Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Functies Voor De Beeldaanpassing; Beeldkwaliteit Wijzigen - Canon EOS M10 Gebruikershandleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

Tijdens continue opnamen zijn de scherpstelling, belichting
en kleuren vergrendeld op de positie/het niveau die/dat wordt
vastgesteld wanneer u de ontspanknop half indrukt.
Kan niet worden gebruikt met de zelfontspanner ( = 40).
Opnamen kunnen tijdelijk onderbroken worden of continue
opnamen kunnen langzamer worden, afhankelijk van de
opnameomstandigheden, camera-instellingen en zoompositie.
Opnamen maken kan langzamer worden wanneer meer opnamen
worden gemaakt.
Er is mogelijk een vertraging voordat u opnieuw opnamen kunt
maken, afhankelijk van de opnameomstandigheden, het type
geheugenkaart en hoeveel opnamen u achter elkaar hebt genomen.
Als u flitst, kan de opnamesnelheid afnemen.
Met Touch Shutter ( = 42) neemt de camera continu beelden
op als u het scherm aanraakt. Scherpstelling, belichting en
kleurtoon blijven gelijk tijdens continu-opnamen, nadat ze zijn
vastgesteld tijdens de eerste opname.
De schermweergave bij continue opnamen is anders dan de
beelden die in werkelijkheid worden vastgelegd en kan onscherp
lijken. Bepaalde lenzen kunnen ook de schermweergave
donkerder maken bij continue opnamen, terwijl de beelden met
standaardhelderheid worden vastgelegd.
Wanneer er negen of minder opnamen achter elkaar kunnen
worden genomen, wordt het beschikbare aantal weergegeven
rechts van het totaal aantal resterende opnamen boven aan het
scherm ( = 167). Dit wordt niet weergegeven wanneer er 10 of
meer opnamen kunnen worden genomen.
Mogelijk zijn er minder continue opnamen beschikbaar bij
bepaalde opnameomstandigheden of camera-instellingen.

Functies voor de beeldaanpassing

Beeldkwaliteit wijzigen

Kies uit 8 combinaties van formaat (aantal pixels) en compressie
(beeldkwaliteit). Geef ook op of beelden moeten worden vastgelegd in
RAW-indeling ( = 44). Raadpleeg "Aantal opnamen per geheugenkaart"
( = 189) voor richtlijnen over hoeveel beelden van elke indeling op een
geheugenkaart passen.
Druk op de knop [ ] en kies [ ] in het
menu. Kies vervolgens de gewenste optie
( = 31).
De optie die u hebt ingesteld, wordt nu
weergegeven.
Als u wilt terugkeren naar de
oorspronkelijke instelling, herhaalt u deze
procedure, maar selecteert u [ ].
[
] en [
] geven verschillende niveaus van beeldkwaliteit aan
afhankelijk van de mate van compressie. Bij hetzelfde formaat
(aantal pixels), biedt [
] een hogere beeldkwaliteit. Hoewel
[
]-beelden een enigszins lagere beeldkwaliteit hebben,
passen er meer van op een geheugenkaart. Onthoud dat de
beeldkwaliteit [
] is voor formaten van [
Niet beschikbaar in de modus [
U kunt deze instelling ook configureren door MENU ( = 32) >
tabblad [
1] > [Beeldkwalit.] te selecteren.
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Foto's
Films
Index
] of [
].
].
Basishandelingen
van de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Tv-, Av- en M-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
43

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave