3
Beveiliging tegen diefstal
Afbeelding 3-1
Afbeelding 3-2
Afbeelding 3-3
3-2
3
Beveiliging tegen diefstal
Het aantal diefstallen van bouwmachines is in de laatste
jaren aanzienlijk toegenomen.
Om het snellere terugvinden resp. identificeren door de
onderzoeksinstanties (bv. recherche, douane) mogelijk te
maken, zijn MECALAC-bouwmachines voorzien van de
volgende herkenningstekens:
3.1
Herkenningstekens op de machine
(1) Het typeplaatje machine (3-1/pijl). Het plaatje bevat
naast andere gegevens ook het FIN-nummer (voertuig-
identificatienummer) van 17 tekens, beginnend met W09.
(2) Het FIN-nummer bevindt zich bovendien ingeslagen in
het frame (3-2/pijl).
(3) Het ROPS-plaatje (3-3/pijl).
Het bevat naast de naam van de fabrikant gegevens over
ROPS-type, voertuigtype en het toegestane totaalgewicht.
3.2
Parkeren van de machine
(1) Besturing helemaal naar links of rechts uitslaan.
(2) Parkeerrem (4-14/2) aantrekken.
(3) Snelwisselsysteem zover voorover kantelen, dat
- de tanden van de bak,
- de tanden van het palletvorkbord,
- de arm van de lasthaak enz.
op de grond gezet kunnen worden.
(4) De hendel voor werk- en extra hydrauliek (4-12/1)
beveiligen (tuimelschakelaar 4-12/2 bedienen).
(5) Rijschakelaar (4-13/3) in positie "vooruit" of "achteruit"
zetten.
(6) Transmissietrap „Alpha max." (4-13/1) inschakelen.
(7) Contactsleutel uitnemen.
(8) Accuhoofdschakelaar (8-42/1) losnemen.
(9) Werkschijnwerpers (4-11/3) in stand „2" schakelen. *
(10) Zwaailicht (SA) (4-11/2) inschakelen. *
(11) Noodknipperlichtinstallatie (4-11/4) inschakelen. *
(12) Stuurkolomschakelaar (4-10/3) in stand „groot licht"
schakelen. *
(13) Beide portieren afsluiten.
(14) Motorkap afsluiten.
(15) Tankdop afsluiten.
*
In het geval van kortsluiting moeten buitenstaanders
attent gemaakt worden op de ogewoon verlichte machine.
ST900