50 minuten. Vul de waterlade niet
verder dan zijn maximum capaciteit.
Er bestaat een risico dat er water
lekt, overloopt en meubelen
beschadigt.
3. Plaats het waterreservoir terug op
zijn oorspronkelijke plaats.
4. Oven inschakelen.
5. Stel de stoomverwarmingsfunctie en
de temperatuur in.
6. Stel zo nodig de functie in: Duur
of: Eindtijd
.
De stoom verschijnt na ca. 2 minuten.
Als de oven de ingestelde
temperatuur bereikt, klinkt er een
geluidssignaal.
Als de waterlade droog komt te
staan, klinkt het geluidssignaal en
moet de waterlade zoals hierboven
beschreven bijgevuld worden om het
stoomkoken voort te zetten.
Aan het einde van de kooktijd klinkt er
een geluidssignaal.
7. Oven uitschakelen.
8. Leeg het waterreservoir wanneer u
klaar bent met stomen.
Raadpleeg de reinigingsfunctie:
Reservoir ledigen.
LET OP!
De oven is heet. Gevaar
voor brandwonden.
9. Na bereiding met stoom kan er
stoom op de bodem van de ruimte
condenseren. Droog de bodem van
de ruimte altijd als de oven koud is.
Laat de oven volledig uitdrogen met de
deur geopend. Om het drogen te
verspoedigen kunt u de deur sluiten en
de oven verwarmen met de functie:
Hetelucht bij een temperatuur van 150
°C gedurende circa 15 minuten.
6.9 Indicatielampje bij
voorverwarmen
Wanneer u een verwarmingsfunctie
inschakelt, gaat het balkje op het display
branden. Het balkje geeft aan dat de
oventemperatuur toeneemt. Als de
temperatuur bereikt is, zoemt de zoemer
3 maal en knippert de balk om
vervolgens te verdwijnen.
6.10 Snel opwarmen
Deze functie verkort de opwarmtijd.
Leg geen voedsel in de oven
wanneer de functie Snel
opwarmen is ingeschakeld.
Als u de functie wilt activeren, houdt u
3 seconden ingedrukt. Het
indicatielampje voorverwarmen wisselt.
Deze functie is niet beschikbaar voor
sommige ovenfuncties.
6.11 Restwarmte
Wanneer u de oven uitschakelt, geeft het
display de restwarmte aan. U kunt de
warmte gebruiken om het eten warm te
houden.
NEDERLANDS
21