het papier of u papier gebruikt dat geschikt is voor afdrukken en of u het papier correct plaatst.
  • Pagina 170: In Andere Gevallen

    In andere gevallen Voer de volgende controles uit: • Controle 1: Bevinden zich vreemde voorwerpen bij de papieruitvoersleuf? • Controle 2: Is het papier gekruld? Herstel het gekrulde papier en plaats het papier opnieuw.
  • Pagina 171 1003 Oorzaak Het papier in het apparaat is op of het papier wordt niet ingevoerd. Actie Plaats het papier opnieuw en druk op de knop OK op het apparaat. Wanneer u het papier plaatst, plaatst u de papierstapel zodanig dat de achterste rand het uiteinde van de voorste lade raakt.
  • Pagina 172 1200 Oorzaak De papieruitvoerklep is geopend. Actie Sluit de papieruitvoerklep en wacht een ogenblik. Sluit de klep niet terwijl u een FINE-cartridge vervangt.
  • Pagina 173 1202 Oorzaak De papieruitvoerklep is geopend. Actie Sluit de papieruitvoerklep.
  • Pagina 174 1250 Oorzaak De papieruitvoerlade is gesloten. Actie Open de papieruitvoerlade om het afdrukken te hervatten.
  • Pagina 175 1310 Oorzaak Het formaat van het papier is mogelijk niet compatibel met automatisch dubbelzijdig afdrukken. Actie Alleen de mediumformaten A4 en Letter zijn geschikt voor automatisch dubbelzijdig afdrukken. Zorg dat papier met een correct formaat in het apparaat is geplaatst. Als u op de knop OK drukt, wordt het papier uitgevoerd en wordt het afdrukken opnieuw gestart vanaf de voorzijde van het volgende vel papier.
  • Pagina 176 1401 Oorzaak De FINE-cartridge is niet geïnstalleerd. Actie Plaats hier de FINE-cartridge.
  • Pagina 177 1403 Oorzaak De juiste FINE-cartridge is niet geïnstalleerd. Actie Installeer de juiste FINE-cartridge. Als de fout hiermee niet is verholpen, neemt u contact op met het ondersteuningscentrum.
  • Pagina 178 1485 Oorzaak De juiste inktcartridge is niet geïnstalleerd. Actie Het afdrukken kan niet worden uitgevoerd omdat de inktcartridge niet compatibel is met dit apparaat. Installeer de juiste inktcartridge. Als u het afdrukken wilt annuleren, drukt u op de knop Stoppen (Stop) op het apparaat.
  • Pagina 179 1486 Oorzaak De FINE-cartridge is niet in de juiste positie geplaatst. Actie Controleer of elke FINE-cartridge in de juiste positie is geplaatst.
  • Pagina 180 1487 Oorzaak De FINE-cartridge is niet in de juiste positie geplaatst. Actie Controleer of elke FINE-cartridge in de juiste positie is geplaatst.
  • Pagina 181 1682 Oorzaak De FINE-cartridge wordt niet herkend. Actie Vervang de FINE-cartridge. Als de fout zich blijft voordoen, is de FINE-cartridge mogelijk beschadigd. Neem contact op met het ondersteuningscentrum.
  • Pagina 182 1684 Oorzaak De inktpatroon wordt niet herkend. Actie Het afdrukken kan niet worden uitgevoerd omdat de inktcartridge mogelijk niet correct is geplaatst of niet geschikt is voor dit apparaat. Installeer de juiste inktcartridge. Als u het afdrukken wilt annuleren, drukt u op de knop Stoppen (Stop) op het apparaat.
  • Pagina 183 Als u wilt doorgaan met afdrukken zonder deze functie, drukt u minstens 5 seconden op de knop Stoppen (Stop) op het apparaat. Voor de beste kwaliteit beveelt Canon het gebruik van nieuwe, originele Canon-cartridges aan. Canon is niet aansprakelijk voor een slechte werking of problemen veroorzaakt door het voortzetten van het afdrukken met een lege inkttank. Opmerking Als de functie voor het detecteren van de resterende hoeveelheid inkt is uitgeschakeld, wordt de grijze inktcartridge weergegeven bij het resterende inktvolume op het LCD-scherm.
  • Pagina 184 1687 Oorzaak De FINE-cartridge is niet correct geplaatst. Actie Open de papieruitvoerklep. Als het klepje over de kop wordt geopend, drukt u de inktcartridgevergrendeling omhoog om te controleren of de FINE-cartridges correct zijn geïnstalleerd. Sluit daarna de papieruitvoerklep. Als de fout zich blijft voordoen, verwijdert u de FINE-cartridges en plaatst u ze opnieuw.
  • Pagina 185 1688 Oorzaak De inkt is op. Actie Vervang de inktpatroon en sluit de papieruitvoerklep. Als er wordt afgedrukt en u wilt doorgaan met afdrukken, drukt u minstens 5 seconden op de knop Stoppen (Stop) op het apparaat terwijl de inktpatroon is geïnstalleerd. Het afdrukken kan worden voortgezet terwijl de inkt op is.
  • Pagina 186 1702 Oorzaak Absorptiekussen inkt bijna vol. Actie Druk op de knop OK op het apparaat om het afdrukken te vervolgen. Neem contact op met het ondersteuningscentrum.
  • Pagina 187 1703 Oorzaak Absorptiekussen inkt bijna vol. Actie Druk op de knop OK op het apparaat om het afdrukken te vervolgen. Neem contact op met het ondersteuningscentrum.
  • Pagina 188 1704 Oorzaak Absorptiekussen inkt bijna vol. Actie Druk op de knop OK op het apparaat om het afdrukken te vervolgen. Neem contact op met het ondersteuningscentrum.
  • Pagina 189 1705 Oorzaak Absorptiekussen inkt bijna vol. Actie Druk op de knop OK op het apparaat om het afdrukken te vervolgen. Neem contact op met het ondersteuningscentrum.
  • Pagina 190 1712 Oorzaak Absorptiekussen inkt bijna vol. Actie Druk op de knop OK op het apparaat om het afdrukken te vervolgen. Neem contact op met het ondersteuningscentrum.
  • Pagina 191 1713 Oorzaak Absorptiekussen inkt bijna vol. Actie Druk op de knop OK op het apparaat om het afdrukken te vervolgen. Neem contact op met het ondersteuningscentrum.
  • Pagina 192 1714 Oorzaak Absorptiekussen inkt bijna vol. Actie Druk op de knop OK op het apparaat om het afdrukken te vervolgen. Neem contact op met het ondersteuningscentrum.
  • Pagina 193 1715 Oorzaak Absorptiekussen inkt bijna vol. Actie Druk op de knop OK op het apparaat om het afdrukken te vervolgen. Neem contact op met het ondersteuningscentrum.
  • Pagina 194 2001 Oorzaak Er is een apparaat aangesloten dat niet compatibel is met het apparaat. Actie Controleer het apparaat dat is aangesloten op de poort voor USB-flashstation. Direct foto's afdrukken is mogelijk met de optionele Bluetooth-eenheid BU-30 of een USB-flashstation.
  • Pagina 195 2002 Oorzaak Een niet-ondersteunde USB-hub is aangesloten. Actie Als een USB-flashstation is aangesloten via een USB-hub, verwijdert u de hub. Sluit een USB-flashstation rechtstreeks aan op het apparaat.
  • Pagina 196 2700 Oorzaak Mogelijke oorzaken zijn: • Er zijn enkele fouten opgetreden tijdens het kopiëren en er is een bepaalde tijd verstreken. • Er is een document achtergebleven in de ADF. • Er zijn fouten opgetreden tijdens het scannen en het document is achtergebleven in de ADF. Actie Neem de juiste actie zoals hieronder wordt beschreven.
  • Pagina 197 2802 Oorzaak De ADF bevat geen document. Actie Druk op de knop OK om het probleem te verhelpen en voer de bewerking opnieuw uit nadat u het document hebt geladen.
  • Pagina 198 2803 Oorzaak Het document is te lang of is vastgelopen in de ADF. Actie Druk op de knop OK om de fout te wissen. Zorg daarna dat het document dat u plaatst, voldoet aan de vereisten van het apparaat voordat u de bewerking opnieuw uitvoert. Als het document is vastgelopen, verwijdert u het document aan de hand van de volgende procedure.
  • Pagina 199 Neem contact op met het ondersteuningscentrum als u het document niet kunt verwijderen, het document in het apparaat scheurt of het foutbericht niet verdwijnt nadat u het vastgelopen document hebt verwijderd. Opmerking Het document wordt mogelijk niet correct ingevoerd, afhankelijk van het mediumtype of de omgeving, zoals bij een te hoge of te lage temperatuur of luchtvochtigheid.
  • Pagina 200 De opgegeven gegevens kunnen niet worden afgedrukt. Actie Wanneer u de inhoud in CREATIVE PARK PREMIUM afdrukt, bevestigt u het bericht op het computerscherm, controleert u of alle originele FINE-cartridges van Canon correct zijn geïnstalleerd en start u het afdrukken opnieuw.
  • Pagina 201: Belangrijk

    5011 Oorzaak Er is een printerfout opgetreden. Actie Zet het apparaat uit en trek de stekker van het apparaat uit het stopcontact. Steek de stekker van het apparaat weer in het stopcontact en zet het apparaat weer aan. Als het probleem hiermee niet is verholpen, neemt u contact op met het ondersteuningscentrum. Belangrijk Als u het netsnoer loskoppelt, worden alle faxen verwijderd die in het apparaatgeheugen zijn opgeslagen.
  • Pagina 202 5012 Oorzaak Er is een printerfout opgetreden. Actie Zet het apparaat uit en trek de stekker van het apparaat uit het stopcontact. Steek de stekker van het apparaat weer in het stopcontact en zet het apparaat weer aan. Als het probleem hiermee niet is verholpen, neemt u contact op met het ondersteuningscentrum. Belangrijk Als u het netsnoer loskoppelt, worden alle faxen verwijderd die in het apparaatgeheugen zijn opgeslagen.
  • Pagina 203 5040 Oorzaak Er is een printerfout opgetreden. Actie Zet het apparaat uit en trek de stekker van het apparaat uit het stopcontact. Steek de stekker van het apparaat weer in het stopcontact en zet het apparaat weer aan. Als het probleem hiermee niet is verholpen, neemt u contact op met het ondersteuningscentrum. Belangrijk Als u het netsnoer loskoppelt, worden alle faxen verwijderd die in het apparaatgeheugen zijn opgeslagen.
  • Pagina 204 5100 Oorzaak Er is een printerfout opgetreden. Actie Annuleer het afdrukken en zet het apparaat uit. Verwijder het vastgelopen papier of het beschermende materiaal waardoor de beweging van de FINE-cartridgehouder wordt belemmerd en zet het apparaat weer aan. Belangrijk Raak de interne onderdelen van het apparaat niet aan. Als u deze toch aanraakt, drukt het apparaat mogelijk niet goed meer af.
  • Pagina 205 5200 Oorzaak Er is een printerfout opgetreden. Actie Zet het apparaat uit en trek de stekker van het apparaat uit het stopcontact. Steek de stekker van het apparaat weer in het stopcontact en zet het apparaat weer aan. Als het probleem hiermee niet is verholpen, neemt u contact op met het ondersteuningscentrum. Belangrijk Als u het netsnoer loskoppelt, worden alle faxen verwijderd die in het apparaatgeheugen zijn opgeslagen.
  • Pagina 206 5400 Oorzaak Er is een printerfout opgetreden. Actie Zet het apparaat uit en trek de stekker van het apparaat uit het stopcontact. Steek de stekker van het apparaat weer in het stopcontact en zet het apparaat weer aan. Als het probleem hiermee niet is verholpen, neemt u contact op met het ondersteuningscentrum. Belangrijk Als u het netsnoer loskoppelt, worden alle faxen verwijderd die in het apparaatgeheugen zijn opgeslagen.
  • Pagina 207 5B02 Oorzaak Er is een printerfout opgetreden. Actie Neem contact op met het ondersteuningscentrum.
  • Pagina 208 5B03 Oorzaak Er is een printerfout opgetreden. Actie Neem contact op met het ondersteuningscentrum.
  • Pagina 209 5B04 Oorzaak Er is een printerfout opgetreden. Actie Neem contact op met het ondersteuningscentrum.
  • Pagina 210 5B05 Oorzaak Er is een printerfout opgetreden. Actie Neem contact op met het ondersteuningscentrum.
  • Pagina 211 5B12 Oorzaak Er is een printerfout opgetreden. Actie Neem contact op met het ondersteuningscentrum.
  • Pagina 212 5B13 Oorzaak Er is een printerfout opgetreden. Actie Neem contact op met het ondersteuningscentrum.
  • Pagina 213 5B14 Oorzaak Er is een printerfout opgetreden. Actie Neem contact op met het ondersteuningscentrum.
  • Pagina 214 5B15 Oorzaak Er is een printerfout opgetreden. Actie Neem contact op met het ondersteuningscentrum.
  • Pagina 215 6000 Oorzaak Er is een printerfout opgetreden. Actie Zet het apparaat uit en trek de stekker van het apparaat uit het stopcontact. Steek de stekker van het apparaat weer in het stopcontact en zet het apparaat weer aan. Als het probleem hiermee niet is verholpen, neemt u contact op met het ondersteuningscentrum. Belangrijk Als u het netsnoer loskoppelt, worden alle faxen verwijderd die in het apparaatgeheugen zijn opgeslagen.
  • Pagina 216 6800 Oorzaak Er is een printerfout opgetreden. Actie Zet het apparaat uit en trek de stekker van het apparaat uit het stopcontact. Steek de stekker van het apparaat weer in het stopcontact en zet het apparaat weer aan. Als het probleem hiermee niet is verholpen, neemt u contact op met het ondersteuningscentrum. Belangrijk Als u het netsnoer loskoppelt, worden alle faxen verwijderd die in het apparaatgeheugen zijn opgeslagen.
  • Pagina 217 6801 Oorzaak Er is een printerfout opgetreden. Actie Zet het apparaat uit en trek de stekker van het apparaat uit het stopcontact. Steek de stekker van het apparaat weer in het stopcontact en zet het apparaat weer aan. Als het probleem hiermee niet is verholpen, neemt u contact op met het ondersteuningscentrum. Belangrijk Als u het netsnoer loskoppelt, worden alle faxen verwijderd die in het apparaatgeheugen zijn opgeslagen.
  • Pagina 218 6900 Oorzaak Er is een printerfout opgetreden. Actie Zet het apparaat uit en trek de stekker van het apparaat uit het stopcontact. Steek de stekker van het apparaat weer in het stopcontact en zet het apparaat weer aan. Als het probleem hiermee niet is verholpen, neemt u contact op met het ondersteuningscentrum. Belangrijk Als u het netsnoer loskoppelt, worden alle faxen verwijderd die in het apparaatgeheugen zijn opgeslagen.
  • Pagina 219 6901 Oorzaak Er is een printerfout opgetreden. Actie Zet het apparaat uit en trek de stekker van het apparaat uit het stopcontact. Steek de stekker van het apparaat weer in het stopcontact en zet het apparaat weer aan. Als het probleem hiermee niet is verholpen, neemt u contact op met het ondersteuningscentrum. Belangrijk Als u het netsnoer loskoppelt, worden alle faxen verwijderd die in het apparaatgeheugen zijn opgeslagen.
  • Pagina 220 6902 Oorzaak Er is een printerfout opgetreden. Actie Zet het apparaat uit en trek de stekker van het apparaat uit het stopcontact. Steek de stekker van het apparaat weer in het stopcontact en zet het apparaat weer aan. Als het probleem hiermee niet is verholpen, neemt u contact op met het ondersteuningscentrum. Belangrijk Als u het netsnoer loskoppelt, worden alle faxen verwijderd die in het apparaatgeheugen zijn opgeslagen.
  • Pagina 221 6910 Oorzaak Er is een printerfout opgetreden. Actie Zet het apparaat uit en trek de stekker van het apparaat uit het stopcontact. Steek de stekker van het apparaat weer in het stopcontact en zet het apparaat weer aan. Als het probleem hiermee niet is verholpen, neemt u contact op met het ondersteuningscentrum. Belangrijk Als u het netsnoer loskoppelt, worden alle faxen verwijderd die in het apparaatgeheugen zijn opgeslagen.
  • Pagina 222 6911 Oorzaak Er is een printerfout opgetreden. Actie Zet het apparaat uit en trek de stekker van het apparaat uit het stopcontact. Steek de stekker van het apparaat weer in het stopcontact en zet het apparaat weer aan. Als het probleem hiermee niet is verholpen, neemt u contact op met het ondersteuningscentrum. Belangrijk Als u het netsnoer loskoppelt, worden alle faxen verwijderd die in het apparaatgeheugen zijn opgeslagen.
  • Pagina 223 6920 Oorzaak Er is een printerfout opgetreden. Actie Zet het apparaat uit en trek de stekker van het apparaat uit het stopcontact. Steek de stekker van het apparaat weer in het stopcontact en zet het apparaat weer aan. Als het probleem hiermee niet is verholpen, neemt u contact op met het ondersteuningscentrum. Belangrijk Als u het netsnoer loskoppelt, worden alle faxen verwijderd die in het apparaatgeheugen zijn opgeslagen.
  • Pagina 224 6921 Oorzaak Er is een printerfout opgetreden. Actie Zet het apparaat uit en trek de stekker van het apparaat uit het stopcontact. Steek de stekker van het apparaat weer in het stopcontact en zet het apparaat weer aan. Als het probleem hiermee niet is verholpen, neemt u contact op met het ondersteuningscentrum. Belangrijk Als u het netsnoer loskoppelt, worden alle faxen verwijderd die in het apparaatgeheugen zijn opgeslagen.
  • Pagina 225 6930 Oorzaak Er is een printerfout opgetreden. Actie Zet het apparaat uit en trek de stekker van het apparaat uit het stopcontact. Steek de stekker van het apparaat weer in het stopcontact en zet het apparaat weer aan. Als het probleem hiermee niet is verholpen, neemt u contact op met het ondersteuningscentrum. Belangrijk Als u het netsnoer loskoppelt, worden alle faxen verwijderd die in het apparaatgeheugen zijn opgeslagen.
  • Pagina 226 6931 Oorzaak Er is een printerfout opgetreden. Actie Zet het apparaat uit en trek de stekker van het apparaat uit het stopcontact. Steek de stekker van het apparaat weer in het stopcontact en zet het apparaat weer aan. Als het probleem hiermee niet is verholpen, neemt u contact op met het ondersteuningscentrum. Belangrijk Als u het netsnoer loskoppelt, worden alle faxen verwijderd die in het apparaatgeheugen zijn opgeslagen.
  • Pagina 227 6932 Oorzaak Er is een printerfout opgetreden. Actie Zet het apparaat uit en trek de stekker van het apparaat uit het stopcontact. Steek de stekker van het apparaat weer in het stopcontact en zet het apparaat weer aan. Als het probleem hiermee niet is verholpen, neemt u contact op met het ondersteuningscentrum. Belangrijk Als u het netsnoer loskoppelt, worden alle faxen verwijderd die in het apparaatgeheugen zijn opgeslagen.
  • Pagina 228 6933 Oorzaak Er is een printerfout opgetreden. Actie Zet het apparaat uit en trek de stekker van het apparaat uit het stopcontact. Steek de stekker van het apparaat weer in het stopcontact en zet het apparaat weer aan. Als het probleem hiermee niet is verholpen, neemt u contact op met het ondersteuningscentrum. Belangrijk Als u het netsnoer loskoppelt, worden alle faxen verwijderd die in het apparaatgeheugen zijn opgeslagen.
  • Pagina 229 6936 Oorzaak Er is een printerfout opgetreden. Actie Zet het apparaat uit en trek de stekker van het apparaat uit het stopcontact. Steek de stekker van het apparaat weer in het stopcontact en zet het apparaat weer aan. Als het probleem hiermee niet is verholpen, neemt u contact op met het ondersteuningscentrum. Belangrijk Als u het netsnoer loskoppelt, worden alle faxen verwijderd die in het apparaatgeheugen zijn opgeslagen.
  • Pagina 230 6937 Oorzaak Er is een printerfout opgetreden. Actie Zet het apparaat uit en trek de stekker van het apparaat uit het stopcontact. Steek de stekker van het apparaat weer in het stopcontact en zet het apparaat weer aan. Als het probleem hiermee niet is verholpen, neemt u contact op met het ondersteuningscentrum. Belangrijk Als u het netsnoer loskoppelt, worden alle faxen verwijderd die in het apparaatgeheugen zijn opgeslagen.
  • Pagina 231 6938 Oorzaak Er is een printerfout opgetreden. Actie Zet het apparaat uit en trek de stekker van het apparaat uit het stopcontact. Steek de stekker van het apparaat weer in het stopcontact en zet het apparaat weer aan. Als het probleem hiermee niet is verholpen, neemt u contact op met het ondersteuningscentrum. Belangrijk Als u het netsnoer loskoppelt, worden alle faxen verwijderd die in het apparaatgeheugen zijn opgeslagen.
  • Pagina 232 6939 Oorzaak Er is een printerfout opgetreden. Actie Zet het apparaat uit en trek de stekker van het apparaat uit het stopcontact. Steek de stekker van het apparaat weer in het stopcontact en zet het apparaat weer aan. Als het probleem hiermee niet is verholpen, neemt u contact op met het ondersteuningscentrum. Belangrijk Als u het netsnoer loskoppelt, worden alle faxen verwijderd die in het apparaatgeheugen zijn opgeslagen.
  • Pagina 233 693A Oorzaak Er is een printerfout opgetreden. Actie Zet het apparaat uit en trek de stekker van het apparaat uit het stopcontact. Steek de stekker van het apparaat weer in het stopcontact en zet het apparaat weer aan. Als het probleem hiermee niet is verholpen, neemt u contact op met het ondersteuningscentrum. Belangrijk Als u het netsnoer loskoppelt, worden alle faxen verwijderd die in het apparaatgeheugen zijn opgeslagen.
  • Pagina 234 6940 Oorzaak Er is een printerfout opgetreden. Actie Zet het apparaat uit en trek de stekker van het apparaat uit het stopcontact. Steek de stekker van het apparaat weer in het stopcontact en zet het apparaat weer aan. Als het probleem hiermee niet is verholpen, neemt u contact op met het ondersteuningscentrum. Belangrijk Als u het netsnoer loskoppelt, worden alle faxen verwijderd die in het apparaatgeheugen zijn opgeslagen.
  • Pagina 235 6941 Oorzaak Er is een printerfout opgetreden. Actie Zet het apparaat uit en trek de stekker van het apparaat uit het stopcontact. Steek de stekker van het apparaat weer in het stopcontact en zet het apparaat weer aan. Als het probleem hiermee niet is verholpen, neemt u contact op met het ondersteuningscentrum. Belangrijk Als u het netsnoer loskoppelt, worden alle faxen verwijderd die in het apparaatgeheugen zijn opgeslagen.
  • Pagina 236 6942 Oorzaak Er is een printerfout opgetreden. Actie Zet het apparaat uit en trek de stekker van het apparaat uit het stopcontact. Steek de stekker van het apparaat weer in het stopcontact en zet het apparaat weer aan. Als het probleem hiermee niet is verholpen, neemt u contact op met het ondersteuningscentrum. Belangrijk Als u het netsnoer loskoppelt, worden alle faxen verwijderd die in het apparaatgeheugen zijn opgeslagen.
  • Pagina 237 6943 Oorzaak Er is een printerfout opgetreden. Actie Zet het apparaat uit en trek de stekker van het apparaat uit het stopcontact. Steek de stekker van het apparaat weer in het stopcontact en zet het apparaat weer aan. Als het probleem hiermee niet is verholpen, neemt u contact op met het ondersteuningscentrum. Belangrijk Als u het netsnoer loskoppelt, worden alle faxen verwijderd die in het apparaatgeheugen zijn opgeslagen.
  • Pagina 238 6944 Oorzaak Er is een printerfout opgetreden. Actie Zet het apparaat uit en trek de stekker van het apparaat uit het stopcontact. Steek de stekker van het apparaat weer in het stopcontact en zet het apparaat weer aan. Als het probleem hiermee niet is verholpen, neemt u contact op met het ondersteuningscentrum. Belangrijk Als u het netsnoer loskoppelt, worden alle faxen verwijderd die in het apparaatgeheugen zijn opgeslagen.
  • Pagina 239 6945 Oorzaak Er is een printerfout opgetreden. Actie Zet het apparaat uit en trek de stekker van het apparaat uit het stopcontact. Steek de stekker van het apparaat weer in het stopcontact en zet het apparaat weer aan. Als het probleem hiermee niet is verholpen, neemt u contact op met het ondersteuningscentrum. Belangrijk Als u het netsnoer loskoppelt, worden alle faxen verwijderd die in het apparaatgeheugen zijn opgeslagen.
  • Pagina 240 6946 Oorzaak Er is een printerfout opgetreden. Actie Zet het apparaat uit en trek de stekker van het apparaat uit het stopcontact. Steek de stekker van het apparaat weer in het stopcontact en zet het apparaat weer aan. Als het probleem hiermee niet is verholpen, neemt u contact op met het ondersteuningscentrum. Belangrijk Als u het netsnoer loskoppelt, worden alle faxen verwijderd die in het apparaatgeheugen zijn opgeslagen.
  • Pagina 241 9000 Oorzaak Er is een printerfout opgetreden. Actie Zet het apparaat uit en trek de stekker van het apparaat uit het stopcontact. Steek de stekker van het apparaat weer in het stopcontact en zet het apparaat weer aan. Als het probleem hiermee niet is verholpen, neemt u contact op met het ondersteuningscentrum. Belangrijk Als u het netsnoer loskoppelt, worden alle faxen verwijderd die in het apparaatgeheugen zijn opgeslagen.
  • Pagina 242 9500 Oorzaak Er is een printerfout opgetreden. Actie Zet het apparaat uit en trek de stekker van het apparaat uit het stopcontact. Steek de stekker van het apparaat weer in het stopcontact en zet het apparaat weer aan. Als het probleem hiermee niet is verholpen, neemt u contact op met het ondersteuningscentrum. Belangrijk Als u het netsnoer loskoppelt, worden alle faxen verwijderd die in het apparaatgeheugen zijn opgeslagen.
  • Pagina 243 B200 Oorzaak Er is een fout opgetreden waarvoor u contact moet opnemen met het ondersteuningscentrum. Actie Zet het apparaat uit en trek de stekker van het apparaat uit het stopcontact. Neem contact op met het ondersteuningscentrum. Belangrijk Als u het netsnoer loskoppelt, worden alle faxen verwijderd die in het apparaatgeheugen zijn opgeslagen.

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Mx524

Inhoudsopgave