5
Bediening
Afbeelding 5-6
Afbeelding 5-7
Afbeelding 5-8
5-6
1
2
AANWIJZING
- Om de volledige capaciteit te kunnen benutten,
is een goede afstemming van aandrijving en
werkhydrauliek noodzakelijk. De regeling van
de beschikbare krachten geschiedt door de
bestuurder afhankelijk van de inzetomstandig-
heden via gaspedaal, inching en de hendel voor
werkhydrauliek.
- De rijsnelheid resp. aandrijfkracht kan uitsluitend
gewijzigd worden door het gaspedaal in te
trappen.
- Als tijdens het rijden op een helling omhoog
wordt gereden, daalt ondanks volgas de
rijsnelheid ten gunste van de aandrijfkracht.
ATTENTIE
- Het hydraulische snelwisselsysteem mag alleen
worden bediend, als er een aanbouwapparaat
aangehaakt is.
- Als tijdens het werk het waarschuwingslampje
voor de hydrauliekolietemperatuur (4-16/14) gaat
branden, moet de machine direct worden
afgezet. De oorzaak moet door een hydrauliek-
deskundige worden opgespoord en de storing
dient te worden verholpen.
5.2.5
Verwarmings- en ventilatiesysteem
5.2.5.1 Luchthoeveelheid instellen
(1) Aanjager-draaischakelaar (5-6/1) afhankelijk van de
gewenste luchthoeveelheid in stand 0, aanjagertrap 1,
aanjagertrap 2 of aanjagertrap 3 zetten.
(2) Luchtstroomrichting bij de boven en in de voetruimte
(5-7/pijlen en 5-8/pijlen) aangebrachte luchtroosters
instellen.
5.2.5.2 Verwarming inschakelen
(1) Afhankelijk van de gewenste warmte draaischakelaar
(5-6/2) in de gewenste positie draaien.
AANWIJZING
Draaischakelaar met de wijzers van de klok mee
draaien
-
Draaischakelaar tegen de wijzers van de klok in
draaien
-
(2) Luchthoeveelheid volgens 5.2.5.1 instellen.
warm.
koud.
ST900