2132
Gemeten CO2-concentratie (ppm).
3354
Inschakeling CO2-functie, per afzonderlijke zone.
3515
Aansturing CO2-functie, [0-Min], [Min-Max].
3513
CO2-gehalte (ppm), drempel tot waar de toevoer van verse lucht 0% blijft.
3514
CO2-gehalte (ppm), drempel vanaf waar de toevoer van verse lucht 100% is.
3512
Maximale opening van verse luchtklep.
Het juiste kaliber van de verseluchtklep
Het volume verse lucht dat wordt toegevoerd is niet altijd proportioneel met het openingspercentage van de klep. Dit
komt vooral voor als de retourkanalen zodanig gedimensioneerd zijn dat veel drukverlies optreedt.
Hierdoor neemt de toegevoerde hoeveelheid sterk toe, met hogere exploitatiekosten als gevolg. Voortaan is het mogelijk
de verse luchtregeling te kalibreren met drie temperatuurvoelers: een voor het uitblaaskanaal, een voor het retourkanaal
en een derde voor de buitentemperatuur.
Met deze drie sensors berekent en onthoudt de Climatic™50 het exacte percentage verse lucht voor elke stand van de
luchtklep.
Deze bijsturing vindt periodiek plaats wanneer alle koel- en verwarmingselementen uit zijn.
3516
Activering kalibratie van verse luchtklep.
VRIJE KOELING
Bij een bepaalde koeling behoefte (capaciteitsfactor) gaat de klep open volgens een proportionele sturing op basis van
de inblaastemperatuur.
0% behoefte = minimum aan verse lucht.
100% behoefte = lage limietdrempel (3373) + 2 K
De gebruiker kan desgewenst de verse lucht beperken via contacten of het instellen van setpoints (zie bovenstaande
paragraaf over minimale verse lucht). De buitentemperatuur of de vochtigheid kan de opening ook begrenzen.
Buitentemperatuur
De vrije koeling wordt gestopt als de buitentemperatuur hoger is dan de retourtemperatuur of hoger dan de
ruimtetemperatuur.
De vrije koeling wordt gestopt als de buitentemperatuur lager of hoger is dan de in 3511 ingestelde drempel.
Vrije koeling is verboden op de hoge limiet voor een setpointaanpassing boven +20,0°C.
Vrije koeling is verboden op de lage limiet voor een setpointaanpassing onder +20,0°C.
Vochtigheid buitenlucht (optioneel)
Als de optionele vochtigheidregeling is ingeschakeld, wordt de vrije koeling gestopt indien de absolute vochtigheid (het
watergehalte) van de buitenlucht hoger is dan die van de binnenlucht.
Setpoint
De vrije koeling stopt als het setpoint (3353) de waarde Nee (No) heeft.
Vrij contact (optioneel)
Stoppen van de vrije koeling door een configureerbaar contact te sluiten. (Zie bovenstaande paragraaf over minimale
verse lucht.)
[0%
A.N.] = de luchtklep is geheel gesloten.
[100%
A.N.] = de luchtklep is geheel open.
3353
Inschakeling economiseer, per afzonderlijke zone.
3373
Lage drempel blaastemperatuur.
3511
Drempel voor buitentemperatuur voor inschakelen economiseer.
3512
Maximale opening van verse luchtklep.
CLIMATIC™50 – IOM – Rooftops/Aircoolair
Blaas T° = Retour T° x % Retourlucht + Verse lucht T° x % Verse lucht
CL50-ROOFTOPS-IOM-1107-D
19