8
Onderhoud
Afbeelding 8-1
8-2
8
Onderhoud
8.1
Onderhoudsaanwijzingen
GEVAAR
- De motor moet zich in stilstand bevinden.
- Bij werkzaamheden onder de telescooparm,
- moet de bak worden geledigd resp. het
aanbouwapparaat worden ontlast,
- moet de telescooparm mechanisch worden
ondersteund [bv. door inleggen van de
shovelarmsteun (SA) (1-1/pijl)],
- moet de hendel voor werk- en extra hydrauliek
worden beveiligd (tuimelschakelaar 1-2/pijl
boven bedienen).
- De machine moet door bediening van de
parkeerrem (4-14/2) en door bediening van de
rijrichtingschakelaar (4-13/3) in de „0"-positie
tegen onbedoeld wegrijden beveiligd worden.
Aanvullend moeten onder een van de twee
wielen van de vooras in beide rijrichtingen spieën
(8-1/pijl) worden gelegd.
ATTENTIE
- Olieverversing bij handwarme aggregaten
uitvoeren.
- Onderhoudswerkzaamheden uitvoeren bij
horizontaal staande machine en telescooparm
in onderste stand.
- Beschadigde filterelementen en afdichtingen
onmiddellijk vervangen.
- Druksmeernippels voor het smeren reinigen.
AANWIJZING
- Alle noodzakelijke onderhoudswerkzaamheden
vindt u in het onderhoudsschema.
- Als er schade optreedt, omdat de aanwijzingen
in het onderhoudsschema niet zijn opgevolgd,
kan geen aanspraak worden gemaakt op de
garantiebepalingen.
- De in het onderhoudsschema genoemde
bedrijfsstoffen kunnen gebruikt worden bij een
omgevingstemperatuur van -15°C tot +40°C.
ATTENTIE
Bij omgevingstemperaturen onder -15° C zie
beschrijving hoofdstuk 5.2.2 » Winterbedrijf «.
AANWIJZING
Bij buis- en/of slangbreuk in het hydraulieksysteem
moet de motor onmiddellijk worden afgezet
(hoofdstuk 5.3.1). De beschadigde plek moet zo
goed mogelijk worden afgedicht met een poetsdoek
of stop, om het uitlopen van grotere hoeveelheden
hydrauliekolie te vermijden.
Laat de defecte buis resp. de defecte slang
onmiddellijk door een deskundige vervangen.
ST900