Inhoudsopgave
Advertenties
HANDMATIGE FLITSREGELING
U kunt de hoeveelheid flitslicht die uw flitser afgeeft regelen met de
vermogensinstelling.
Zet de optie Flash control in sectie 2 van het opnamemenu op
Manual. Dan kunt u het vermogen (Power ratio) instellen, ook in sec-
tie 2. Informatie over het gebruik van het menu op blz. 64.
Wanneer de flitser wordt uitgeklapt verschijnt het flitsvermogen op
de monitor.
Onderstaande tabel geeft bij benadering de richtgetallen, voor de berekeningen die nodig zijn voor
handmatige flitsregeling. De bijvermelde berekeningen zijn nuttig voor het bepalen van richtgetal (RG),
diafragma (ƒ-getal) en de benodigde afstand tussen flitser en onderwerp.
Richtgetal (voor afstand in meters)
Flitsvermogen
100
200
12
17
1/1 (Vol)
1/2
8,5
12
6
8,5
1/4
4,2
6
1/8
1/16
3
4,2
Richtgetal = ƒ-getal x afstand
Afstand = richtgetal / ƒ-getal
ƒ-getal = richtgetal / afstand
Opnamemenu
76
Flash mode
Fill-flash
Flash control
Manual
Power ratio
1/1
Setup
0.3Ev/3frames
Setup
0.3Ev/3frames
Bracket order
Flitsvermogen (Power ratio)
Cameragevoeligheid (ISO)
400
800
1600
48
24
34
34
17
24
12
17
24
17
8,5
12
12
6
8,5
DIRECTE WEERGAVE (INSTANT PLAYBACK)
Na te zijn opgenomen wordt het beeld op de monitor twee, vijf of
tien seconden vertoond voordat het wordt opgeslagen. Bij werken
met continu-bracketing verschijnt een index-weergave. Directe
weergave en de duur van het afspelen wordten ingesteld met de
optie Instant playback in sectie 3 van het opnamemenu (blz. 64).
Met de optie Setup onder Instant playback regelt u de weergavemethode:
Alleen beeld
Na de opname wordt een foto weergegeven als is opgegeven. Druk de ontspanknop half in als u de
weergave wilt stoppen.
Tijdens de weergaveperiode kunt u de opname wissen met de wistoets (blz. 36). Werd er een conti-
nu-bracketing-serie opgenomen, dan wordt de hele serie gewist. Enkelvoudige foto's (niet RAW) kunt
3200
u ergroten met de vergrotingstoets. Het beeld wordt gecentreerd op basis van het gekozen scherp-
stelveld, zie blz. 38 voor informatie over vergrote weergave.
68
48
34
RUISONDERDRUKKING (NOISE REDUCTION)
24
Deze functie vermindert het effect van ruis (dark noise) als gevolg van belichtingstijden van 1 s of lan-
17
ger. De beeldbewerking wordt toegepast nadat het beeld is opgenomen. De monitor blijft blanco tij-
dens de bewerking, maximaal 30 seconden lang. Dit kan worden uitgeschakeld in sectie 3 van het
opnamemenu (blz. 64). De ruisonderdukking gebruikt de methode van dark frame substraction.
Ruisonderdrukking wordt niet toegepast op een continu-transportserie.
Inst.Playback
Setup
Noise reductn
Interval
Beeld & informatie
Beeld & histogram
2 sec.
Image & info.
On
–
77
Advertenties
Inhoudsopgave
